Hoofdstuk 2

16 3 0
                                    

'Kat.' mompel ik. Ik wrijf even in mijn ogen en open ze dan. Het zonlicht schijnt door het gordijn. Ik druk Kat's wekker uit en draai me om. Ik kijk naar een slapende Cam die op een ander luchtbed slaapt. 'Cam, wordt wakker. We moeten naar school.' Mompel ik terwijl ik hem aan zijn schouder schudt. Hij reageert niet en ik zucht. Ik gooi de deken van me af en sta op. Ik loop naar het raam en gaap even. Dan open ik de gordijnen en het felle zonlicht verlicht nu de hele kamer. Ik hoor gekreun en Kat draait zich om. Ze kijkt me heel even aan en sluit dan haar ogen weer.

'Sam, waarom?' kreunt ze en ze legt haar handen over haar ogen.
'Omdat we naar school moeten. Dus wordt wakker.' Zeg ik en ik glimlach even. Ik loop naar Cameron en trek de deken van hem af. 'Cam! Wordt wakker!' roep ik en hij schrikt wakker. 'Dank je.' Zeg ik en ik laat de deken vallen.
'Maar ik lag zo lekker te slapen.' Mompelt hij en ik knik.
'Ik ook! Maar ik moet hier de lichte slaper zijn, dus wakker worden van de wekker, die jullie trouwens op de zachtste stand hebben gezet? Jullie waren van plan om niet naar school te gaan?' vraag ik aan ze en Kat en Cam kijken elkaar even aan.
'Het was gister gewoon leuk, je kan ons niet de schuld geven!' zegt ze en ze gaat zitten. 'En we hebben wel de wekker aangezet, dus als we er doorheen hadden geslapen, hadden we gewoon een excuus gehad. Maar als jij geen lichte slaper was geweest.' Zegt Kat en ze slaat haar armen over elkaar.
'Hé, we gaan nu niemand de schuld geven.' Zegt Cam en ik knik.
'Dank je wel, maar jullie hebben overduidelijk de schuld.' Zeg ik snel en dan gooit Cam zijn kussen naar me, waardoor ik een stap achteruit zet, omdat ik mijn evenwicht even verloor. Ik haal mijn haar uit mijn gezicht en pak het kussen van de grond. 'Ga nou niet zeggen dat je het zo wilt spelen.' Zeg ik en ik kijk hem doordringend aan.
'Oké, ik geef me over!' roept hij uit, voordat ik naar hem toe kom, met het kussen in aanslag.
'Dank je.' Zeg ik en ik gooi het kussen alsnog naar hem. Maar hij vangt hem.

'Wil je naar school?' vraagt Kat als ik ga zitten op het luchtbed.
'Nee, natuurlijk niet. Maar we moeten wel. We kunnen niet anders.' Leg ik hun uit, maar Cam schudt zijn hoofd.
'We kunnen wel anders. We kunnen vandaag iets leuks doen en onder schooltijd en dan gaan we morgen gewoon weer naar school.' Zegt hij en ik zucht even. We hadden het wel heel gezellig gisteren. Toen Tyler en Jason rond acht uur naar bed gingen, hebben wij een film gekeken. We aten popcorn en hebben veel gelachen. Mijn vrienden hadden gelijk, ik had dit nodig. En het heeft me geholpen. Althans, voor nu. Ik weet niet voor hoelang ik dit gevoel blijf vasthouden, maar het is een gevoel dat ik voor een lange tijd niet meer heb gevoeld. Ik heb me al een lange tijd niet gelukkig gevoelt, niet blij. En nu ik dit weer voel, wil ik het vasthouden.
'Dat klinkt als een goed plan voor mij.' zegt Kat met een glimlach. Ik schud mijn hoofd.
'En jullie ouders dan?' vraag ik en Kat haalt haar schouders op.
'We kunnen zeggen dat je ziek bent en dat we voor je willen zorgen.' Zegt Cam en ik draai me naar hem om.
'Cam!' roept Kat en ik draai me naar haar om.
'Ik vindt het een geniaal plan.' Zeg ik en Cam glimlacht groots. 'Oké, top!' roept hij en hij rent de slaapkamer uit.
'Wat ga je doen?' roept Kat.
'Naar de wc!' roept Cam en we schieten in de lach.

'Hij moet echt zijn mond houden.' Zegt Kat en ik kom naast haar op haar bed zitten.
'Waarom? Omdat ik geen ouders heb en hij een plan heeft dat jullie voor me komen zorgen omdat ik ziek ben en ik niemand anders heb?' vraag ik en Kat knikt voorzichtig. 'Weet je wat het is, Kat?' vraag ik en ze schud haar hoofd. 'Het was een retorische vraag, maar dat maakt niet uit.' zeg ik en ze schiet in de lach. 'Ik had dit misschien niet leuk gevonden aan het begin van dat mijn ouders... en het is ook niet dat het me nu niets doet. Het doet me wel wat. Maar ik kan hem niet de schuld geven. Het blijft altijd pijn doen.' zeg ik en ze knikt.

'Ik begrijp het.' Zegt ze en het blijft even stil. 'Betekend dit dat alles weer goed met je is? En dat je weer de oude bent?' vraagt ze hoopvol, maar ik haal mijn schouders op.
'Laat ik het houden op dat ik me beter voel als gisteren. Jullie zijn echte vrienden.' Zeg ik en op dat moment komt Cam weer naar binnen lopen.
'Zo lang duurde het.' Zegt Kat als hij naast mij op het bed gaat zitten. Ik kijk haar vragend aan. 'Wat? Jongens plassen altijd snel.' Zegt ze en ik schiet in de lach.
'Ik dacht dat jullie meidenpraat hadden en ik ben nog steeds een jongen.' Zegt hij en ik grinnik.
'Ik hou van jullie.' Zeg ik en ik pak van ieder een hand. 'Ik weet dat het lang geleden is dat ik het heb gezegd. Maar ik wil zeker weten dat jullie het weten. Jullie betekenen zoveel voor me. Ik wil jullie nooit kwijt.' Zeg ik en er loopt een traan over mijn wang.
'O, nee. Nee. Geen jankbui. Alsjeblieft!' roept Cam uit en hij laat mijn hand los. Kat schiet in de lach en ik zie dat zij ook een traan wegveegt.
'Nee, geen jankbui.' Zeg ik en ik glimlach.

BloodlustWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu