11~ De Piraat -10

30 2 0
                                    

Hij is een piraat.
En hij is altijd kwaad.
Omdat zijn bril altijd beslaat,
daarom is hij altijd kwaad.

Hij is een piraat.
Hij heeft altijd vuile vaat.
En hij is ook altijd kwaad,
daarom wordt hij altijd gehaat.

Hij is een piraat.
Hij staat midden op de straat.
En hij komt altijd te laat,
daarom wordt hij zo gehaat.

Hij is een piraat.
Hij deelt nooit van zijn voorraad,
omdat zijn schip altijd vergaat.
Daarom is hij altijd kwaad.

Mijn gedichtenwereld | Gedichtenbundel Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu