Proloog (3)

7 1 0
                                    


Achter de klapdeuren bevond zich een grote troonzaal en zonder op antwoord te wachten liep hij nors op de troon af. Op de troon zat een gezette man. Zijn ogen staarde in het niets voor zich uit. Hij leek Boindill niet op te merken.

Argon liep stampvoetend op zijn koning af. Zacht mompelde hij een paar woorden in zijn oude dwergen oor. Boindill kuchte luid. Argon en de koning keken niet op. Nog een keer kuchte hij maar nu luider. De koning bewoog zijn hoofd richting de dwerg. Langzaam liep Argon van de troon weg met een tevreden grijns op z'n gezicht. "Heer", Boindill liep naar de troon en kuste de grond voor de voeten van de koning. De andere beleefdheden liet hij achterwegen.

"Ik heb een belangrijke boodschap voor u", begon Boindill. Hij keek de koning somber aan. De koning wuifde met zijn arm als teken dat hij mocht beginnen met spreken.

"Ons rijk Hondar is 2 maanden geleden aangevallen door het geheime genootschap. Hondar smeekt om hulp van u heer Hildebrand." Hij sprong op om zijn woorden kracht bij te zetten. "Ze waren de noordenpoorten binnengevallen maar gelukkig konden we ze tegenhouden voordat ze verder in ons rijk konden binnendringen. We hebben een rebel in leven gelaten om hem te verhoren.

Dat verhoor heeft weinig opgeleverd alleen mompelde hij iets over een geheim genootschap die de wereld zou doen veranderen. Hij stierf even later stikkend in zijn eigen bloed. De bewakers lachten om dat sullige verhaaltje maar wij als raad van de dwergenclans in Hondar besloten nader onderzoek te doen. We zijn nog niet veel verder gekomen maar we vermoeden dat er binnenkort iets angstwekkends staat te gebeuren. De bomen, dieren en stenen muren voelen het aan." Kippenvel kroop over zijn rug. Boindill dacht aan zijn paard Freya die naarmate hij verder reisde steeds onrustiger werd. "We moeten onze handen ineenslaan en samen uitzoeken wat deze dreiging veroorzaakt!

Minuten gingen voorbij zonder ook maar iets op het gezicht van de koning af te kunnen lezen. De koning stond langzaam met behulp van Argon op. Hij rekte zich uit en plantte zijn woedende ogen in de richting van Boindill. "Het rijk Yura weigert hulp te bieden aan Hondar", riep hij luid. Hij lachte schamper. "Hondar en Yura samen, nooit! Ik weet van mijn voorouders wat voor dwergen jullie zijn en ik weiger mijn land in dienst te stellen van jullie misbaksels". De koning spuugde op de grond voor de voeten van Boindill.

Zijn stem was doordringend en kwam als een mokerslag binnen. Zonder na te denken liep Boindill een aantal passen achteruit. Achter het oude gedaante van de koning hield een ijzersterke dwerg schuil. Met verheven stem zei hij: of koningin Helda moet een gunst aan mij verlenen. Verward maar ook angstig keek Boindill hem aan. "Wat voor gunst bedoeld u dan, mijn heer?" Hildebrand keek Boindill geniepig aan. "Dat is aan de koningin en mij om te bespreken." Hij wenkte een loopdwerg die aan de andere kant wachtte tot hij gebruikt zou worden. "Ja, heer" antwoordde hij met een licht overslaande stem. "Breng bericht uit naar Hondar en zeg de koningin dat ik zielsveel naar haar verlang om samen te genieten van Hondar's zelf gebrouwen bier. De loopdwerg boog en liep met grote passen om Boindill heen naar buiten. Het laatste wat hij hoorde was het hysterische gelach van de koning.


{Einde van het Proloog}

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Oct 21, 2019 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

De kracht van de zielWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu