Hoofdstuk 3: Het strandhuisje

682 21 4
                                    

Het zachte zomerbriesje waait door mijn lange blonde haren terwijl ik op het strand loop. Ik duw mijn Ray-Ban zonnebril wat hoger op mijn neus en steek aarzelend mijn teen in het ijskoude water. Verbaasd staar ik naar twee kleine meisjes van 5 à 6 jaar oud die spelen in het water alsof het niet voelt alsof je in een groot bad vol ijsklontjes stapt. 

‘Fenna! Loop je een beetje door?’ Roept mijn moeder. Ze loopt met haar sandalen in haar hand meters voor me naast m’n vader. Ik doe alsof ik haar niet hoor. Na de tweede auditie van Liam, stuurde de jury hem bijna naar huis, maar op het laatste moment werd hij terug geroepen en werd van hem en vier andere jongens een groep gevormd. Liam, Niall, Zayn, Louis en Harry. De laatste naam is de reden dat ik nu zo sloom loop dat zelfs oma Jane me in zou kunnen halen. De hele autorit hierheen heeft Liam me duidelijk gemaakt hoe gênant ik wel niet was en hoe zeer ik de indruk wel niet heb gewekt dat ik hem leuk vind. Wat dus niet zo is. 

Als ik over het water tuur valt het me op dat er overal donkere vlekken zijn, pas als ik dichterbij kom zie ik wat het zijn: kwallen. En niet zomaar kwallen, kruiskwallen. Dat zijn giftige kwallen, die als ze je steken voor veel pijn kunnen zorgen. Verschrikt gaan m’n ogen naar de kleuters in het water, onbezorgd elkaar natspetterend en lachend.  Ik kijk om me heen, maar zie geen andere mensen. Je laat als ouders je kinderen van die leeftijd toch niet in hun eentje op een verlaten strand achter? Ook mijn eigen ouders zijn nergens meer te bekennen. Ik vloek zachtjes.

‘Meisjes, jullie moeten uit het water komen!’ roep ik een beetje in paniek en met overslaande stem. Geen reactie. Zonder na te denken loop ik het water in, de kwallen ontwijkend. De twee meisjes kijken me verbaasd aan. Als ik begin uit te leggen dat ze het water uit moet komen, vanwege de kwallen begint  er een te huilen. Als niet veel later de ander ook mee begint te blèren en ze zich allebei stevig aan me vast klampen, bang kijkend naar de inmiddels verdubbelde hoeveelheid kwallen om ons heen, staat ook mij het huilen me nader dan het lachen. Wat moet ik doen? Vijf minuten sta ik besluiteloos met het ene meisje op m’n rug en het andere op m’n nek, als ik opeens m’n ringtone hoor. Mijn telefoon! Helemaal vergeten. Ik haal m’n telefoon uit m’n nog net niet in het water hangende broekzak. Ik zie Liam’s naam staan en snel neem ik op.

‘Hee Fen! Waar hang jij uit? Je bent toch niet bang voor Harry ofzo?’ Er klinkt een zucht aan de andere kant van de lijn, ‘Ik moest me gewoon even af reageren denk ik, omdat pap en mam per se meewilden hiernaartoe... Ik kan er gewoon echt niet tegen dat ze zo overbezorgd zijn. Sorry.’

‘Ik heb het je vergeven,’ ondanks alles glimlach ik, ‘Maar Liam, ik sta hier tot bijna mijn middel in zee met twee krijsende kinderen op m’n nek omringd door giftige kwallen, enig advies wat ik zou kunnen doen?’ zeg ik, ondanks dat ik het zo goed mogelijk probeer te camoufleren klink ik toch nogal wanhopig.

‘Giftige kwallen?’ zegt Liam geschrokken, ‘Waar op het strand ben je?’

Ik kijk om me heen, maar in mijn ogen ziet het strand er zoals ieder ander stukje strand uit.‘Geen idee.’ Geef ik toe. ‘Ik kom je zoeken!’ Liam klinkt gehaast, ‘Gewoon blijven waar je nu bent oké,’ zegt hij nog voordat hij ophangt. Nadat ik de kinderen op mijn rug verteld heb dat er hulp onderweg is (voor zover je Liam hulp kan noemen) worden ze gelijk een stuk rustiger en stoppen ze met huilen. Terwijl we wachten vertellen ze me hun namen, Rosalie en Femke. Het wordt steeds zwaarder ze op m’n rug te dragen en dan neem ik een impulsieve actie. Ik zie een route tussen de kwallen door en begin te lopen. Ik wring me in rare bochten en probeer zo snel mogelijk het strand te bereiken. Als ik nog maar een meter of drie moet, voel ik opeens een pijnlijke steek bij m’n knie. ‘Au! Fuck, fuck, fuck’ roep ik uit er springen tranen in m’n ogen. ‘Gaat het?’ Hoor ik Rosalie zachtjes boven mijn hoofd zeggen. Ik trek m’n gezicht weer in plooi en aangezien ik bang ben dat als ik m’n mond opendoe er alleen een zielig gejank uit zal komen, knik ik. Vastberaden zet ik de laatste stappen richting het strand. Ik laat Rosalie en Femke zakken en bestudeer mijn knie. De pijnlijke rode plekken jeuken als een gek. 

‘Fenna!’ Liam rent naar me toe. Hij wordt gevolgd door een groep jongens, dat wel de rest van de band moet zijn. Hij knielt naast me neer, ‘Gaat het?’ Ik knik. Ik sta op en kijk naar de andere jongens. Ze hebben zich gelijk ontfermd over Femke en Rosalie. De twee meisjes die net nog hartverscheurend huilden, lachen nu om de jongen met het bruine haar die gekke gezichten naar ze trekt. Ik grijns, ‘Als jullie als band mislukken, kunnen jullie altijd nog een kinderdagverblijf beginnen.’ Zeg ik tegen Liam. ‘Hé!’ zegt Liam beledigd en hij geeft me een duw. ‘Jongens, dit is Fenna, mijn zusje.’ Zegt Liam tegen de jongens. Hij wijst naar een blonde jongen met blauwe ogen, ‘Fenna, dit is Niall.’ Vervolgens  gebaart Liam naar een andere jongen met lichtgetinte huid, zwart haar en een wat stoerder uiterlijk dan de rest, ‘En dit is Zayn.’ De volgende die Liam aan me voorstelt is de jongen die Femke en Rosalie net aan het lachen maakte, ‘Louis. En dan als laatste Harry, maar die heb je al ontmoet’ Liam knipoogt naar me. Ik kijk hem waarschuwend aan.

Ik kijk de groep even rond en glimlach, zelfs zonder dat ik gehoord heb hoe ze zingen vind ik ze al leuk samen. Dan kijk ik perongeluk recht in de ogen die ik al de hele tijd probeerde te ontwijken: die van Harry.

HEE! dit keer iets langer geprobeerd :) thanks for reading this story! I love you all :) Reageer met je ideeen voor het verhaal, en vergeet niet te voten ;) Verder nog over het aantal updates: Ik ga proberen een keer in de twee dagen te updaten, en de hoofdstukken wat langer te maken. Als ik niet een keer in de twee dagen update: SORRY! Sorry voor de lange AN. 

- sanne x

Liam's zusje (een one direction fanfiction)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu