Hoofdstuk 23

1.1K 45 3
                                    

Samen zitten ik en Charlotte weer in het vliegtuig. We hebben weer afscheid genomen van onze ouders. Het was een moeilijk moment, maar in mijn achterhoofd had ik zin om de dansstudio in te gaan. Eindelijk waar ik zo lang van heb gedroomd komt uit. 'Gaat het een beetje Char?' Iedere keer draaide Charlotte's ogen een ronde. Net alsof ze elk moment kon wegvallen. Ze heeft bijna niks meer gegeten. Ik heb har gedwongen om te eten. Maar toch werd ze steeds dunner. 'Het gaat wel'. Zegt Charlotte kortaf en kijkt weer naar buiten. Het is zo moeilijk om haar nu zo te zien. Ik voel hoe het vliegtuig begint te rijden, hij stijgt langzaam op.

'Charlotte. Charlotte wordt wakker!' Zachtjes schud ik Charlotte door elkaar. Ze mompelt wat en schrikt wakker. 'Ben je wakker?' Ze glimlacht even. 'Natuurlijk ben ik wakker'. Ik voel hoe de wielen van het vliegtuig landen op de baan. Ik pak mijn bagage en loop het vliegtuig uit. Ik zie hoe de zon probeert door te komen. Charlotte loopt langs me. Haar wallen zijn steeds erger geworden. Maar haar ouders wisten niks. En weten nu nog niks. 'Charlotte, had je dit hele verhaal niet beter tegen je ouders kunnen vertellen? Nu loop je er steeds mee'. Ze slikt even en ze kijkt me aan. 'Het is beter zo, om problemen tussen mijn ouders en Harry te voorkomen'. En ze kijkt weer weg. Ik en Charlotte zijn een paar dagen later weg gegaan. We hadden mevrouw Pey gebeld. Zij vond het prima. Nu nog een paar dagen en ik zie Harry. Ik ben zo boos. Ik pak mijn koffers en loop richting een taxi.

Ik loop Niall's appartement binnen. Wat heb ik zijn geur gemist. Ik leg mijn koffers in de slaapkamer en Charlotte doet hetzelfde. 'Charlotte als je wilt praten, het kan altijd he!' Ze kijkt een keer om. 'Dat zal ik ook zeker doen'. En ze loopt de kamer weer uit. Ik weet het niet meer. Ik weet niet meer hoe ik haar aan het lachen kan krijgen. Hoe ik haar weer een beetje het positieve kan laten zien. Maar het lukt niet. 'Lust je iets te eten?' Zeg ik als ik de kamer binnen loop. Ik zie niemand. 'Charlotte? Charlotte waar ben je?' Roep ik door het appartement. Het galmt helemaal. Ik zoek in de keuken maar ik zie niemand. Ik kijk verder. Er schiet me iets te binnen. Ik heb nog niet in de logeerkamer gekeken. Maar daar zie ik ook geen Charlotte. Ik loop verder naar de badkamer. De deur is niet opslot. Ik klop een keer. Maar ik krijg geen gehoor. Ik doe de deur open. Ik blijf verstijfd staan. Een stuk glas ligt er op de grond met Charlotte ernaast. Heel haar arm bloed. Ik ren naar Charlotte en kniel langs haar neer. 'CHARLOTTE! CHARLOTTE WORDT WAKKER!' Maar ze blijft gewoon stil liggen. Heel het bloed stroomt uit haar armen. Ik pak mijn mobiel en bel meteen de ambulance. De telefoon gaat over. 'Hallo waarmee kunnen wij u van dienst zijn'. Ik kijk in paniek rond. 'Hallo mijn vriendin ligt bloedend langs me op de grond'. Zeg ik in paniek. De vrouw stelt nog een paar vragen en de ambulance is onderweg. 'Charlotte blijf bij me! Laat je niet in de grond duwen door die idioot! Je bent mijn beste vriendin! Ga niet weg!' Zeg ik huilend. Ik begin te hyperventieleren. Ik doe mijn handen voor mijn mond en probeer zo rustig mogelijk te ademen. Ik hoor de bel gaan. Ik ren naar de deur en laat de ambulancebroeders binnen. Ik leid ze mee naar de plek waar Charlotte ligt. De ambulancebroeders kijken elkaar een keer aan. En niet normaal maar op een ernstige blik. 'Mag ik mee?' Vraag ik huilend. 'Zijn er meer mensen aanwezig in dit huis?' Vraagt een van de ambulancebroeders. 'Nee wij waren hier alleen'. De ambulancebroeder knikt. 'Jij mag mee, zorg wel dat je de spullen pakt die je nodig hebt, wij redden het hier wel'. Ik pak mijn mobiel van de grond en ren zo hard als ik kan naar de slaapkamer en pak wat kleren en stop ze in een tas. Mijn mobiele oplader en mijn sleutels. Ik zie dat de ambulancebroeders met Charlotte op het brancard het appartement verlaten. Ik ren naar de deur en sluit hem achter me. Ik stap samen met Charlotte en de ambulancebroeders de lift in. 'Rustig ademhalen, het komt goed'. Zegt een ambulancebroeder terwijl hij een hand op mijn schouder legt. De lift stopt en samen stappen we uit.

Ik zit in de ambulance bus en hij begint te rijden. De mannen leggen Charlotte aan een infuus en drukken de diepe snee dicht. 'Mevrouw, hij is echt diep, we hopen dat we haar kunnen redden'. Zegt een van de ambulancebroeders tegen mij.

YAAAAAH HET IS ME GELUKT! NOG NET VOORDAT IK OP VAKANTIE GA ER EENTJE BIJ GEZET! GEWELDIG! I'M HAPPY! Ik hoop dat jullie hem toch een beetje leuk vinden! Een fijne vakantie en ik schrijf na mijn vakantie weer verder!

Loves and Kisses

Xxx

Don't see it (FanFiction) (Dutch) (Niall Horan)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu