Hoofdstuk 11

12.4K 56 5
                                    

Hoe kon ik zo dom zijn, hoe kon ik er zo in zijn getrapt?

Toen ik daar met Zed in bed lag, leken we alleen op de wereld te zijn, ik dacht dat hij van mij hield, en ik van hem. Ik heb me gewoon door hem laten gebruiken. Gatverdamme, ik heb gewoon mijn maagdelijkheid verloren aan een vieze jongen die ik niet eens mag! Deze eer was voor Martijn geweest.

Ik voel tranen opkomen.

Ik heb me nog nooit zo vies gevoeld.

Zed gaat het tegen Martijn zeggen.

Dan wilt hij me nooit meer terug.

Ik loop mijn huis in, en sla de deur zo hard achter me dicht, dat het hele huis trilt.

Just GoodWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu