The Marauderz Girlz

Wegisweg

Beste Fellen Wolf,
Ja, je bent een heks en gekozen voor Zweinstein hogeschool voor Hekserij en Hocus-Pocus. Wat uw voogden hebben verteld is waar. Ik hoop dat ik u zal tegenkomen op Zweinstein en u in mijn les zie.
Vriendelijk gegroet, M. Terant

Het was echt waar?! Zo ze was echt een heks... Maar zou ze wel naar Zweinstein gaan? Ze is altijd zo verlegen en vriendloos....Maar leren toveren, ze had al soms dingen laten gebeuren als ze erg boos, verdrietig of blij was. Maar was het iets voor haar? Of niet? "Wat als ik het nou probeer, proberen kan niet kwaad... Waar was die brief nou ook alweer over Zweinstein? Die ligt nog thuis..." zei Fellen tegen haarzelf.

"Ik ga naar Zweinstein!" riep Fellen toen ze naar binnen stoormde. "Lieverd ik weet dat je verward bent en alles maar.... Wacht eens even... Zweinstein?!!!" vroeg haar voogd moeder. "Ja, maar eerst naar... Oh hier staat het.... Wegisweg!!!!!" riep Fellen. "Ik ga mee."zei haar voogd vader. "Oh?" zei Fellen. "Is goed, succes." zei haar voogd moeder.

'Op naar de Wegisweg voor mijn toverspullen...' dacht Fellen. "Euhm pap, waarom gaan we naar de Lekke Ketel, dat is toch een kroeg?" "Nou daar moeten we naar toe." 'Wat gek..' dacht Fellen.

"Goede middag menneer!" zei haar voogd vader. "Wat kan ik voor u doen menneer...." zei de barman. "Noem me maar Roy, we willen naar de Wegisweg. "Aah 1e jaar voor mevrouw?" "Ja dat klopt." Zei haar voogd vader Roy. "Menneer Mahoon kunt u met ze meegaan?" Vroeg de barman aan een vreemde man. "Tuurlijk!" Zei de man vriendelijk en nam Fellen en Roy mee.

"Je eerste jaar op Zweinstein dus," zei de man,"ben je een halfbloed volbloed of..." "Een wat?" vroeg Roy. "Nou als je 2 tovernaar ouders hebt ben je een volbloed enzovoort." zei de menneer en tikte een paar stenen aan. "Ze had 2 tovernaars als ouders." "Aaah, wat is je naam?" vroeg hij aan Fellen alleen Fellen durfde niks te zeggen. "Fellen Wolf." zei Roy. "Wolf als in de zoeker Wolf?!" vroeg de menneer. "Klopt." antwoorde Roy. "Het spijt me voor je meid." zei de menneer en liep terug naar binnen nadat de muur open was. "Wat is een zoeker?" vroeg Fellen. "Weet ik ook niet?" zei Roy.

Toen Fellen door de muur stapte was ze helemaal verwonderd... "Wauw, waar gaan we eerst heen?" "Je moeder had gezegd dat we eerst naar de bank moesten." De meeste winkels waren erg oud maar sommige waren erg nieuw. De nieuwe waren erg wit en de de wanden versprongen van kleur of patroon en bewogen. Soms zag je kleine wezentjes vliegen zoals draken, vogels maar ook olifantjes, leeuwen en meer. Het bleek dat elk diertje zich aanpaste aan je karakter (net zoals een patronus en faunaat).

Nadat ze klaar was bij Goudgrijp (die nog steeds van kluis naar kluis ging via een soort van achtbaan) gingen ze naar het de Gewaden shop. Toen ze binnenkwam om te meten was er een ander meisje. Ze had bruin stijl haar, een bril, dun en had zover ze het kon zien fantastische ogen. "Heey," zei ze tegen Fellen, "in welk jaar zit jij van Zweinstein?" "1e..." zei Fellen heel voorzichtig. "Oh, ik ook!" zei ze weer. "Slim dat je ook al zo vroeg bent! Oja wacht," ze stak haar hand uit naar Fellen. "Ik heet Lillian Marie Zwarts." "Fellen pakte zachtjes haar hand en zei erg stil: "Ik ben Fellen." "Oh ik ben klaar leuk om je te ontmoeten!"

Toen Fellen en Roy bijna klaar waren lazen ze het laatste stukje: Als u wilt mag u een pad, kat of uil mee nemen naar Zweinstein. Ze had al een kat maar een uil was ook wel handig. Dus gingen ze even kijken. Ze gingen naar binnen en zagen een aardig grote famillie met paar kinderen met donker bruin haar en een paar met rood haar. "Zo lieffie, nu heb je je eigen uil! Pas er goed op!" zei de moeder van het stel. "Tuurlijk ma!" zei een lang roodharig meisje die ook een bril droeg. Het meisje zag Fellen en liep gelijk naar haar toe toen haar ouders aan het praten waren met de verkopster.

"Hoi, 1e jaars neem ik aan?" vroeg het enthousiaste meisje. "Ja..." antwoorde Fellen. "Ik ook, Eline Goedhart." ze stak haar hand uit en Fellen nam hem aan maar dit keer minder verlegen. "Fellen." "Oh ik moet gaan tot op de Zweinsteinexpres." "Doei..." zei Fellen. Toen ze wat rond keek vielen haar ogen gelijk een mooie bruine uil op. De uil keek haar ook aan. "Pap, mag ik deze?" "Tuurlijk Fellie, deze graag mevrouw."

Toen ze op het punt stonden om door de muur te lopen toen zei Fellen oppeens: "Roy, mijn toverstok!" "Oja, snel ik kom zo!" Fellen sprintte snel naar de toverstokken shop: Olivanders (De kleinzoon van Olivander had het overgenomen). Toen ze binnenkwam was er een blond meisje die net haar toverstok af betaalde. Ze was mooi en had kort blond haar en had ook al een bril. "Bedankt," ze draaide zich om en zag Fellen, "Oh, hallo. Ook een 1e jaars toch?" "Ja." antwoorde Fellen. "Ben je een volbloed of..." "Volbloed alleen opgevoed door normale mensen." "Iel dreuzels, maar daar kan jij niks aandoen."

"Ik heet Fellen en jij?" "Elisabeth Olivia Caitlyn Avry Brown, maar zeg jij maar Elisabeth ofzo. Ik moet gaan bye!" Ze was weg en Fellen was aan de beurt. "Aaah, Fellen Wolf toch?" "Ja, maar hoe weet u dat?" "Uw ogen zeggen alles, speciale ouders en speciale toverstokken....." Hij zocht even en pakte er toen 1. "Hier zwaai er eens mee." Fellen zwaaide en de trap ontplofde. "Nee... deze dan misschien." Ze zwaaide en de bloemen uit een oude vaas gingen dood. "Uw ogen..." moppelde de man. Hij pakte een andere doos. "Deze?" Ze zwaaide en mooie regenboog kleuren verschenen en een geluid van engeltjes klonken. De toverstok die het was geworden was blauw en met een handvat en mooie krullen erom heen.