5

3 0 0
                                    

Ik lag wakker, ik kon niet slapen. Aisha lag in haar bed en ik hoorde haar snurken. Ik besloot te gaan wandelen rond de school. Ik liep buiten en keek naar boven, het was volle maan en ik hoorde de weerwolven huilen. Ik voelde iemand naar me kijken maar toen ik me omdraaide zag ik niemand. Ik hoorde iemand achter me sluipen, toen ik me omdraaide zag ik een wolf. Het was een teefje en ze was wit met ijsblauwe ogen. Ze keek naar me met een gezocht waarvan je bang zou worden, maat ik niet. Ik herkende haar, het was mijn beste vriendin Eva. Ze transformeerde voor mijn ogen en knuffelde me stevig, haar knuffels gaven een gevoel van warmte en veiligheid, iets wat ik al erg lang niet gevoeld had. Ik maakte me los en bekeek haar van top tot teen. In haar mensen vorm had ze donkerbruin haar en ijsblauwe ogen. Ze straalde en ik zag een ring om haar vinger. Ze was verloofd! 'Eva, heb je hem eindelijk gevonden?!' En ik wees naar haar vinger. Ze knikte en ging nog meer stralen. 'Omg ik ben zo blij voor je! Wanneer is de grote dag?!' Ze haalde haar schouders op en knuffelde me nog een keer. 'Celeste, ik ben ze blij he! Ik ben uitgehuwelijkt met de meest perfecte man ter wereld! Hij is zo lief en knap en rijk! Oh, ik ben zo gelukkig!' Zei ze terwijl ze zich losmaakte van me. 'En ik wil je iets vragen C.' Ze vroeg het op een serieuzere toon en ik begon bang te worden. 'Wil je misschien mijn bruidsmeisje zijn?' Ik hoorde dit en bevroor. Ik? Bruidsmeisje? Ik kon mijn oren niet geloven en riep meteen ja. Eva lachte weer en ik hoorde een huil, Eva hoorde het ook en zei: 'Ik moet gaan, je krijgt nog wel een kaartje met de bijbehorende info.' We gaven elkaar nog een afscheidsknuffel en toen veranderde ze zich weer terug in de sneeuwwitte wolf die ze was en rende de bossen in.
Ik ging terug naar mijn kamer onderweg kwam ik langs Levi's kamer en besloot te kloppen. Na een paar seconden werd de deur opengedaan door Levi zelf en ik stortte me op hem. Ik kuste hem en was verrast dat hij mij terug kuste. Hij tilde me op en ik sloot mijn benen om hem heen. Hij deed deur dicht en droeg me naar het bed. 'Zeg het als je wilt dat ik moet stoppen oké?'  Fluisterde hij tussen het kussen door. Hij rukte mijn kleding eraf en ik de zijne. Ik had alleen nog mijn bh en onderbroek aan. Hij kuste me nog steeds, het werd wilder en gepassioneerder. Ik voelde hem in me, ik voelde me versmelten met hem, het leek alsof onze lichamen perfect for elkaar waren. We bleven doorgaan voor 10 minuten tot we allebei uitgeput waren en neerplofte op zijn bed.
'Wauw, dat was geweldig.' Hij knikte en zei: 'Dat weet ik, maar ik ben ook gewoon geweldig. Luister, we lopen hierna gewoon weg ja? We praten er niet over en je belt me wanneer je maar wilt. Wanneer je behoefte hebt aan mij of ik aan jou dan bellen we elkaar.' Ik knikte en ging uit bed, pakte mijn spullen en trok ze aan. Ik voelde dat Levi me aanstaarde, ik keek om om mijn gevoelens te bevestigen en het klopte, hij keek naar me met een hongerige blik. Alsof hij nog een keer wilde. Maar ik niet dus ik liep naar de deur en de gang in naar mijn kamer. Ik kwam binnen, plofte op bed neer, deed mijn schoenen uit en ging liggen. Zodra mijn hoofd het kussen raakte viel ik in een onrustige slaap.

'CC, waar ben je?!' Ik hoorde een stem van veraf. Ik stond in een pakhuis, deze keer niet vastgebonden en riep: 'Ik ben hier!' Er kwam iemand naar me toe gerend. Het was mama. Daar was ze in levende lijven. Haar bruine haren, blauwe ogen, mooie volle lippen en dat slanke gezicht. Ik vroeg me af hoe ik in hemelsblauw op haar kon lijken. 'Celeste snel ren weg! Alarza kan elk moment komen! Ren zo ver je kan en kijk niet om. Als we niet om twaalf uur bij de boom zijn dan hebben we het niet overleefd.' Ik deed wat ze zei, ik rende zo ver ik kon en keek niet terug. Philip kwam naast me en samen renden we weg. De grond begon te schudden, ik stopte en keek terug. Een paarse lichtstraal kwam uit de hemel naar beneden in het pakhuis waar we net waren. Drie personen zweefden naar boven, mijn ouders en Alarza. Er kwam nog een felle lichtflits en weg was alles. De paarse lichtstraal, mijn ouders en Alarza, alles. Ik stond daar maar. Ik voelde niks. Alles ging in slowmotion, Philip probeerde me mee te trekken en mislukte, ik voelde de tranen prikken maar slikte ze in. Ik begon duizelig te worden en viel flauw.

De tranen stonden in mijn ogen toen ik wakker werd. Het was maar een droom, of nee, een herinnering. Een herinnering aan de dag dat mijn ouders dood gingen. Alarza is terug en ik moet voorkomen dat hij de mensheid vernietigt. De MDE kan dit niet alleen, ik ga ze helpen. Ik sprong uit bed en kleedde me om. Deed mijn haar in een staart en ging naar de bibliotheek. Ik had daar iets gevonden wat me kon helpen. Het was een boek met toverspreuken, ik ben dan misschien geen heks maar ik ken wel iemand die dat is.
Ik ging naar Yri's club en trof het aan in as. Het was helemaal afgebrand. Ik voelde mijn hart kloppen in mijn keel en liet het boek vallen van verbaasdheid. Ik pakte het op en rende de as in tot er een portaal opende en ik erin rende. Ik stond in de club van Yri, helemaal als nieuw, het stond daar alsof er niks is gebeurd. 'Ah, Celeste, Yri verwachtte je al.' Ik hoorde deze zin achter me en draaide me om. Het was een bodyguard van Yri, ik herkende hem aan zijn gele kattenogen. Hij liep weg en ik volgde hem op de voet. We liepen langs rijen met feestende mensen, ik zag drugs gedeald en meteen gesnoven worden. We liepen naar dezelfde plek waar Yri altijd zat. 'Goed zo James. Celeste kom mee.' Zei Yri en hij stond op en liep naar zijn kantoor. 'Yri hoe komt het dat je club is afgebrand?'
'Oh gewoon een paar brandstichters. Voornamelijk de Rebellen.' De Rebellen was een groepje mensen die wisten dat het bovennatuurlijke bestond. Als je ooit tegen een vecht is het moeilijk om te winnen. Dat is tenminste wat mij was verteld. We stonden in zijn kantoor, het was zwart met van die kleine sterren erop geplakt. In het midden stond een donkerblauw tafeltje met twee stoelen ervoor en 1 erachter. Zelf liep ik naar het tafeltje en duwde een stoel weg, ik legde het boek op tafel en het kwam met een knal terecht.
'Ik neem aan dat je weet waarom ik hier ben?' Vroeg ik.
'Ja, je wilt de wereld helpen met mijn hulp en het niet tegen je broer zeggen of wel?' Ik schudde van nee en keek hem aan hij had zijn eigen kattenogen opgezet en deze waren een beetje geel en groen gemengd. Ik sloeg het boek open op de juiste pagina en draaide het boek een halve slag. Terwijl wij bezig waren was Levi iets aan het doen wat mij zou tegenwerken.

SecretkeepersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu