Hoofdstuk 12
| Abrelle |
Met ongeveer vier meter tussen ons, volg ik Gabriël. Hoewel ik echt mijn best doe om te kalmeren, lukt het maar niet om rustig te worden. Het onbehagelijke gevoel dat ontstond in mijn buik toen Gabriël de kamer binnen kwam, lijkt alleen maar te groeien.
Zeker nu Zesha mij met hem heeft achtergelaten. Met haar in mijn buurt had ik nog enige zekerheid, een soort vertrouwd gevoel – dat is nu helemaal weg.
Bang voor Gabriël, laat ik de afstand tussen ons steeds groter worden. Maar nog net wel zo, dat ik hem precies kan zien en waar hij heen gaat – bang dat ik anders hier nog verdwaal.
"Wat doe je?"
Geschrokken doordat Gabriël zo plots opspreekt, verstijf ik helemaal en kijk ik hem met grote ogen aan. Hoewel ik mijn mond open om iets als een antwoord te vormen, lijk ik meer op een vis die op het droge naar lucht hapt.
"Abrelle," zucht hij en schudt zijn hoofd. Met trage passen komt hij mijn richting in gelopen en als automatische reactie zet ik vrijwel meteen een stap achteruit, waardoor de afstand tussen ons hetzelfde blijft als voorheen.
Kort zie ik zijn ogen verkleuren, wat er voor zorgt dat mijn hart alleen maar sneller begint te kloppen.
En dan niet van opwinding.
Een gevoel van benauwdheid vormt zich en het halen van adem begint bij elke inhalering moelijker. Zwarte vlekjes beginnen mijn zicht over te nemen en mijn hoofd gaat steeds lichter aanvoelen.
"Abrelle," hoor ik Gabriël mijn naam herhalen. Nog geen drie seconden later voel ik een hand om mijn middel heen geslagen worden. Waar hij dit hoogst waarschijnlijk goed bedoelde, heeft het een tegengestelde werking.
Mijn ademhaling wordt steeds korter en gehavender. Mijn zicht is wazig en al mijn ledematen lijken te verslappen.
"Verdomme." Vaagjes hoor ik nog meer scheldwoorden de lippen van Gabriël verlaten, maar alles voelt op het moment onwerkelijk aan. Alsof ik in een droom belandt ben.
Eerder een nachtmerrie...
Voor een tijdje hoor ik helemaal niets meer, wat mij laat afvragen of het Voor een tijdje hoor ik helemaal niets meer, wat mij laat afvragen of het komt doordat het stil is, of omdat mijn gehoor mij nu ook in de steek laat.
Het blijkt het eerste te zijn. Met moeite weet ik te horen dat er voetstappen mijn richting in komen en na erg mijn best gedaan te hebben, zie ik dat het Zesha is die aankomt lopen. In haar hand heeft ze een glas water en rond haar lippen staat een verontschuldigende glimlach.
"Kan je op je eigen benen staan?"
De woorden hebben haar mond nog niet verlaten of ik knik al heftig van ja, ongeduldig naar het moment dat Gabriël mij los zal laten.
Een grom komt van zijn kant maar waar ik kleintjes in één krimp, lijkt Zesha het simpelweg te negeren. Ze geeft hem zelfs nog een bestraffende blik. Iets wat er nog best grappig uit ziet, maar ik nooit zal toegeven.
"Hier," zegt ze en overhandigt mij het glas. Argwanend kijk ik haar aan, waardoor Zesha begint te lachen. "Het is gewoon water met een munt smaakje." Eerst kijk ik haar nog even aan, maar de oprechtheid die haar ogen uitstralen, nemen mijn twijfels weg.
Slokje voor slokje werk ik het water naar binnen en voel mij meteen een stukje beter. "Dankjewel," zeg ik zachtjes en kijk dankbaar Zesha aan. Ergens hoop ik dat ze nu bij mij en Gabriël blijft, want de gedachten om weer alleen met te zijn, neemt de kalmte in mij weer weg.
JE LEEST
The Cursed Mate
WerewolfAl eeuwenlang is Gabriël al op zoek naar zijn mate, om zijn vader op te kunnen volgen als de volgende Maan God. Net wanneer hij op het punt staat om op te geven en gewoon een meisje uit te kiezen, besluit het Lot om zich er mee te gaan bemoeien. ...