hoofdstuk 1

75 1 1
                                    

Als ik wist dat dit zou gebeuren had ik het nooit gedaan! Zo veel pijn doet het om hem zo te zien. En waarom? Alleen omdat ik me schaamde? Ik had het me nooit zo veel moeten aan trekken! Of komt dit niet alleen door mij? Was er meer aan de hand? Dingen wat ik niet wist? Weet hij mijn geheim? Doet hij daarom zo raar?

6 maanden geleden.

Zou ik het wel of niet doen? van alles gaat er door me heen. Zou het het erg vinden? Of houd hij niet mee van me? Lun stop! hij houd wel van je. Anders zou hij het al lang uitgemaakt hebben. Maar hou jij nog van hem? Ja, tuurlijk hou ik nog van hem. Maar waarom wou ik het dan uitmaken? Ik hou toch nog van hem?..

Daar zit ik dan. Alleen op een bankje in een of ander bos, te worstelen met m’n gedachtens en gevoelens. Het begint langzaam donker te worden. misschien moet ik zo maar eens naar huis gaan voordat het te donker is en dat ik het bos niet meer uit kom. Ik kijk op mn mobiel, twee gemisten oproepen en vier smsjes van Jayden. Ik stop mn mobiel weer terug in mn broekzak en loop naar me fiets. Shit! Waar is mn fietsensleutel? Nee hé. Fijn die ben ik kwijt. Dan moet ik maar gaan lopen. Opeens voel ik iets trillen in me broekzak. m’n mobiel gaat af. Het is Jayden. Hallo met luna zeg ik.  luna! Eindelijk! klinkt het door me mobiel. Ik werd al ongerust! Je moeder belden op of je bij mij was. Ik heb maar ja gezegt om ze niet ongerust te maken. Oh dankje lieverd zeg ik. Jayden? Zou je me willen op halen? Ja tuurlijk! waar ben je? Vraagt Jayden. Had ik wel moeten vragen of die me op wou komen halen? Dadelijk merkt hij iets? Maar toch wil ik dat hij komt. Van alles gaat er door me hoofd. Luna? ben je er nog? klinkt er door me mobiel. Uh, ja sorry zeg ik. Ik ben in het bos bij de dijk. je weet wel. waar we altijd heen gaan. Oké, dan kom ik er aan schat zegt Jayden. Tot zo. En hij hangt op. Was dit wel zo’n slim idee? Achjoh! nu kan je uitvinden of je nog echt van hem houd lun! Ja dat klopt maar wat als ik niet meer van hem hou? ja dan maak je het uit. Oké best raar om in je gedachten een gesprek met je zelf te hebben. Ik kijk wat rond en zie twee konijntjes spelen. Ze huppelen achter elkaar aan. het ziet er heel schattig uit! Dan hoor ik een brommer. Zou dat Jayden zijn? Ik hoop het! Ik heb hem al zo lang niet meer gezien! De brommer komt dichter bij. Hij stopt precies voor me. Luna ik maakte me echt zorgen begint Jayden. Je moeder belden en ze wist niet waar je was. Oh, ja klopt ik had niet gezegd dat ik weg was. Oh oké. maar zou ik je naar huis brengen vraagt Jayden? Nee mag ik met jou mee? Ik heb ruzie met me ouders en ik heb echt geen zin om nu naar huis te gaan zeg ik. Ja, je mag wel mee naar mij, maar je fiets dan? die laat ik hier staan zeg ik. Ik zoek de reservesleutel morgen wel. Oké. Kom neem mijn helm maar zegt Jayden terwijl hij z’n helm van zijn hoofd af doet. Ik pak de helm aan en zet hem op. Staat je goed zegt Jayden. Haha, dankje! zeg ik. ik stap achter op en Jayden start zijn brommer. Ik sla mijn arme om z’n middel. Het voelt zo fijn! Ik leg mn hoofd tegen zn rug aan. Mmm, hij ruikt heerlijk! We komen aan bij zijn huis. Ik stap van de brommer af en doe de helm af. Onder tussen zet Jayden zijn brommer in de garage. Hij loopt naar me toe en geeft me een kus. Kom we gaan naar binnen. Het is koud buiten zeg hij. we lopen samen naar binnen. Jayden ben jij dat? roept iemand uit de keuken. Ja mam, ik ben het en Luna is er ook. Mag ze vanacht hier blijven slapen? Roept Jayden. Als het van luna’s ouders mag dan wel. Roept Jayden’s moeder terug. Ik bel me ouders wel zeg ik terwijl ik m’n mobiel uit me broekzak haal. Ik toets het nummer in. Hij gaat drie keer over. Met Claudia de jong. Hoi mam, met mij. Mag ik vanacht bij Jayden slapen? vraag ik. Ja is goed maar morgen gaan we wel even praten zegt ze en hangt op. Oké het mag zeg ik blij. Oké mooi! kom we gaan naar boven zegt Jayden. We lopen naar boven. Oh, lun wil je even wachten? Mijn kamer is een rotzooi. Ik ruimt het effe op wacht jij even hier? vraagt Jayden. Uh.., ja is goed, maar ik vind het niet erg hoor zeg ik. Nee wacht maar even zegt hij terwijl hij zijn kamer in loopt. Hij sluit de deur. Oké dat was raar!? Waarom mag ik niet in z’n kamer? Het is daar altijd een zooi. Ik ga zitten om een stoel die op de gang staat. Raar eigenlijk dat die daar staat. Je kan er nauwelijks langs lopen. De deur gaat open. Jayden komt naar me toe lopen. Is er iets? vraag hij. Je kijkt zo verdrietig. zou hij het door hebben? nee vast niet. Uh, nee hoor er is niets zeg ik dan. We lopen Jayden’s kamer in. Het ruikt raar. Ik ken die geur maar ik kan er niet op komen. Ik ga op z’n bed zitten. Er is een stiltte. Jay? Het ruikt hier raar! zeg ik om de stilte te verbreken. Oh, ik ruik niks zegt hij. Hij komt naast me zitten en pakt m’n hand. Hij kijkt me aan en komt dichter bij. Uh, ik moet even naar de wc zeg ik snel en sta op. Ik loop z’n kamer uit naar de wc. Ik doe de deur dicht en doe hem op slot. Ik kan hem nu niet gaan zoenen terwijl ik het misschien wil gaan uit maken. Maar moet ik het wel uit maken? Als Joey en Calvin het nooit hadden gezegd dan zou ik het nou niet uit willen maken. Maar misschien is het wel goed dat ze het gezegd hebben.

schuldWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu