I love skating

Hoofdstuk 2

Als ik de volgende ochtend wakker wordt hoor ik weer geschreeuw. Gelukkig heb ik er vandaag niet zoveel last van. Ik ga namelijk schaatsen! Snel doe ik mijn trainingspak aan. Ik pak mijn telefoon en doe oortjes in. Ik zet de muziek heel hard zodat ik dat geruzie niet hoor. Als ik beneden kom zie ik mijn zusje heel zielig aan tafel zitten. Ik kan haar hier ook niet achterlaten. Oké dan moet ze maar weer mee naar de ijsbaan. Ik ga naast mijn zusje aan tafel zitten en ik smeer een paar broodjes. Daarvan doe ik er een paar in mijn broodtrommel. Nina wil je mee naar de ijsbaan. Dan gaan we daarna nog even langs oma. Oké ik ga mee want ik wil niet de hele tijd hier blijven met dat geruzie.

Even later doe ik mijn schaatsen aan. Ik stap de ijsbaan op en ik schaats een paar rondjes om warm te worden. Dan schaats ik naar mijn trainster toe. Ze heet Anna en ze is heel aardig. Soms is ze streng maar dat moet ook want anders gaan mijn kunstjes verkeerd. Hallo Emma. Hoe gaat het? Ja prima hoor. Dat zeg ik alleen maar omdat ik wil gaan schaatsen en omdat ik er niet over wou praten wat er vannacht gebeurd is. Om te voorkomen dat ze meer vragen gaat stellen vraag ik wat we deze les gaan doen. Ik ga je vandaag leren springen zegt Anna. Ik doe het wel even voor. Ze schaatst een klein rondje, zet af en ze springt. Ze maakt ongeveer 3 piroëtjes in de lucht. Dan land ze zachtjes op en been en maakt ze achteruit haar sprong af. Wow! Ik sta met open mond te kijken. Dat wil ik ook kunnen! Nou probeer maar zegt Anna. Oké ik ga het doen. Ik haal diep adem. Ik schaats een rondje, zet af, spring en ik probeer me om te draaien in de lucht. Daar gaat het fout. Ik kom met een harde klap op de grond terecht. Ik sta nog wel maar ik wankel. Ik val op mijn hoofd. Dan wordt alles zwart.