Sneeuwengel

12 0 0
                                    

Het is inmiddels december geworden. Je trekt me aan mijn arm mee naar buiten. Je wilt een sneeuwpop met mij maken. Ondanks dat ik moe ben en liever bij de openhaard ga zitten met een kop warme chocolademelk, loop ik toch achter je aan.
Ruim een uur later staat er een zielig hoopje sneeuw in de tuin. Ik geef het mannetje mijn sjaal. Ook haal ik een wortel op voor de neus.
Uitgeput ga ik in de sneeuw liggen. Ik kijk omhoog naar de wolken terwijl ik een engeltje ik de sneeuw maak met mijn armen en benen. Samen met jou praat ik over het leven. Ook al ben je nog maar acht jaar oud, je weet al goed wat je wilt. Je vertelt mij dat je zieke kinderen wilt helpen. Je wilt dat ze nog een kans krijgen om te zien hoe het is om groot te zijn. Ik denk niet dat het een gunst is om ze daar bij te helpen, maar ik houd mijn mond.
Als het donker begint te worden ga ik weer naar binnen. Ik voel hoe mijn huid prikt bij de plotselinge warmte. Stiekem geniet ik er van.

De schim van mijn dochterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu