The man from Asgard

735 38 2
                                    

'Aardbei en vanille alsjeblieft,' bestelde ik. Toen ik en Lauren besteld hadden zei ze: 'ga maar alvast zitten, ik ga even naar de wc,' ik ging alleen op een bankje bij de bosrand zitten terwijl ik aan mijn ijsje likte. Ik keek rond naar de mensen om me heen. Er was een oude vrouw die haar twee honden uitliet. Ik herkende haar van de buurt. Aan een tafel verderop stond een jongen uit mijn klas die al jaren een crush oo mij heeft. Hij zwaaide naar me. Snel zwaaide ik terug en vermeed oogcontact. Ik hoorde ik achter me in het bos. Maar nog voor ik me om kon draaien, viel mijn ijsje op de grond en zag ik geen hand voor ogen.

Op grote paarden reden we richting de brug. Thor met zijn witte paard voorop, gevolgd door mij en Loki en onze vrienden achteraan. Je kon Heimdall al in de verte zien. Hij stond daar, alsof hij ons al verwacht. We remde af en liepen naar de man met de mooiste ogen van het hele universum. 'Laat mij maar,' zei Loki en liep op Heimdall af. 'Jullie zijn niet warm genoeg gekleed,' zei Heimdall, hij had ons door. 'Denk je dat je mij kan misleiden,' zei hij tegen Loki. ''Je vergist je...' begon Loki. 'Genoeg!' riep Heimdall en Loki zweeg gehoorzaam. Ik grinnikte. Thor liep langs Loki naar Heimdall. 'Mogen we erlangs?' vroeg Thor discreet. 'Nog nooit is een vijand langs mij gekomen, tot vandaag. Ik wil weten hoe,' zei Heimdall. Hij had het over de aanval van de Frostgiants...Thor zei nog wat en we liepen naar binnen. 'Wat is er? Geen mooie praatjes meer?' zei ik lachend tegen Loki toen ik langs hem liep...

Misselijkheid. Dat is het eerste wat ik voelde toen ik mijn ogen opende. Ik voelde iemand aan me zitten. Brede handen pakte me bij mijn bovenarm. Toen alles helder was zag ik dat ik voor een paleis stond. Het was helemaal goud en had veel torens. Ik mijn ogen uit. Ik werd omhoog getrokken en keek in de ogen van een man. Ze waren blauw en de man had blonde haren tot op zijn schouders. Hij had een vreemd harnas aan met een rode keep. Hij hield me nog steeds was dus ik rukte me los. 'Wie ben jij? Waar ben ik? Wat doe ik hier?' Was het eerste wat in me opkwam. De mam grinnikte. 'Dat zijn een heleboel vragen,' lachte de man met een lage stem. 'Ik ben Thor, je bent is Asgard en ik heb je hier heen gehaald,' antwoordde hij. 'Waarom?' vroeg ik weer. 'Weet je dat echt niet meer?' vroeg hij iets serieuzer. Ik trok een wenkbrauw op en keek de man vreemd aan. 'Je bent mijn kleine zusje.'

De Verloren Prinses van AsgardWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu