Meh Books!

35 2 1
                                    

Omg dat plaatje is zo awesome! En door mijn liefde voor dat plaatje heb ik dat persoon in mijn verhaal Uoza gestopt. Ik ben nog niet echt bezig met Uoza schrijven maar het hele verhaal heb ik al twee jaar lopen uitwerken. Dus als je in een sadistische bui zit lees dan het proloog maar. Meer zeg ik niet... Hehehehehe.
Uoza is dus mijn grote levenswerk. En omdat dat verhaal ver uitgewerkt is heeft ieder personage een lang achtergrond verhaal dus ik kon zo nog een boek schrijven. And that's what I did!
Dus Uoza's moonlight was ontstaan! Dat was ook al gelijk een goede oefening voor het schrijven.

En voordat ik allemaal aan die shit was begonnen had ik een boek dat gebaseerd was op een droom maar ik had geen plot dus ik kwam helemaal vast te zitten.
Maar hoofdstuk 2 was best goed en die zal ik even delen.

H 2
Er waren al verschillende leraren door de gang gelopen. Het was onrustig, maar ik leek de enige te zijn die het merkte van mijn vriendinnen. "Je moet de minnen die bij de getallen horen niet.."
"Lisette?", onderbrak ik haar.
"Wat? Snap je het nou eindelijk?"
"De sfeer is zo vreemd"
"Hoezo?" Ze keek me raar aan.
"Nou gewoon. We hebben geen flauw idee waarom we deze quiz maken!"
"Hmm, ik weet niet."
Ik wendde me tot Dagmar en Jeske.
"Dagmar heb jij een idee waarom we deze quiz doen?"
Dagmar keek op net als Jeske.
"K' weenie misschien omdat de school dan een of ander random certificaat krijgt."
"Ja misschien krijgen we het na deze 150 vragen te horen.", zei Jitske.
Ik knikte instemmend en pakte het blad van natuurkunde ik wou net onze namen op het papier zetten toen ik een meisjesgil hoorde beneden. "Wat was dat?", zei Dagmar.
"Ik ga wel even kijken", zei ik.
"Ik ga mee", reageerde Jeske. Dus we liepen de trap af en Jitske, Lisette en Dagmar keken over de reiling mee. Op de 1ste verdieping bleek iedereen ook nieuwsgierig te zijn en wou ook gaan kijken. Jeske liep op de trap die naar beneden leidt af. "Jeske, nee!", riep ik zonder de reden te weten. Er was iets vreemds aan de hand. En toen kwam mijn biologieleraar meneer Bary en mijn leraar Engels in de brugklas meneer de Bruin de trap oplopen. Maar ze waren niet alleen.
Achter hen liepen nog wat meer leraren die ik niet bij naam kende maar ik weleens door de gang heb zien lopen. Ze gaven een soort van vreemde sfeer. Ik voelde het. Jeske stond langs me met haar mond een stukje open te staren. "Wat gebeurt er?", riep Dagmar van bovenaf, hangend over de reling. Dit was best wel eng. Jeske en ik liepen achteruit. De leraren leken zichzelf niet. Ze keken onnatuurlijk. Ineens, uit het niets, boog De Bruin naar voren en rende langs me. Verbaast keek ik hem na. Hij rende naar een quizgroep. Meerdere leraren renden langs mij en Jeske. Er werden mensen meegesleurd door de leraren. De mensen werden opgetild en een soort van ontvoerd. Leraren renden naar de 2de verdieping. "Dagmar, weg daar!"
"Wat gebeurt er", schreeuwde Jeske door het lawaai heen. Ze keek me bang aan.
"Jeske we moeten Dagmar en de rest helpen!", riep ik.
"Dit is gevaarlijk!"
"Denk niet alleen aan jezelf!"
Ik rende richting de trap en tot mijn verbazing, ging Jeske mee.
"Dankjewel."
We renden met de leraren mee.
Wat vreemd.
We werden volkomen genegeerd.
De leraren leken maar bezig te zijn met één iets.
Ze leken maar één leerling te pakken om ze dan vervolgens naar beneden te sleuren.
De leraren waren echt zichzelf niet. Ze leken onder een of andere hypnose te zijn.
Ze keken recht voor zich uit en focuste zich recht op hun 'prooi'.
"Aaaah! Blijf van me af!", hoorde ik, denk ik Lisette roepen.
Het was moeilijk te horen door alle gillende leerlingen.
Ik keek door de mensen heen en zag Lisette vastgehouden door een leraar.
Lisette gilde en maaide met haar armen maar de leraar leek het niet te merken.
"Toop! Jeske!"
Dat was Dagmar.
Dagmar werd opgetild maar ik liet haar niet meegenomen worden. Ik rende tegen de leraar aan en die liet Dagmar vallen. Ik hielp Dagmar met opstaan en trok haar mee de trap af. Jeske rende ook mee. Ik wist niet of ik de dolgedraaide leraren hiermee juist hielp. Ze namen de leerlingen naar beneden. We kwamen op de eerste verdieping aan en we wilden gelijk naar de trap rennen. Een leraar kwam ineens van achteren en trok Dagmar weg en sleurde haar niet naar beneden maar de gang van de 1ste verdieping in.
"Dagmar!!!"
"Oh, dit gaat mis!", zei Jeske.
Ze keek om zich heen en zei nog: "Sorry Toop." En toen rende ze ergens de gang in.
Fijn, dacht ik.

Er kwamen meer leraren de trap op lopen.
Mijn biologie leraar meneer Bary zit er ook bij.
Hij staart naar me en ik staar terug.
Ik weet wat dit betekend.
M'n hart begint sneller te kloppen.
Mijn eerdere gedachtes stromen weer door mijn hoofd. "Ze lijken zich alleen te richten op hun 'prooi'."
Ik loop 2 stapjes achteruit en hij blijft staan.
Mooi, denk ik en ik ren achteruit de gang in waar Jeske en Dagmar ook al in verdwenen zijn. Ik hoor hem rennen en ik dwing mezelf ook om niet achterom te kijken. Maar hij is sneller.
Hij haalt me langzaam van de zijkant in.
Ik waag het erop en rem hard af en draai me om. Ik ren terug naar de trap tussen de leraren heen. Ik ga de trap af naar de begaande grond en ren voor m'n leven. Ik ren langs de aula waar we eerder gewoon rustig zaten wachtend op de rector met haar speech. Tot m'n verbazing zie ik dat Bary bijna onmenslijk snel door de aula rent en het trapje nadert waar hij dan recht voor mijn neus kan springen.
Ik zie het aankomen omdat ik goed ben in tikkertje, dat is nu erg handig.
Ik gebruik dezelfde truc dus ik rem af en ren terug.
Ik ren de gang waar de loge zit in omdat daar de uitgang is.
Maar dan zie ik de deur.
Helemaal geblokkeerd met allerlei dingen.
Ze waren niet van plan dat er iemand zou kunnen ontsnappen.
Ik kijk even achterom en zie dat Bary me weer gaat inhalen.
Hij rent vlak achter me dus ik kan mijn remtruc niet gebruiken.
Er zit niks anders op dan het F-gebouw in te rennen. De deur van het auditorium staat open.
Ik rende erin zonder te beseffen dat ik nog geen flauw idee had hoe ik Bary kwijt kon raken.
Ik ben vast moe, maar ik merk het niet door de adrenaline.
Bary leek nergens last van te hebben.
Het leek bijna of hij niet eens ademde.
Ik ren het trapje van de zaal af en ren richting het bureau waar de leraar altijd zit. 
Bary staat bovenaan en rent naar het midden van de zaal en rent een rij binnen en stapt over de stoelen.
Slim van hem.
Niet handig, ik kan nu geen kant op.
Maar ik laat me niet vangen en wacht tot hij wat dichterbij is. Dan ren ik volop naar rechts, terwijl links eigenlijk handiger is maar Bary ging er vanuit dat ik links ging dus zou had ik een beetje voordeel. Ik klimde de trap op en wou net de deur doorlopen toen ik ergens tegenaan rende.
Ik zakte neer en het werd zwart voor m'n ogen.

Nee hoor, dit is geen RANTBOEK!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu