Lord Of The Rings: The Fellowship Of The Ring

2

Elrond POV

"Vader!" hoor ik Arwen roepen, ik snel me naar haar kamer en kijk wat er aan de hand is, "wie ben je?" vraag ik argwanend, "ik ben Alanna, dochter van Lathiël" vertelt ze, "dus jij bent Vanya" mompel ik nadenkend, "nee ik ben Alanna" probeert ze me te verbeteren, "in Midden-Aarde is jou naam naar Vanya getolkt" leg ik uit, ze knikt begrijpend, "kom mee" zeg ik en sein haar dat ze me moet volgen, "jou moeder was een sterke vrouw, ze kon als de beste vechten en was beeldschoon, ze bewees dat vrouwen ook het recht hadden om te vechten maar nadat ze verdween was dat recht met haar verdwenen" vertel ik en loop naar een rustkamer, "hier kan je slapen, als je daar de behoefte aan hebt" vertel ik, "dankjewel" glimlacht ze en loopt de kamer binnen, ik loop terug naar het prieel om daar na te denken hoe ze moet bewijzen om de ring te vernietigen.

Alanna POV

Ik stap de kamer in en kijk uit het raam, ik heb uitzicht op de ingang, ik grinnik en plof neer op het bed, een goeie nachtrust zal goed zijn voor mijn wolvenkant.. maar ik zal mijn slaap niet nodig hebben voor mijn elven kant.. ik zal vanavond mijn ogen wel even sluiten, denk ik bij mezelf en kleed me snel even om naar wat lossere kleding van de mensenwereld. 

'bewijs dat vrouwen ook het recht hebben om te strijden voor wat ze lief hebben'  hoor ik de stem van mijn moeder.

Ik glimlach en besef dat ik haar niet mag teleurstellen, ik hoor stemmen aankomen. Ze zijn nog best ver maar door mijn elfen en wolven gehoor samen kan ik fantastisch horen, ik sta op en schuif mijn raam open, terwijl ik uit het raam klim het dak op worden de stemmen duidelijker, ik klim naar de plek waar ik het beste zicht heb, de toren op het dak. Ik kijk rond maar zie ze niet wat ik wel kan is ze uitstekend horen. Het zijn groepen, maar niet van dezelfde soort, ik hoor het aan hun voetstappen en ruik dat ze dichtbij zijn. Terwijl ik naar beneden klim zet ik mijn voet verkeerd neer en glij ik weg voordat ik nog verder kan glijen pak ik me net optijd vast aan een dakpan en klim voorzichtig weer via het raam naar binnen, ik kijk via het raam naar beneden en zie het eerste groepje al aankomen,Elfen. Mijn blik glijd langs de gezichten totdat ik langs het gezicht ga van iemand die ik maar te goed ken, ik klap het raam dicht en pak een stoel vast terwijl ik de woede voel borrelen probeer ik mezelf onder controle te krijgen. Mijn grip op de stoelleuning word steeds steviger totdat het hout versplintert en ik gooi de stoel neergooi terwijl ik mijn weg maak naar de Elrond "ah je bent er de eerste groep is net aangekomen" hoor ik Elrond tegen me zeggen maar ik negeer hem en loop door naar buiten.

Elrond POV

Alanna loopt woest naar buiten, ik glimlach naar de elfen die voor me staan en leid hun naar hun verblijf. Als ik dat heb afgehandeld loop ik naar buiten waar ik Alanna ruzie zie hebben met Aeronniell.

"Aeronniell Daro!" roep ik terwijl ik me naar het ruziënde stel haast"apa se heria!"  snauwt ze fel terug, ik kijk haar waarschuwend aan en ze trekt zich terug, "zij begon, dat de Mirkwood prins zo fantastisch en leuk is" legt ze geïrriteerd uit, "en wat reageerde jij?" vraag ik rustig, "dat hij niet zo fantastisch is en een Ork nog mooier was" antwoord ze, "jij en Legolas hebben een verleden ofniet?" vraag ik rustig, ze knikt, "toen met de reis van Thorin, hij was me aan het fouilleren maar ik wou niet wat denkt hij wel niet, toen hij mijn kleine fotolijstje pakte en medaillon waar foto's van mijn moeder en mijn vader in zitten werd ik woest, het zijn niet de foto's maar de herinneringen die er in zitten waar hij niks mee te maken heeft. Aan het medaillon zat een hanger en in die hanger zat magisch water, het kan alle wonden genezen, zelfs de aller diepste en ergste" legt ze uit "heeft hij de lijst nog steeds?" vraag ik, "weet ik niet maar ik zal hem verscheuren als hij er iets mee gedaan heeft" gromt ze, ik knik, "kom je mee naar binnen?" vraag ik, ze knikt en loopt achter me aan.

Alanna POV

Ik loop achter hem aan en loop weer naar mijn kamer, ik ruik een andere geur en gooi de deur open, "ga uit mijn kamer!" roep ik en de persoon draait zich om, "Elf" grom ik en probeer controle te houden, "beest" antwoordt hij met een spottend ondertoontje, "waar is het" grom ik, hij haalt een fotolijst tevoorschijn, "bedoel je dit?" vraagt hij of hij niks heeft gedaan, "ja dat.. waar is het medaillon?" sis ik, hij gooit het fotolijstje naar me toe, "het medaillon ligt in Mirkwood" vertelt hij, ik maak hem open en zie de twee foto's.