De Vier Ruiters

De vier Ruiters deel 2

Toen de magische tovenaar was gestorven had hij een magische vloek uitgesproken die het koninkrijk zou vernietigen.
Niemand had het gemerkt behalve een oude soldaat die terug ging naar het kasteel. Hij vertelde het verhaal tegen de koning en die was erg ongerust. Hij zette extra wachters neer en lijfwachten overal in Roodslot. Ook de grenzen werden bewaakt door duizenden boogschutters. De maarschalken en admiralen hadden grote torens laten bouwen om beter uitzicht te kunnen hebben voor als er iemand het land binnenviel. De duistere wachters die het hadden overleefd en reisden naar een oude ruïne waar ze hun kamp opbouwden. De duistere kracht werd steeds groter en ze trainden nu een miljoen wachters om vervolgens het land van de vijand binnen te vallen. De prins ging elke dag op jacht en kwam toen een zwakke, gewonde duistere ruiter die bijna dood ging. Hij vroeg: Waar zijn de andere zwaar gewonden gebleven? Zeg het en ik verlos je van je pijn. De duistere ruiter antwoordde dat ze waren vertrokken om vervolgens Roodslot te vernietigen. De prins had genoeg informatie en zij: Ik had je beloofd je te verlossen, Hier! En hij stak zijn scherpste zwaard in zijn mond en de duistere ruiter huilde, jankte en piepte van pijn. Daarna viel hij op de grond en ging dood. De prins ging terug en melde dit aan zijn vader. De koning werd bezorgd en verhoogde de hoeveelheid wachters bij de grenzen. Er werden sterke wapens gesmeed en grote voertuigen gebouwd zoals klimoppen, katapulten, stormrammen en beschuttingen. Er was steeds meer onrust in het land en de mensen dachten dat de oorlog niet meer ver weg was. Dat was ook zo : een miljoen wachters waren getraind en gruwelijke wapens waren gesmeed. De duistere ruiters waren klaar voor oorlog. Op 14 Juni vielen ze met al hun mannen het land binnen. Zwaarden kletteren en mensen sterven. De duistere ruiters zijn deze keer te sterk voor de grens en als ze binnen zijn moorden ze iedereen die ze tegenkomen.
De vier dappere ruiters maken zich op dat moment net klaar voor de oorlog. Als ze klaar zijn en de poort uit komen rijden is de zwarte garde al diep in het land gekropen. De ruiters moeten nu hun krachten bundelen. De zwarte garde is sterk maar het leger van de prins is ook sterk. De helft van de zwarte garde blijft in het kamp en de andere helft valt aan. Steeds als ze een kasteel of kamp hebben veroverd blijven daar een paar ruiters om de boel in de gaten te houden. Dus de ruiters die bij Roodslot aankwamen waren met honderdduizend mannen in plaats van een half miljoen. De ruiters vertrokken met de boogschutters en een paar wachters maar toen ze bij de zwarte garde kwamen zagen ze dat het te veel mannen waren. Toch probeerde ze het. Ze schoten met pijlen en ze staken met zwaarden. Je hoorde mensen en duistere ruiters janken en huilen van pijn en veel mensen sterven. Het gaat steeds slechter en de zwarte garde is bijna zover om Roodslot binnen te vallen. Toen hoorde je boven het geluid van bloed, verderf,moord en plundering een harde hoorn. Dat is geen duistere hoorn en ook geen Roodslot hoorn! Wat kan het dan zijn? En toen galoppeerde er een leger binnen van duizenden mannen die Roodslot kwamen verdedigen tegen de zwarte garde. Het nieuwe leger noemde zichzelf de muizenrijders en ze bewaakte de grenzen zodat er geen duistere krachten meer in het koninkrijk zou kunnen komen. Maar er waren er nog wel een heleboel. De 4 ruiters sloegen zich in de rondte maar het waren gewoon te veel mannen. Ze trokken zich trok naar Roodslot om de stad van binnen te verdedigen. De boogschutters stonden op de torens de wachters bij de poort en de ruiters op de binnenplaats. Allemaal klaar om aan te vallen en wachtend op het sein. De koning stond op de hoogste toren en luidde loeihard de hoorn van Roodslot. De poort werd geopend de wachters en ruiters stroomden naar buiten en de boogschutters schoten zoveel pijlen al ze konden. De ene na de andere ruiter reed weer terug naar de poort toen ze zagen dat hij geopend was ze zeiden dat de koning niet moest doen omdat dan de zwarte garde zo Roodslot binnen kon vallen. Maar de koning zei: Nee dat zal ze niet lukken, dat zal ze niet lukken. De zwarte garde reed verder en naderde het kasteel de ruiters en wachters stroomden naar binnen en de poort werd op het laatste moment gesloten. Vanaf de torens konden de boogschutters makkelijk de zwarte garde neerschieten maar de duistere ruiters hadden het best voor het laatst bewaard en er reden 5 klimoppen ,10 katapulten en 20 stormrammen op het kasteel af. De ruiters waren verloren dachten ze maar de prins had een idee hij ging naar de grote kelder van het kasteel en nam een paar sterke mannen met zich mee. Toen hij er weer uitkwam reden er 50 grote kruisboogkatapulten achter hem aan die allemaal over de binnenplaats werden verdeeld. Alle katapulten werden geladen en toen de prins het sein gaf vuurden ze 50 pijlen af die ober de stadspoort vlogen en het duistere leger vermorzelde. Alles ging goed en het duistere leger werd steeds zwakker en zwakker. De mannen werden neergeschoten de katapulten verbrand de klimoppen werden neergehaald en de stormrammen kapotgeslagen. De duistere koning werd naar Roodslot gebracht en daar werd hij opgesloten.
  Roodslot had gewonnen en het koninkrijk was weer vrij.