Het is avond. Ik lig in bed en wacht tot mijn moeder naar bed gaat. Ze kan elk moment naar bed gaan, want het is al ongeveer half 12. Ik wacht. Ik hoor mijn moeder de trap op lopen. ik wacht nog ongeveer een uur en dan zal ze wel moeten slapen denk ik.
1 uur later
Ik klim zachtjes de trap af naar beneden. wanneer ik beneden ben, luister ik nog even of mijn moeder wakker geworden is van mij. Gelukkig niet. Ik doe de klink van de deur die voor de trap staat naar beneden en til de deur een beetje op zodat die niet over de grond schraapt, zet mijn voeten zachtjes neer op de houten vloer, precies op een plek waar ik weet dat die niet zo hard kraakt. Ik loop naar de kapstok en ik pak mijn jas ervanaf en doe mijn laarzen aan. Ik doe de voordeur net zo open als ik dat deed met de deur voor de trap. Wanneer ik buiten sta, kijk ik naar de plek waar Brutus werkplaats staat. Het licht daar is gelukkig uit. Ik loop erna toe op de bewegingen van de schaduwen die over het veld heen gaan naar de werkplaats. Ik sta voor de werkplaats. Doe de schuif omhoog die aan de deur zit zodat die dicht zit en loop naar binnen. Ik wordt een beetje overwelmd door de geur van zweet en van hout en olie. Olie? Waarom ruikt het hier naar olie? Nu ik olie ruik weet ik zeker dat hij wapens maakt. Ik loop nog verder naar binnen. Ik doe het licht aan en zie eigenlijk niets wat lijkt op wapens, alleen maar rotzooi. Ik baal wel een beetje. Ik hoopte namelijk de hele dag dat hij toch wapens maakt. Ik loop nog iets verder de werkplaats in. Hé? denk ik. Waarom ruikt het hier sterker naar olie? Ik kom bij de plek waar ik van mijn vader weet dat daar een geheime ruimte zit. Hier is de geur van olie sterker. Ik pak een koevoet die op de werkbank ligt en wrik de plank van de muur los. Terwijl ik hem open doe, komt er een sterke lucht van olie mij tegemoet. Ik kijk erin. Yes! denk ik. Er liggen wapens in. Opeens hoor ik de deur van de werkplaats open gaan en draai me verschrikt om...