hoofdstuk 2: de ondervraging

46 6 0
                                    

Ce=cemal C=cas s=sander m=maan hr=ravacha v=vins

pof cemal

Ce: Cas wat doe jij hier.

C: Ik was naar de gevangenen aan het kijken koning cemal

Ce: Oke en waar zitten die entropian en die kantaan.

C: Die zitten op een geheimen plek waar ze hun nooit kunnen vinden.

Ce: Oke en waar is dat dan.

C: Dat ga ik niet zechen ik laat het wel zien. Ik Kom straks naar de troonzaal.

Ce: Oke dan zie ik je straks wel.

In de troonzaal

Ce: Waar blijft cas nu toch.

C: Sorry de wachters hielden mij tegen. Generaal meinderd heeft ze een nieuwe opdracht gegeven vanwegen die sander.

Ce: Laat het nu maar zien dan.

C: Ze zitten niet ver weg koning.

Ce : Laat gewoon zien!!!

C: Oke Kom maar mee.

Onder tussen bij de geheimen cellen van cas

Pof sander

S: Maan wat dee je hier eigelijk.

M: Ik was gestuurd om jou indoog te houden door David.

S: Vertroud David mij niet meschien.

M: Jawel maar in jenava weet je maar nooit.

Ce: Over wat zijn jullie bezig.

S en M tergelijkertijd: Niets koning cemal.

Ce: Dat hoor ik graag. Maar zech eens even sander waarom moest jij komen spioneren.

S: Geen idee koning cemal.

Ce: Niet liegen tegen mij!!!

S: Z zou ik niet durven koning cemal.

M: En ik dan.

Ce: Hou je mond maan of ik laat je martelen.

M: Ok Oke koning cemal.

C: Koning cemal.

Ce: Ja cas wat is er.

C: Mag ik maan martelen we hebben een martel plek hier beneden.

Ce: Als hij nog 1 keer een grote mond heeft mag hij die martel plek eens van dicht bij zien cas.
En nu verder.

C: Ik hou hem in de gaten koning cemal.

S: Moet ik nog iets beantwoorden koning cemal of weet u nu wat u wil.

Ce: Turlijk mag je nog vragen beantwoorden. Wat Als ze merken dat jij gevangenen zit?

S: Dan stuurd koning David hertoch ravacha koning cemal.

Ce: Oke en hoelang had je de tijd gekregen om dit te doen.

S: 1 week koning cemal.

Ce: Oke met jou ben ik klaar. Maan nu jij.

M: Wat nu ik.

Ce: Mijn vragen beantwoorden nutuurlijk!!! Vraag 1 waarom heeft David jou gestuurd?

M: Ik weet het niet helemaal maar ik denk dat hij jullie jenavaanen niet vertroud.

Ce: Maar wij doen toch niets mis of wel soms cas.

C: Nee helemaal niet koning cemal.

Ce: Zo hoor ik het graag Oke verder vraag 2 maan wat Als ze merken dat jij hier zit?

M: Dan zal ragftagar het zelfde doen maar dan denk ik nog net iets erger.

Ce: Oke bedankt en doei.

Pof ravacha

Hr: Vins verzamel je manen morgen valen we jenava aan.

V: Waarom dan hertoch ravacha.

Hr: Ze hebben sander. En koning David wil dat wij hem terug haalen en dat gaat morgen gebeuren.

V: Oke ik verzamel mijn manen op het plein morgen vroeg.

Hr: Oke dan zie ik u daar morgen om 9 uur.

V: Ik zal er zijn.

cas veroverd entropiaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu