Ik weet me niet wat me overkomen is, ik weet niet hoe ik hier ben gekomen, maar ik zit diep in de problemen. Ik slenter door het groene mos zo hard als ik kan. Mijn nieuwe sneakers zijn helemaal verpest. Ik kijk achterom, het ministerie zit achter me aan. Waarom? vraag je je zeker af. Dat weet ik ook niet, ik blijf maar door rennen. Ik hoor ze spreuken af vuren; 'Immobulus!' roept er één. Ik ontwijk de paarse lichtstraal nog net op tijd, maar ik let niet goed op waar ik loop. Ik val in een gat diep onder een boom! Als ik de vloer raak, zie ik iets in een witte kleur. Het is mijn plafond, het was allemaal maar een droom.
Ik zucht diep, zo'n droom wil ik me nooit meer overkomen. Ik sta op en doe het raam open. Een licht briesje komt mijn kamer binnen. De vogels zingen, zo wilt iedereen opstaan. Het lijkt allemaal een normale dag, tot ik me iets realiseer. Het is 1 september, Ik mag naar Zweinstein! Ik ren naar beneden.
Ik open de deur naar de keuken, geen ouders. Ik zie wel Lorby, de huiself van mijn ouders. Hij maakt de keuken schoon. 'Ah, goedemorgen heer Dale! Lorby heeft uw ontbijt al op tafel gezet.' zegt hij terwijl hij nog schoonmaakt. 'Lorby, voor de zoveelste keer. Je hoeft geen u of heer tegen me te zeggen! Ik ben een doodnormale jongen!' zeg ik terwijl ik aan de houten tafel schuif. Hij springt de tafel op. 'Zeg dat niet! U bent hartstikke bijzonder! Je gaat vandaag nog wel naar Zweinstein!' zegt hij met een enorme glimlach. Of hij is blij voor me dat ik naar Zweinstein ga, of hij wilt me uit huis. 'Inderdaad, ik heb er heel veel zin in! Maar waar zijn pa-' zei ik, tot de deurbel af ging.
Ik wil opstaan, maar Lorby is me voor. Hij springt zo hoog als hij kan om de deurklink naar beneden te halen, wat hem ook nog lukt. Het zijn mijn ouders, met heel veel spulletjes! Ik kijk nieuwsgierig naar alle pakketjes. Ze lopen de keuken binnen en leggen alles op tafel zonder wat te zeggen. Dan begint m'n moeder met praten. 'Goedemorgen Dale! Lekker geslapen?' vraagt ze, ik kan zien dat ze vrolijk is. 'Ik had niet echt fijn gedroomd, maar dat doet er niet toe! Ik ga vandaag naar Zweinstein!' roep ik door het huis. Mijn moeder kijkt trots naar me. Mijn vader begint te praten. 'Daarom zijn wij naar de Wegisweg gegaan om schoolspullen voor je te halen!' zegt hij. Hij geeft me een seintje dat ik het mag openmaken.
Ik open als eerst de grootste pakketje, ik scheur het papier er van af. Ik kijk op. 'Een schooluniform!' zeg ik. 'Inderdaad, als je op school gesorteerd bent, kan je deze omwisselen met die van je huisgroep.' Ik glimlach en geef hem een knuffel. Dan gaat mijn aandacht naar het andere pakketje, een kleine. Met spoed open ik het. Is dit wat ik denk dat het is? Ja! Mijn eigen toverstaf! Ik pak hem in mijn hand en zwaai er een beetje mee. 'Ik snap dat je er erg blij mee bent, maar we moeten zo gaan, anders mis je de trein!' Ik eet mijn toast zo snel mogelijk op.
30 minuten later. Locatie: King's Cross Station Londen.
Huilende Kinderen, Mannen in dure pakken die te laat komen, kan het nog erger? Mijn ouders en ik maken onze weg tussen het menigte mensen met een enorm karretje. Ik heb geen idee waar ik naartoe loop, maar mijn ouders weten het vast wel. Uiteindelijk stoppen we, ergens bij platform 9. Ik kijk naar de spoorweg naar ons waar een trein op staat. 'Mam, is dat onze trein?' vraag ik me af. 'Nee, dat gaat niet zomaar zo, we moeten door deze paal heen rennen. Eerst leek het even normaal, maar toen keek ik met grote ogen naar m'n ma. 'Ja, zo kunnen normale mensen er niet komen.' zegt mijn pa. Ik slik de zenuwen uit mijn keel en pak het karretje vast. '1, 2, 3!' roept m'n moeder, we rennen dwars op de paal. Ik zette me schrap op de pijn, maar die is er niet gekomen. Ik open mijn ogen en ik bewonder de compleet nieuwe plek.
'Dit is het dan, hier moeten we afscheid nemen.' zegt mijn vader. Ik laat een traan over mijn wang heen rollen. 'Wat is er? Zijn het de zenuwen?' vraagt hij aan mij. Hij buigt zijn knieën. Ik knik. 'Hey, je hoeft niet bang te zijn! Je zult er nieuwe vrienden maken! Plus, we gaan je elke week een brief schrijven.' zegt hij kalmerend. 'Beloof je dat..?' snik ik. Hij knikt op en neer en geef hem nog een laatste knuffel. Mijn moeder komt terug en ik omhels haar ook nog even voor de laatste keer. De trein gaat bijna. 'Je gaat je best doen op school, dat weet ik zeker. Je wordt nog beter dan Pappa en ik.' zegt ze. 'Dank je...' zeg ik. Ik stap de trein in, de deuren sluiten meteen, nog net op tijd! Ik zwaai naar mijn ouders via het raampje in de deur. De trein begint met rijden, overal zie ik ouders, broertjes en zusjes van andere studenten op het steen staan.
YOU ARE READING
Tear Drops - Harry Potter Fanfic
FanfictionEven staat mijn wereld onderste boven. "Zwadderich" hoor ik de sorteerhoed zeggen. 'Nee, dit klopt niet! Ik ben geen Zwadderaar!' snauw ik door de zaal. Mensen van de tafels kijken me raar aan. Ik ren de grote zaal uit opzoek naar een toilet waar ik...