De wraak van de parkieten

Hoofdstuk 4

" BROEMMMMMMM"

Zegt de auto.

Frank zit achter het stuur, maar hij heeft geen rijbewijs.

Huub zegt: " ik heb wel een rijbewijs, Dus ik rij wel."

Frank zegt: " okay."

En net op tijd, want daar is een rijbewijscontrole

Agent:

"Ik heet Harrie, Harrie de gestoorde word ik vaak genoemd, en met spelfouten, Harrie de gestoofde, en ook welles st. Stoofpeer, maar alleen door wegmisbruikers, en die krijgen dan een extra hoge bon, maar goed, genoeg gekletst, mag ik uw rijbewijs even zien?"

" BROEMMMMMMM"

Horen ze ineens, ze zien een auto achter zich.

En tot hun verbazing zien ze een parkiet achter het stuur.

Parkiet: "hoi, ik ben Thomas de parkiet, en zo te zien hebben jullie 'tzelfde idee als ikke!!"

Huub: "nee, jij had hetzelfde idee als wij."

Thomas: " neehee, jullie hadden hetzelfde idee als ik!"

Agent: "geen ruzie maken, misschien kunnen jullie samenwerken."

Frank: " Eigenlijk best een primadeluxe idee. Doen jullie ook mee?

Thomas en Huub: "okay"

Agent: "doei, ga maar verder."

Ze rijden verder en dan ineens...

BAM VLADADABOEM KLAP!

Frank:"w-wat was dat"

Thomas: "ik kijk wel achterom. Waaaaat? 22 auto's liggen opgestapeld, eerst een rechtop en dan een op de kop enzovoort. En helemaal onderop ligt... De agent! We moeten hem redden!

Frank: "je hebt gelijk, maar hoe?"

Thomas: "ik heb een breekijzer in mijn auto."

Agent: (kreunend) "help! Ik krijg geen lucht meer"

Frank kijkt naar de agent. Hij lacht en zegt: "ik denk dat iemand hem moet redden anders is hij dooi"

Ook Huub vind het grappig. "Straks is ie zo dooi as piea"

Thomas: "Ik heb EHBO gestudeerd, dus ik doe wel even snavel op mondbeademing om hem weer lucht te geven

Agent: "Je hebt me gered, ik ben je eeuwig dankbaar."

Thomas:"graag gedaan, dat compliment krijg ik wel vaker, maar ik vind het toch het fijnste om het van een agent te horen."

Thomas stapt in de auto van de anderen en hij gooit zijn vallen in de achterbak.

Ze rijden weg, en de agent zwaait ze na.

"Ojee, een file" zegt Frank

Thomas: "er zit een gat in de weg, oh nee hè!"

"Nee thomasje"

"THOMAS"

"Lollllll"

"Jupp"

Als hun gesprek over gaten in wegen en Thomassen is afgelopen komt er een ambulance aan. Ze rijden snel de berm op en ze laten de auto erdoor. Even later is de file weg. Ze horen een knal. Een auto flikkert de lucht in.

"Joehoeeeee" roept,de bestuurder van de auto. Er zit een springding op de weg. Er flikkeren allemaal auto's de lucht in. Boem, boink, vladadaboem. Iedereen lacht. En ze zijn grappig. Dan zijn de parkietenvrienden aan de beurt. Maar.... Huub rijd er met een grote bocht omheen.

"Waarom deed je dat nou?" Vragen de twee anderen

Huub: "ik ben bang!"