Pov Kaylee
Zuchtend trek ik mijn jurk aan en bekijk mezelf in de spiegel. Vandaag komen mensen van de overheid, voor een koninklijk bezoek. Zoals altijd. ik steek mijn haar op en doe mijn make up. kon ik maar eens uit dit Kasteel. ik mag het huis niet uit want volgens mijn vader is het gevaarlijk buiten de poorten. maar ik ben al bijna 18, dan moet ik trouwen met wie? Vertel het mij maar... ik ontmoet nooit iemand omdat ik altijd binnen de poorten van het kasteel zit.. kon ik hier maar uit."Kaylee" ik buig voor de mensen die langs me lopen. Ze begroeten me, de meeste buigen voor me. Ik kijk ze glimlachend aan en bedank de mensen 1 voor 1. 'Aan tafel' zegt papa die aan het hoofd gaat zitten. Ik zit naast mijn kleine zusje Lisa. Als iedereen zit komt de butler aanlopen. Hij zet het eten op tafel en haalt de deksels eraf. Een man vraagt om een glas wijn, niet echt op een vriendelijke toon. Joop zo heet onze butler werkt al sinds mijn geboorte hier. ik zou niet zonder hem kunnen, het is zo een vriendelijke man. opeens hoor ik een knal. de fles wijn valt kapot. recht bij de man die er om vroeg. hij begint tegen Joop te schreeuwen en spuugt in zijn gezicht. Ik maak mijn ogen groot, en sta op . net als ik iets wil zeggen pakt mama me vast en trekt me terug op de stoel. 'nee Kaylee niet doen' ik ruk me los en ga zitten. dit kan niet... Dit kan hij toch niet maken ?!
Ik leg mijn hoofd in mijn kussen en begin te schreeuwen zodat niemand mij hoort. ik wil hier niet zijn, dit alles ben ik niet. Ik wil de stad bekennen, de mensen op straat zien. de marktkraampjes eens in het echt zien. waarom moet ik hier blijven? Waarom tussen deze klote muren?!
Pov Rein.
'Schiet!!!' Ik neem de bal van Daan aan en Schiet op een tentje met meloenen. recht op de paal van het kraampje. hij valt uit elkaar en de meloenen rollen over de straten. "SNEL!!" Alle 2 pakken we een meloen en rennen weg van de boze man die boos achterons rent. zo snel als we rennen gaan we over daken en muren heen. we rennen een huis binnen, het is een leeg staand huis daar zitten we altijd. ik laat me vallen op een matras. Daan komt naast me zitten en kijkt me lachend aan. dan komen Nils en owen binnen met 2 Taarten. mijn ogen worden groot. we verdelen alles en beginnen te eten. ik heb niet een rijk leven, met drie vrienden zijn we hier terecht gekomen nadat onze ouders ons op straat hadden gezet. alsnog ben ik erg blij met mijn leven, maar ik zou graag toch in een huis willen wonen, opzoek naar mijn liefde.. Zou ik die ooit vinden??
HEEE HOE VINDEN JULLIE DEEL 1 ?