Het zachte gezoem van het koffiezetapparaat en het tikken van de oude, antieke klok in haar woonkamer die nog van mijn grootmoeder was geweest waren de enige geluiden door het huis. Het huis wat in donker licht was gehuld, zoals meestal zo was. De lampen stonden niet aan, de gordijnen waren dicht en ik staarde voor me uit. Mijn kin leunde ik tegen mijn hand, en mijn ellebogen drukten tegen de tafel. Het koffiezetapparaat was stil, dus stond ik op om mijn koffie te pakken en er kleine stukjes uit te drinken. Het was ijskoud in het huis, maar hoewel ik zomerse kleren droeg deerde de kou me niet zo veel. Ik was hier in Barrow geboren en kon dus uitstekend tegen de bijtende kou. Ik opende mijn laptop en wierp een snelle blik over mijn schema van vandaag. Ik was al een paar jaar rechter. Een man die verdacht word van een inbraak, een vrouw die verdacht word van een moord en een stel dat word verdacht van oplichting. De eerste zaak was over drie kwartier, dus ik moest me haasten.
Ik nam plaats op de verhoging, met naast me aan de tafel de griffier, tegenover mij zaten de verdachten en hun advocaat, en achter hen een handjevol publiek. Aan mijn rechterhand zat de officier van justitie, tussen de verdachten en mij in. Dit was de laatste zaak voor vandaag. Ik schraapte mijn keel. 'Rachel Wind, geboortedatum: 9 maart 1984 en Ryan Travis Wind, geboortedatum: 25 januari 1981. Is dat correct?' Las ik van het blaadje voor met de informatie over de verdachte. Verder stonden er ook nog de redenen van de opening van deze rechtszaak. 'Ja edelachtbare.' Zei Rachel, die een extreem hoge piepstem had. Rachel was kort en tenger, maar haar gezicht zag er levendig en vrolijk uit met lach-rimpels, waar aan de randen engelachtige blonde krullen naar beneden vielen.. Als ik niet beter zou weten zou ik haar niet als verdachte aanzien. Ryan was juist een stevig, kort mannetje. Zijn zwarte haar was naar achter gekamd met een halve pot gel. Door zijn strenge ogen en dikke, donkere wenkbrauwen zag hij er zo uit als een berucht crimineel. Soms kom je als rechter de vreemdste stelletjes tegen. Of ex-stelletjes. 'Goed. Dan open ik deze zitting. Zou de officier van Justitie de tenlastelegging voor willen lezen?' 'Natuurlijk edelachtbare. 'De officier van Justitie stond op, hij schraapte zijn keel, en wierp een korte blik naar een papiertje dat hij in zijn linkerhand stevig vast hield. 'Rachel Wind en Ryan Travis Wind worden verdacht van oplichterij, afzetterij en illegale handel van zelfgemaakte, verboden handel. Op 2 januari werd er om 4 over 2 een anonieme tip vanuit Barrow gegeven waarin diegene beweerde getuige te zijn van illegale handen van het echtpaar Wind. Zo beweerde deze getuige de heer en de vrouw Wind gezien te hebben terwijl zij wapens handelden. Na nader onderzoek bleek het te gaan om zelfgemaakte, illegale wapens.' Ik knikte kort naar de officier van justitie, en hij knikte terug, en nam weer plaats op zijn stoel. De advocaat van Rachel en Ryan Wind stond op. 'Edelachtbare, op 2 januari rond tweeën kon het echtpaar Wind niet thuis zijn. Zij hebben namelijk een geldige alibi. Hun buurvrouw heeft mij ervan verzekerd ze te hebben gezien.' 'Is zij vandaag hier aanwezig?' 'Ja, edelachtbare.' Een bejaarde vrouw uit het publiek met woeste krullen schraapte haar keel. 'Edelachtbare, mijn naam is Poppy O'Connel. Ik ben de buurvrouw van mister en Miss Wind. Staat u mij alsjeblieft toe om te vertellen waar ik hun die dag had gezien.' 'Natuurlijk, ga uw gang.' O'Connel stond op. Haar kleine, donkere ogen keken even snel de zaal rond. Toen glimlachte ze naar me, maar ik bleef kil op haar neerkijken. Ze haalde een keer adem, en zei: 'Op 2 januari rond tien voor twee wou ik de planten in mijn huis water geven. Dit zijn er nogal veel, alleen al in mijn woonkamer heb ik zo'n 10 plantjes. Helaas is mijn rug niet meer wat het was, dus schakel ik vaak wat extra hulp in. Ik belde aan bij mijn buren, Rachel en Ryan Wind. Gelukkig waren zij thuis. Ryan verscheen in de deuropening en zei dat ze me konden helpen in ruil voor een kop koffie. Samen hebben we de planten water gegeven, hun zoontje van 5 jaar hielp ook een beetje mee, en gaf de plant op mijn koffietafel water. Daarna hebben we nog aan de koffie gezeten, waarbij we een lang gesprek hielden over de buurt. Ryan vertok om 3 uur, en Rachel en haar zoontje bleven zelfs nog wat langer.' 'Dus jullie hebben allemaal de planten in uw woonkamer water gegeven?' Vroeg ik, terwijl ik mijn ogen een heel klein beetje samen kneep. Poppy O'Connel glimlachte weer naar me, 'Ja edelachtbare, zoals ik al zei, mijn rug is niet meer wat hij was. Vorige week had ik de hele week verschrikkelijke rugpijn.' 'Hoeveel bakken koffie hebben jullie in totaal op? En dronken jullie deze met suiker en melk?' Het was misschien een beetje een rare vraag, en hij bezorgde me dan ook vreemde blikken. 'Edelachtbare, Ryan dronk 2 kopjes koffie met melk, Rachel dronk er ook 2, maar dan met suiker en melk. Hun zoontje kreeg van mij een glaasje ranja en ik dronk zelf een kopje met melk en suiker.' 'Uw geheugen blijkt een stuk beter te zijn dan uw rug, wist u dat mensen vaak gedetailleerd zijn als ze liegen?' Zei ik spottend tegen de oude vrouw die me geschrokken aanstaarde. 'Mijn geheugen is prima, mevrouw. De verdachten waren rond 2 uur echt bij mij de planten water aan het geven.' Ze staarde naar de grond, en nam plaats op haar stoel, terwijl ze haar rug ondersteunde. Ik bekeek de papieren voor me. Op de papieren stonden al het bewijsmateriaal die de politie had verzameld. 'Mister en Miss Wind, volgends de politie is jullie DNA op de kogels van het wapen gevonden. Hoe verklaart u dat?' 'Een kennis van ons runt een wapenwinkel. Nu ik werkeloos ben werk ik wel eens bij hem in de zaak.' Legde Ryan Wind uit. 'Is die vriend hier vandaag aanwezig?' 'Ja, edelachtbare.' Zei Ryan Wind. 'Dan wil ik hem graag naar voren roepen.' Zei ik tegen het publiek. Een man liep naar voren toe. Hij was kaal, en had een baard. Door dikke brilglazen keek hij me aan. 'Ik run inderdaad een wapenwinkel. We verkopen wapens voor de jacht, en Ryan Wind werkt één dagje per week bij mij in de zaak.' Bevestigde de man. 'Oke, bedankt. U mag weer plaats nemen.' De man liep terug naar zijn plaats. En na nog een kleine scan over de blaadjes voor me vroeg ik: 'Miss en Mister Wind, hebben jullie iets te maken gehad met het wapen?' 'Nee, edelachtbare, we hebben hem nog nooit gezien. We weten alleen maar informatie over het wapen via de informatie die we hebben gekregen over deze zitting.' Zei Rachel Wind, op een manier waarop ik haar bijna zou geloven. 'Sophie Peters, dat is de naam van de vrouw die het wapen in ontvangst heeft gekregen. Ontkennen jullie haar te kennen?' Vroeg ik. 'Nee, edelachtbare. We hebben geen idee wie deze vrouw is.' Zei Rachel. 'Edelachtbare, zou u mij toestemming willen geven om u op wat informatie te wijzen?' Zei de advocaat van het echtpaar Wind. 'Nee.' Kraakte ik hem bot af. Ik draaide me weer terug naar Rachel. 'Miss Peters beweerd jullie wel te kennen. Volgends haar is zij een vriendin van uw zus, miss Wind.' Rachel lachte ongemakkelijk. 'Oh, ja dat is waar ook. Het spijt me edelachtbare, mijn zus heeft vele vriendinnen, en soms vergeet ik wel eens hun namen.' Zei Rachel Wind. 'Edelachtbare, deze vrouw ontkent dat mister en misses Wind ook maar iets met het wapenbezit te maken hebben.' Kwam de advocaat ertussen. Ik keek hem geïrriteerd aan, wat begreep die niet aan nee? Deze verdachten hadden echt een betere advocaat nodig, want deze advocaat had de hele tijd de kans gehad om zijn verhaal kwijt te kunnen, maar hij had toen bijna geen woord gezegd. 'Ik verklaar de verdachten tot 5 jaar celstraf, bedankt voor de zitting.' Eindigde ik de zaak. Rachel en Ryan gaapten me aan, maar toen het tot hun door begon te dringen barstten ze in tranen uit. 'Maar edelachtbare, ik heb een zoon. Ik kan hem toch niet alleen laten? Behalve mijn zus heb ik geen andere familie. Zij is een totale maniak, en de familie van Ryan woont in Canada. Alstublieft, geef ons geen celstraf.' Snikte Rachel. 'Dan had je maar beter moeten nadenken voordat je dat wapen overhandigde. De zoon kan ondertussen bij een pleeggezin gaan wonen.' 'Nee! Edelachtbare. Alstublieft. Heeft u zelf een kind? Kunt u het leven zonder hem of haar voorstellen? Hij is nog maar 5 jaar, hij heeft ons nodig.' Zei Rachel, terwijl Ryan me somber aanstaarde. Kil keek ik terug. 'Ik kan mijn woorden niet meer terug nemen, en al kon ik het, dan zou ik het nog niet doen. ' 'Dus het is waar wat ze over u zeggen. Dat u een totaal gevoelloze ijskoningin bent. Ik hoop maar dat we zo snel mogelijk af zullen zijn van mensen zoals jou soort, de ware gevangenen!' Schreeuwde Ryan, voordat hij al scheldend werd meegesleurd door een van de mannen van de beveiliging. Een andere trok Rachel zachtjes mee, terwijl ze snikkend, en nog een beetje in shock mee werd gesleurd. Ik keek op ze neer, totdat ze door de deur waren verdwenen. Ik zag de zaal leeglopen. De scheldwoorden van Ryan gingen het enne oor in, en het andere oor uit. Ik was niet verdrietig, noch boos. Ik voelde geen spijt of medeleven. Ik dacht gewoon simpelweg aan wat ik zou koken vanavond. Spaghetti, mijn lievelingseten. Ik stond op, en Dertien kwam binnen. Dertien is nu sinds 2 weken mijn griffier. Mijn grieffiers kwamen en gingen. Ze herinnerde me aan mijn vriendjes, en dat is misschien wel de reden dat ik zo'n hekel aan ze had. Meestal had ik niet zoveel met ze te maken, want tijdens zittingen mochten ze niets zeggen, ze gaven me enkel na elke zaak een kopie met de uitgesproken woorden die er in de zaak waren gezegd. Niet dat ik daar veel mee doe. Ik heb in mijn studeerkamer een kast vol met die papieren liggen. Mijn vorige griffiers bleven het liefst zo ver mogelijk uit mijn buurt en wouden niets met me te maken hebben, maar Dertien was de enige die aan de alleen-maar-papieren-overhandigen-en-dan-weer-negeren-regel aan haar laars plakte. Ze begon me dan ook steeds meer te irriteren, en ik keek uit naar de dag dat ik weer een nieuwe griffier zou hebben. 'Ik heb een kopie voor je gemaakt.' Dertien plofte de stapel papieren neer op mijn tafel. 'Het is goed dat je jezelf niet over hebt gegeven aan de verdachten. Het was duidelijk dat ze iets met de wapens te maken hadden. Een beetje zielig voor dat kind, maar soms moet je nadenken voordat je iets doet.' Vertelde ze. 'Ik werk hier al langer als jij, je hoeft mij niet de les voor te lezen.' Zei ik koud. 'Het was geen les. Gewoon een complimentje.' Zei Dertien, die niet klein te krijgen was. Ik griste de papieren van de tafel, en liep ermee de rechtszaal uit. Ik voelde Dertien's ogen in mijn rug prikken. Ik voelde haar twijfelen of ze iets zou zeggen of niet, maar gelukkig deed ze het niet, wat een groot wonder was, aangezien we het hier over Dertien hadden.
Ik gooide de spaghetti in de pan. Snel liep ik naar boven om de papieren van Dertien in de kast te gooien met alle papieren van alle zittingen. Niets in de kast lag gesorteerd, en het was er een bende. Ik gooide deze er nog bovenop, en toen ik hem net dicht wou gooien viel mijn blik op een foto. Ik had geen idee hoe die daar kwam of hoe die daar überhaupt terecht was gekomen. Ik dacht dat ik alle foto's en fotoboeken hier in huis weg had gegooid, en zeker alle foto's met hen. Ik voelde ineens hoe koud het was en ik rilde. Mijn laatste ex-vriendje en mijn ex-beste vriendin met haar man waren op de foto te zien. Zo snel als ik kon gooide ik de kastdeur weer dicht. De rillingen veranderde in een heftig geschud, over mijn hele lichaam. Koud had ik het al jaren niet meer gehad, maar vandaag kreeg ik een extra herinnering daaraan. Ik weet nog wanneer de foto werd gemaakt. Die dag. Ik wou er niet aan denken, en ik onderdrukte de herinneringen zo ver weg als ik kon, maar niet goed genoeg. Ik was aan het kamperen samen met Tony, Puck en haar man Taylor en hun dochter Tameka. Tameka was nog jong. Te jong om te kamperen, maar Puck, Tony, Taylor en ik hadden de grootste lol. We kampeerden maar een nachtje. Wij zaten nog gezellig bij het kampvuur toen Tameka doodmoe, maar tevreden in het tentje dat eigenlijk veel te klein voor ons allemaal was lag. We zaten verhalen te vertellen terwijl we een beetje bier dronken en geroosterde marshmallows aten. Puck en ik kwamen met verhalen naar boven die we als klein meisje hadden meegemaakt. We kenden elkaar al jaren en zaten vanaf de 4th grade bij elkaar in de klas. 'Dit word de beste avond ooit!' Zei Puck vrolijk en een klein beetje aangeschoten, terwijl ze met haar foto een selfie maakte met haar telefoon. Ze omhelsde mij en Taylor, terwijl Tony een kus op mijn wang plantte. Opeens begon Tameka te gillen, ze gilde zo hard dat we alle vier schrokken. Gelukkig hadden we de foto net gemaakt, anders zaten er 4 geschrokken gezichten op. Taylor en Puck gingen gelijk naar de tent. Later bleek Tameka wakker te worden met een hele grote spin die over haar arm liep. Stiekem was ik toch wel een beetje blij dat ik nu heel eventjes alleen met Tony bij het vuur zat. Hij trok me naar zich toe, en ik leunde tegen zijn borst. Hij kuste mijn hooft, en ik fluisterde zachtjes: 'Zal je voor altijd bij me blijven?' En Tony lachte zijn vrolijke Tony lach die speciaal voor mij was bedoeld. Ik kon hem niet zien, maar ik zag het als een plaatje in mijn hoofd. 'Natuurlijk, ik wil niets liever.' En toen kuste we elkaar. Het was een leugen. Een grote leugen. Hij was diezelfde week nog weg gegaan. Misschien dacht hij er op dat moment wel aan hoe hij het met me zou uitmaken. Ik kneep mijn handen tot vuisten, en sloeg ze voor mijn gezicht. Het is eigenlijk helemaal niet waar dat ik geen emoties heb. Je kan ze nog zo goed proberen te verbergen en om ze niet te voelen, het is maar iets tijdelijks. De prijs die je ervoor moet betalen is eens in de zoveel tijd een stroom van een heftige emotie, soms van de kleinste dingen. Geen enkel mens kan zonder emotie leven, want het is onze belangrijkste eigenschap van hoe we in elkaar zitten. Op dat moment hoorde ik oorverdovende piepjes in mijn oren. Sloom keek ik op, terwijl ik geen idee had waarom ik ze hoorde. Pas toen ik mijn handen voor mijn oren sloeg wist ik waar het vandaan kwam. Het brandalarm! Ik was de spaghetti helemaal vergeten! Ik sprong snel op, blij dat ik was afgeleid. Eenmaal in de keuken aangekomen zag ik dat er een grote, grijze wolk boven de pan hing. Dikke vlammen waren in de pan ontstaan, en ik gooide er snel een branddeken overheen, die na jaren wegrotting in de hoek van de keuken eindelijk werd gebruikt. Snel drukte ik het brandalarm uit. Ik gooide de spaghetti weg, want alles wat van mijn maaltijd overgebleven was, was een dikke laag zwarte as. Ik besloot het avondeten over te slaan, ik had er nu toch geen zin meer in. Ik pakte een paar flessen drank uit de kelder en dronk. Dronk totdat ik de hele dag was vergeten. Dronk totdat mijn hele leven een lullige grap leek te zijn. Ik dronk totdat ik een glimlach van oor tot oor had. Tegenwoordig waren de momenten waarop ik dronk de enige momenten waarop ik echt vrolijk was. En ik weet dat het gestoord klinkt, en al was ik bijna nooit dronken, ik vond dit persoon veel leuker dan de persoon die ik was als ik nuchter was. Dit was de persoon die alles kon vergeten en van zich af kon lachen. Mijn mond omklemde de fles in mijn hand, en met grote teugen stroomde de alcohol mijn keel binnen.
Puck. Tony. Dertien.
Ik vergat ze allemaal. Mijn gedachte was een groot, leeg grinnikend gat. Heel soms kwamen zij er nog wel eens in voor, maar dan waren ze niets anders meer dan een groot grinnikend gat.

JE LEEST
Ijzige kou
FantasyBarrow, Alaska De plaats van eeuwige sneeuw. Destiney Parker, Zij die niets meer voelen wilde...