hoofdstuk 9: Mel wint

40 4 1
                                    

M=Mel b=Bart c=cas ce=cemal r=ragftagar v=valerion

Pof valerion

Ce: Valerion probeer jij cas te kalmeren.

V: Oke koning.

Ik ga voorzigtig naar cas toe en ik moet wel uitkijken want hij kan elk moment een straal van iets afvuuren.

V: Cas hoor je mij? Je moet proberen je woede opsij te zetten. Je raakt zelfs jenavaanen.

C: Hu wat is er aan de hand?

V: Gaat het cas.

C: Ja waarom?

V: Je had krachtwoedeaanvalen.

C: Wat is dat. Is het omdat ik een god ben.

V: Ik heb geen idee.

M: Gaan we nog verder?

R: Denk het niet.

M: Maar papa.

Ce: Wat zij je daar.

M: Niets waarom zoveel vragen.

Ce: Is ragftagar je vader.

M: Ja en dan.

Ce: Oke dat had ik niet verwacht.

R: We gaan naar huis.

M: Ik maak af waarme ik ben begonen.

C: Kom maar op.

M: Oke.

Ik zie dat cas zwak is maar hij gaat toch in de aanval.
Cas valt op de grond.

V: Cemal is hij dood?

Ce: Geen idee.

M: Ik heb gewonnen.

Ce: Cas was te zwak om te vechten! Jij speelt vals.

M: Das niet waar.

Ce+v: Das wel.

Ce: Valerion breng cas naar het ziekenhuis.

V: Ja koning.

Dit was het hoofdstuk.

cas veroverd entropiaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu