Ik pakte al mijn spullen in, alles mocht ik meenemen, het was immers geen vakantie, ik ging weg. Tijdens het pakken van mijn spullen kwam ik zoveel oude spullen tegen, ik zag bijvoorbeeld een schelp, en dacht terug aan de keer dat ik met mijn ouders naar het strand was geweest, en... Stop, stop met aan je ouders denken. Ik gooide de schelp weg en voelde een traan over mijn wang. En met mijn zoute tranen, dreven mijn gedachtes aan de zoute zee, het strand en de schelpen ook weg. Bij iedere traan liet ik een andere herinnering aan vroeger gaan, totdat er alleen nog het nu was.
JE LEEST
De Reis ✔
Short StoryIk had een gigantisch mooi uitzicht op de aarde, kon de maan goed zien. Het was zo prachtig. Maar toch, ik zat gevangen... In een satelliet. In een lichaam. Ik was net de pop van een poppenkast.