V

25 8 0
                                    

Je bent halverwege,
Jouw voeten glijden weg,
Jouw handen zijn besmeurd met bloed,
Je bent uitgeput.

Ik sta boven op de rand van de put,
Een waterig zonnetje schijnt in mijn gezicht,
Een bries door mijn haren,
Een ijsblauwe hemel.

Kleine witte vlokjes,
Dwarrelen omlaag.
Ik vang ze met mijn mond,
Ze smelten op mijn tong.

Meisje uit het rood,
Je bent er bijna,
Geef nou niet op.
Je bent zo dichtbij.

Je kijkt omlaag,
Naar de diepte van de put.
Nee, niet doen.
Kijk naar mij.

Jouw voeten glijden weg,
Je valt omlaag.
Maar je hebt het touw,
Je valt bijna niet omlaag.

Goed zo.
Tegenslagen zijn er altijd.
Maar bevecht ze,
Laat je niet overnemen.

Meisje uit het rood,
Jij gaat sneeuw proeven,
Jij gaat de zon voelen op je huid.
Daar ben jij sterk genoeg voor.

Meisje uit het RoodWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu