Hoofdstuk 5: Flashbacks...

711 24 2
                                    

Fenna's P.O.V.

Ik word wakker door de plotselinge zee van licht die het kleine kamertje in de oefenhut van de jongens vult als iemand de gordijnen open trekt. Ik duw mijn hoofd kreunend nog wat dieper in m’n kussen.

‘Fen, ben je wakker?’ hoor ik de stem van mijn moeder zachtjes zeggen. Als ik mijn ogen niet dicht had gehad, had ik ermee gerold. Langzaam ga ik rechtop zitten. Mijn moeder zit op de rand van mijn geïmproviseerde bed op de bank. Verbaasd kijk ik om me heen, hoe kom ik hier? Gisteravond is als een groot zwart gat in mijn geheugen. Hoe erg ik ook m’n best doe, ik herinner me niets meer. M’n moeder kijkt me bezorgd aan.  Ik schrik van mijn spiegelbeeld in de glazen van de zonnebril in mijn moeders haar. Ik ben veranderd in een lijkbleek spook met donkere kringen en mascara dat overal zit behalve op mijn wimpers.

‘Goedemorgen’ zeg ik vrolijk, omdat de pijn van gisteren helemaal verdwenen is. M’n moeder glimlacht, ‘Hé Fen, we hebben het er nog even met Liam over gehad en hij heeft gelijk.’ Ze zucht, ‘We waren overbezorgd en we hadden hem hier gewoon alleen heen moet komen om te oefenen met zijn band. Het is zijn droom en hij is volwassen genoeg om hier alleen te zijn.’ Mijn moeders ogen staan verdrietig, maar ze kijkt vastbesloten. ‘We hebben besloten om te gaan.’

Mijn ogen worden groot. ‘Wat?!’ zeg ik verschrikt, ‘Ik wil blijven hoor.’ Het komt er feller uit dan het bedoeld was.

‘Het spijt me Fen.’ Is het simpele antwoord van mijn moeder. ‘Wanneer?’ vraag ik kortaf. Er hangt een donderwolk boven mijn hoofd. Slepen ze me eerst hier mee naartoe, en moet ik nu weer weg. Ik wil hier blijven, aan het strand met vijf super aardige jongens. Zonder ouders, want die doen toch alleen maar moeilijk. ‘Morgen’ zegt mijn moeder. Van mijn vrolijke humeur is niets meer over. Zonder nog iets te zeggen zwaai ik mijn benen uit bed en loop de badkamer in.

‘Fen alsjeblieft’ zegt mijn moeder duidelijk geïrriteerd. Ik sla de deur keihard dicht en zet de douche aan. Voor de spiegel staar ik mezelf even aan. Met mijn zombie uiterlijk en het vuur in mijn ogen van woede, zie ik eruit alsof ik ieder moment iemand neer ga slaan. Eenmaal onder de douche wrijf ik hardhandig de shampoo en conditioner in mijn haar, spoel alles eruit en zet het veel te heet afgestelde water weer uit. Met een handdoek als een soort Romeinse toga om me heen gedrapeerd loop ik de kamer weer binnen. Op de tafel liggen twee briefjes, een van Liam en een van m’n moeder.

Ben naar het strandhuisje alvast de spullen inpakken! Xxx Mama

Ik maak een propje van het papier en gooi het het raam uit het strand op.

Lieve Fen, we zijn even gaan voetballen op het strand. Straks gaan we met zijn allen naar een restaurantje in het dorp. We komen je rond half een ophalen. Er staan pannenkoeken op de tafel, tenminste, als Niall ze niet allemaal heeft opgegeten. Have fun! Liam.

Terwijl ik de pannenkoeken opeet, kijk ik twijfelend naar de klok die op half tien staat. Liam had vast niet verwacht dat ik al zo vroeg m’n bed uit zou komen, wat ook niet gebeurd was als m’n moeder me niet lastig had gevallen. Om nou drie uur te wachten? Ik besluit ze gewoon te gaan zoeken. Aangezien al mijn kleren in het huisje van m’n ouders liggen en de kleren van gister onder het zeewier zitten ga ik opzoek naar iets anders wat ik aan zou kunnen trekken.

Harry’s P.O.V.

‘Liam, schiet nou! Het is je moeder niet!’ ongeduldig kijk ik hem aan. Van top tot teen zit ik onder het zand en het lijkt wel alsof mijn mond niet meer kan stoppen met onbehoorlijke opmerkingen roepen. ‘NIALL, leg dat broodje neer!’

Louis loopt op me af, ‘Jezus Harry, wat is er met jou aan de hand?!’ vraagt hij voordat ik nog iets kan zeggen. Ik ontwijk Louis ogen en staar met gemengde gevoelens naar de zee.

FLASHBACK

‘Fenna, als je zo moe bent, ga dan naar bed!’ zegt Liam als Fenna duidelijk moeite moet doen om haar ogen open te houden. Het is iets van drie uur ’s nachts en we zitten nog steeds buiten bij het kampvuur. ‘Liam, het is vakantie,’ begint Fenna, ‘Ik ga hier zo lang mogelijk van genieten, dus hou je mond en pak nog een marshmallow voor me.’ Ze glimlacht lief en kijkt Liam met haar smekende puppy ogen aan. Ik kijk geamuseerd naar Liam. Hoewel hij het er duidelijk niet mee eens is, knikt hij en gooit de zak marshmallows naar haar toe. Het beetje licht dat van het kampvuur komt zorgt ervoor dat alles er een beetje eng uit begint te zien en ik begin grijzend, een beetje lacherig, een spookverhaal te vertellen. Nog niet halverwege mijn verhaal  valt mijn oog op Fenna. Ze zit dicht tegen Liam en hoewel ze het probeert te verbergen zie ik toch dat ze zachtjes huilt. Niemand anders lijkt het door te hebben, maar doordat ik nu zonder dat ik het doorheb al een minuut stil ben en naar Fenna staar, lijkt het ook tot hun door te dringen. Liam kijkt haar aan en fluistert iets in haar oor. Ze knikt, veegt snel de tranen van haar wangen en staat op. ‘Ik ben moe, welterusten jongens’ zegt ze, haar stem klinkt anders. Zonder verder nog iets te zeggen loopt ze weg.

 Ik voel me schuldig omdat ik bijna zeker weet dat het door mijn verhaal kwam dat ze zo van streek raakte. Ik kijk de jongens verbaasd aan, ‘Je kan haar toch niet halfhuilend alleen over het strand laten lopen?’ Ik spring overeind en ren naar Fenna toe en ga naast haar lopen. Twee minuten lopen we doodstil naast elkaar als ik me af begin te vragen waar we nu eigenlijk precies zijn. Het huisje ligt schuin achter de hoogste duin, maar door het donker kan ik niets meer herkennen. Ik sta plotseling stil. ‘Fenna, weet jij nog waar we zijn?’ zeg ik als Fenna zich vragend omdraait. Haar ogen worden groot en ze kijkt onrustig om zich heen. ‘Shit nee.’ Bekent ze, ‘En nu?’ Ik haal m’n schouders op en begin met m’n telefoon te kloten opzoek naar de zaklamp. ‘Wat nou als we een seriemoordenaar tegenkomen en ik door dat kwallenbeen niet snel weg kan komen? Of dat er een ster uit de hemel valt en de dampkring hem niet tegen houdt? Of, of...’ Een stortvloed van de meest lachwekkende, onrealistische rampscenario’s verlaat Fenna’s mond. Ze is in het zand gaan zitten en mompelt nog even door. Als ik haar zie met haar armen om haar knieën heengeslagen brabbelend over aliens, in die veel te grote sweater van Liam, begin ik te lachen en plof ik naast haar neer in het zand. Ik sla zonder erover na te denken een arm om haar heen en kijk haar in haar ogen aan, misschien komt het door die biertjes  maar plotseling gaat het me weer een stuk beter af. ‘Ik zweer op hoog en laag dat ik je bescherm tegen de aliens, de seriemoordenaar trap ik in z’n buik en de ster zal ik tegenhouden met m’n superkrachten.’ Ik kijk haar grijzend aan. Ze glimlacht, maar dan kijkt ze geschokt ‘Wat?! Heeft Liam je serieus verteld over dat hoog en laag gebeuren?’ Ik knik en ze moet lachen. Opeens ben ik me weer bewust van mijn arm die ik om haar heen geslagen heb en hoe dicht ze tegen me aan zit. Dat maakt het samen met de sterren en de zee net een van die romantische films. Het enige verschil is, dat ik geen idee heb wat ik nu moet doen. Voorzichtig leun ik een beetje naar voren en ook Fenna komt iets dichterbij. Als ik naar haar mond kijk, doe ik wat ik eigenlijk al die tijd al had willen doen, ik kus haar.

Ik kijk Louis aan zijn ogen lijken wel door me heen te branden. ‘Ik heb met Fenna gezoend.’ Komt er een beetje hulpeloos uit. ‘Je bent en blijft ook een player, hè?’ er verschijnt een grijns op Louis’ gezicht. ‘Ik weet alleen niet of het zo’n goed plan is aan te pappen met het zusje van Liam, Haz’ zegt Louis nu weer serieus.

‘Hallooo!’ klinkt er van ver. Ik kijk om Fenna komt aangelopen in een outfit bestaand uit Louis veel te grote broek, de schoenen van Niall en mijn shirt. Ik glimlach.

HEEE! sorry, duurde ERRUG lang. I know :( danku zeer als je dit verhaal nog leest :) ASSEPIEF voten en commenten ;) vooral comments maken me blij :)

- sanne x

Liam's zusje (een one direction fanfiction)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu