Conversation 4

28 6 0
                                    



Na een paar uur rijden, kwam Bill dan toch eindelijk bij het ziekenhuis aan. Daarna heeft hij nog een uur moeten wachten op de moeder van Isa omdat de zusters hem niet door lieten gaan naar de kamer waar Isa bleek te liggen. Toch wilde hij in ieder geval iemand spreken die een relatie had met haar.
Een tenger, vrij kort vrouwtje met bruine, krullende haren kwam Bill zijn kant op lopen. Hij keek haar aan en zag haar blauwe ogen, dezelfde blauwe ogen als Bill ze had gezien bij Isa.
"Hallo Bill", zei het vrouwtje met een vriendelijke glimlach. Bill kwam overeind en nam de hand aan die het vrouwtje naar hem uit stak.
"Ik ben Isa haar moeder, Marcia", glimlachte het vrouwtje daarna. Bill herkende Isa haar stem in Marcia haar stem.
"Bill Kaulitz", antwoordde Bill. Alsof ze dat niet wist.
"Kom mee, kom mee. Ik weet zeker dat Isa het geweldig had gevonden als ze wist dat jij haar een bezoek hebt gebracht. Ze had het altijd over je, en over hoe je steeds veranderde met je stijl. Jij was haar idool, bent dat nog steeds, ik weet het zeker", ratelde Marcia. Bill kon de bitterheid in haar stem proeven: het deed haar waarschijnlijk ook heel erg veel pijn om over haar dochter te praten met haar grootste voorbeeld.
"Deze kamer is het, schrik niet, het ziet er echt verschrikkelijk uit." Bill keek door het raampje naar binnen. Daar lag ze, daar lag het meisje dat hem al een paar keer de stuipen op het lijf had gejaagd met haar plotselinge verschijning. Het idee maakte hem toen niet misselijk, maar nu hij Isa daar zo zag liggen, maakte het hem hartstikke misselijk. Hij wist niet of hij nog wel naar binnen wilde. Hij wist niet of hij er wel echt goed aan had gedaan om hier te komen.
Hij werd met een harde klap in zijn gezicht uit zijn gedachten gehaald. De hartslagmonitor was hard gaan piepen en personeel kwam van alle kanten aan rennen. Was hij te laat? Was zijn rit van een paar uur niet op tijd geweest?
"Houd je kalm. Jezus Bill, als ik iemand moest opnoemen met de meeste zenuwen dan zou jij het zijn", hoorde hij een bekende stem zeggen. Meteen keek hij op. Isa stond daar in dezelfde japon als die ze aan had op het bed.
"Sorry, ik moet even naar het toilet," mompelde Bill tegen Isa haar moeder, die knikte begrijpend. Bill schoot langs haar heen en voelde dat hij door Isa werd gevolgd. Hij moest helemaal niet naar de wc, maar hij kon ook zo moeilijk in het rond gaan lopen praten terwijl andere mensen Isa niet konden zien. Dat zou raar zijn, hij zou hoogstwaarschijnlijk voor gek worden verklaard.
Zo snel als zijn benen hem naar de wc konden brengen liep hij. Binnen een halve minuut stond hij voor de spiegel bij de toiletten.
"Waarom vecht je niet!", riep hij. Zijn stem liet horen dat hij geschrokken was, maar ook dat hij bang was en ergens kon Isa ook boosheid bespeuren. Ze wist niet waarom ze niet vocht. Was ze het echt beu? Nee, ze wilde zo graag leven. Wilde ze haar moeder echt hier achterlaten? Nee, dat kon ze niet doen. Haar moeder was er altijd voor haar geweest, zelfs nu, nu ze in het ziekenhuis lag.
"Ik weet het niet", fluisterde Isabella zachtjes. Bill keek meteen richting haar. Ze zag de strijdlustigheid in zijn ogen en voelde een deel van dat ook naar haar overspringen.
"Vecht dan! Vecht voor je leven. Vecht voor je moeder die daar zit te wachten op jou, die zich waarschijnlijk elke avond voor jou in slaap huilt. Vecht voor liefde!", riep Bill het meisje toe. Hij wist niet wat hij nog meer moest zeggen. Hij had een vreemd gevoel bij haar, een vertrouwd gevoel.
Isa liet de woorden inzinken en kreeg een brok in haar keel. Dat had ze lang niet meer gevoeld.
"Oké, ik ga vechten. Bill, wacht op mij naast mij", zei het meisje met een grote glimlach op haar gezicht. Bill begon ook breed te glimlachen en schoot de toiletten uit. Isa voelde weer een trekkende kracht aan haar schouders. Dit keer deed ze er niets tegen. Ze voelde hoe haar lichaam haar terug trok, geforceerd.
Ze vocht tegen het gevoel dat haar lichaam haar niet meer wilde. Ze vocht voor haar leven, ze vocht voor haar moeder, maar boven alles vocht ze voor de liefde. Voor de liefde die ze al drie maanden lang niet had gevoeld. Ze wilde het weer voelen, meer dan wat dan ook in de wereld.
Het trekkende gevoel werd sterker en het duwende gevoel dat haar weg hield bij haar lichaam werd steeds zwakker en zwakker. Een wit licht begon haar te omringen en het werd steeds feller en feller tot op een gegeven moment ze haar ogen moest sluiten omdat het te fel werd. Haar handen en benen begonnen te tintelen en vage stemmen bereikten haar oren.
"Ze is bij, snel, breng haar naar de Intensive Care!", hoorde ze iemand zeggen. Isa wilde haar ogen open doen, maar het lukte niet helemaal. Ze zag alleen maar vage schimmen, maar twee daarvan kwamen haar heel erg bekend voor. Haar moeder en Bill stonden naast haar bed te wachten. Een opgelucht gevoel ging door haar heen en een kleine glimlach kwam op haar gezicht te staan. Bill zag het en kreeg een brok in zijn keel. Het had geholpen. Hij was tot haar doorgedrongen.
"Lieverd", piepte Marcia. Bill legde zijn hand op Marcia haar schouder en kneep er zachtjes in om te laten zien dat zij zijn steun ook had toen Isa de kamer uit werd gerold richting de Intensive Care. Isabella haar moeder keek toe hoe ze haar wegreden en barstte daarna in tranen uit. Haar kind was uit de coma gekomen! Dat was wereldnieuws! Voor haar in ieder geval.
"Bill, ik ben zo blij dat je bent gekomen. Ik weet zeker dat het door jouw aanwezigheid komt", snikte de vrouw met een grote glimlach op haar gezicht. Bill glimlachte kleintjes terug. Ja, misschien kwam het door hem, maar hij wilde liever geloven dat het door Isa zelf kwam. Hij had haar gewoon een zetje in de goede richting gegeven. Dat was alles wat hij gedaan had. Niet meer, maar ook zeker niet minder.

Conversations with a Ghost || Bill KaulitzWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu