9

190 19 3
                                    

Jai

Het is half 4 en ik wankel naar huis. Zuchtend open ik de deur van mijn huis en probeer zo stil mogelijk te zijn want ik neem aan dat de andere al slapen. Ik doe mijn jas en schoenen stil uit en loop op m'n tenen naar de badkamer. Ik kijk in de spiegel en kijk naar mijn blauwe oog, bloedlip en bloedneus. Ik slik en pak een washandje die ik nat maak. 'Hee,' hoor ik achter me. Ik draai me schrikkend om en zie Stacy staan. 'Uh hee,' slik ik. 'Wow Jai, wat heb jij gedaan?' vraagt ze en ze loopt naar me toe. 'Ik Uh...' Ik zie aan der blik dat ik niet moet gaan liegen nu. 'Ik ben geslagen.' Ze kijkt me geschrokken aan en pakt het washandje uit mijn handen. Ik kijk haar aan en voorzichtig haalt ze het bloed bij mijn mond weg. Daarna doet ze mijn neus. Het washandje gooit ze in de wasmand en ze pakt een nieuwe. Ze maakt hem nat. 'Heb je veel pijn?' vraagt ze terwijl ze het washandje zacht tegen mijn blauwe oog houdt. 'Duizelig,' zeg ik. Mijn stem klinkt hees maar ik wil Stacy niet laten merken dat ik heel veel pijn heb. 'Kom.' Ze pakt mijn hand en neemt me mee naar mijn slaapkamer. Ze wijst naar mijn bed en ik ga liggen met het washandje op mijn oog. 'Heb je nog ergens anders pijn?' vraagt ze. Ik slik en leg mijn hand op mijn bed. Ze doet mijn shirt omhoog en ze kijkt me daarna met tranen in mijn ogen aan. 'Wie heeft jou dit aangedaan?' vraagt ze. Ze kijkt weer naar mijn buik die helemaal blauw is en sneeën heeft. Ik antwoord niet op haar vraag en ze kijkt me aan. 'Blijf liggen.' Ze loopt de slaapkamer uit en ik staar naar het plafond. Waarom ben ik hier ooit mee begonnen? Stacy komt terug met een doekje. Ze dept ermee op mijn buik en als ze klaar is klop ik naast me op het bed. Ze doet mijn shirt weer naar beneden en komt naast me liggen. Ik sla een arm om haar heen en ze kijkt naar me. 'Waarom ging je eigenlijk weg?' vraagt ze. Ik slik en wil niet liegen tegen haar, maar als ik de waarheid vertel dan gaat ze hoe dan ook bij me weg.

Samuel

Ik word wakker met Leanne nog slapend in mijn armen. Ik glimlach en druk een zachte kus op haar haar. Ik kijk om me heen en zie dat Cassius, Kaj en Dioni ook al wakker zijn. De matras van Jai en Stacy is leeg. Ik heb Jai ook niet thuis horen komen, straks is die niet eens thuis. Ik pak mijn mobiel en kijk naar de tijd. 11:30. Zo laat al? Leanne wordt ook wakker en ik kijk op van mijn mobiel. 'Hee babe,' zeg ik. Ik geef haar een kus. 'Hee,' zegt ze met een schattige ochtendstem. Ze gaat dichter tegen me aanliggen en ik sla mijn armen steviger om haar heen. 'Zullen we ontbijt gaan maken?' vraagt Kaj. Iedereen knikt en terwijl Leanne nog even doorslaapt loop ik met Kaj, Cassius en Dioni naar de keuken. Kaj dekt de tafel. Dioni warmt de broodjes op. Ik maak eitjes en Cassius helpt met Kaj. Na een half uurtje is alles klaar en maakt Kaj de meiden wakker en ik loop naar boven om te kijken of Jai daar ligt met Stacy. Ik klop op de deur en hoor Jai's stem. Ik doe open en kijk naar Jai die met Stacy in bed ligt. Beide zijn ze al wakker. 'Morgen,' zegt Jai. 'Hee, ontbijt is klaar,' zeg ik. Jai knikt en ik loop terug naar beneden. Ik ga naast Leanne zitten en Jai en Stacy komen ook beneden. 'Jai, wat is er met jou gebeurd?' vraagt Kaj. Nu pas valt mij het blauwe oog op en de dikke lip. Zijn neus is ook behoorlijk blauw en nu kijkt iedereen hem aan. 'Gevochten vannacht, niks bijzonders,' zegt hij terwijl hij een broodje praat. Ik neem aan dat hij er niet verder over wilt praten dus iedereen laat het zo. 'Gaan we vandaag nog wat doen?' vraagt Jai. 'Uh schaatsen?' stel ik voor. Iedereen knikt en na het ontbijt maakt iedereen zich klaar terwijl Jai en ik de tafel afdekken. 'Hoezo heb je gevochten?' vraag ik. Hij kijkt me aan en slikt. 'Je gaat nu niet zeggen dat je nog niet gestopt ben?' vraag ik met opgetrokken wenkbrauwen. 'Dan zal ik het niet zeggen.' 'Jai, je bent gek. Wat vindt Stacy ervan?' vraag ik. 'Ze Uh weet het niet,' slikt hij. Ik kijk hem aan. 'Niks zeggen. Ik wacht tot het juiste moment.' Ik zucht en knik. Als we klaar zijn kleden wij ons ook om. We gaan lopend naar de stad omdat Jai er heel dichtbij woont. Ik pak Leanne haar hand en we huren allemaal een paar schaatsen. We trekken ze aan en gaan het ijs op. 'Ik kan niet schaatsen,' zegt Leanne. Ik grinnik zacht en pak haar handen. 'Gewoon vooruit schaatsen,' zeg ik. Leanne knikt en ik schaats naar achter waardoor zij naar voor schaatst.

Na een uurtje hebben we onze schoenen weer aan en de schaatsen weer ingeleverd. We halen wat drinken bij een restaurant. 'Ik heb echt zin in die vakantie,' zegt Kaj. 'Ik ook,' zegt Senna.

No chanceWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu