Hoofdstuk 37

53 13 41
                                    

Lumi liep met de haar in een potje naar haar kamer.

'Waar heb jij uitgehangen?' hoorde ze plotseling Gaylens stem achter zich.

Zuchtend draaide ze zich om. 'Hoezo?' vroeg ze uitdagend. 'Je denkt toch niet dat ik bij Astria's vampiervriendje op bezoek ga, of wel soms?'

'Waar was je?'

'Wandeling gaan maken. Voor de frisse lucht.'

'Ja, ja.'

'Als je me niet gelooft, dan is het jouw probleem,' en ze liep weg. Ze ging haar kamer binnen en draaide de deur in het slot. 'Waarom zit jij achter mijn spiegel?!' riep ze toen ze Eliana zag zitten.

'Ik wachtte op je. Luister, ik wil echt weten wat jij de hele tijd uitspookt.'

Lumi zuchtte. 'Prima,' en ze legde het potje op tafel.

'Een zwarte haar? Heb je-'

'Nee, van Astria.'

'Is ze dood?' vroeg ze nieuwsgierig.

'Nee, nog niet. Ze is hier, op de maan.'

'Wat?! Hoe heeft ze dat voor elkaar gekregen?!'

'Denk goed na.'

Eliana bleef even stil. 'Komt het door die ene gast, Caelum?'

'Ja, ze is met een ruimteschip hierheen gekomen.'

'Waar is ze nu dan?'

'In mijn cel, in mijn villa hier verderop. Weet je, ze is echt grappig als ze bang is.'

'Het zal wel. Wat ben je van plan?'

'Oh, aangezien het onmogelijk is dat ze zich bij ons aansluit, wou ik haar krachten overnemen.'

'Maar dat kan niet.'

'Precies, dus wil ik ze afpakken.'

'Dan wordt ze weer een normaal mensje?'

'Ja, dan is ze geen last voor ons. Dan krijgt ze een gelukkig leventje met die vampier.'

'Laat me raden: je vindt dat ze je dankbaar moet zijn,' en Eliana grijnsde.

'Wat dacht jij dan?! Ze bakt er toch niks van.'

'Weet je, ik dacht eerst dat je haar mocht...'

'Da's toevallig, zij ook! Als ik me ga vermengen in de mensenwereld, word ik actrice, wat zeg je daarvan?'

'Prachtig, gewoon prachtig,' en Eliana rolde met haar ogen.

'Nou, ik ga dat drankje maken. Geef jij nog wat te eten aan Naomi?'

'Ja, slablaadjes,' zuchtte ze. 'Die cel van jou... Is die met magie beveiligd?'

'Die cel waar zij in zit niet, ze komt er toch niet uit.'

'Weet je het zeker?'

'Heel zeker.'

~*~

'Naar James?' vroeg Alisia. 'Waar zouden ze gaan afspreken dan?'

'Ik heb geen flauw idee,' zuchtte haar moeder. 'Wacht, ik kijk wel even waar ze is.'

'Via de app?' vroeg ze.

Haar moeder knikte en keek op haar telefoon. 'Geen signaal.'

'Misschien heeft ze haar 4G niet aan.'

'Ze heeft altijd haar 4G aan, pap.'

'Wat nu?'

~*~

Na een uurtje was Lumi eindelijk klaar met het drankje.

'En, klaar?' vroeg Eliana.

Ze knikte.

'Weet je honderd procent zeker dat ze nog steeds in die cel is?' vroeg ze weer.

'Ja-ha. Houd toch op met dat gezeur,' antwoordde ze geïrriteerd. 'Wil je mee?'

'Is goed, maar het is niet mijn probleem als ze ontsnapt is.'

'Luister, ik weet waar ik aan begin. Ik heb dit al lang van tevoren uitgedacht en gepland. Niks kan misgaan.'

'Juist als je dat zegt gaat het mis.'

'Bijgelovige,' en ze liep de kamer uit, met het drankje in haar hand geklemd.

'Nog één vraagje,' begon Eliana weer. 'Wat is er met je? Waarom draag je een sjaal?'

'Dring niet zo aan,' snauwde ze.

'Lumi, ik meen het,' en ze keek haar aan.

Ze zuchtte, en haalde de sjaal van haar hals.

'Oh mijn-'

'Ja, ik weet het,' onderbrak ze haar, en ze deed de sjaal weer om. 'Kom, we gaan.'

~*~

Voor haar gevoel was Astria dagenlang in die cel. Ze had honger en dorst, haar keel was helemaal droog. Een paar keer had ze geprobeerd te toveren, maar om de één of andere manier lukte het haar niet. Het moest wel aan de cel liggen, dacht ze. Die was vast betovert of zoiets. Na een tijdje hoorde ze stemmen. Ze hoopte wat te eten of te drinken te krijgen, maar diep vanbinnen wist ze dat Lumi al klaar was met haar "plan".

De deur ging open en ze zag niet alleen Lumi, maar ook Eliana in de deuropening.

'Ze ziet er bijna zielig uit,' zei Eliana, maar op haar gezicht was geen greintje medelijden af te lezen.

'Doe niet zo zwak,' zei Lumi bot. Ze maakte Astria's kettingen los en gaf haar het drankje. 'Hier, drink op. Nu.'

'Wat is het?'

'Drink nou maar op, stom kind!' riep ze geïrriteerd.

'Vertel me eerst wat het is!'

'Wees blij dat ik je niet gewelddadig dwing om het te drinken. Ik tel tot drie. Eén,' begon ze, maar Astria verroerde zich niet. 'Twee,' en ze keek haar met een doordringende blik aan. 'Drie.'

I'm a witch, now what? [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu