Een boswandeling.

10 2 0
                                    

'Henry let je op?' Henry schrikt wakker. Mevrouw Van der Spek staat over hem heen gebogen. Rode maakt een gniffelend geluidje. 'Vader Jacob, vader Jacob.' Zingt ze bijna onhoorbaar. Henry werpt haar een kille blik toe en kijkt dan weer naar mevrouw van der spek. 'Sliep je lekker?' Vraagt ze. Henry blijft even stil in de hoop dat ze verder gaat praten, maar dat doet ze niet. 'Ik... Ehm... sorry mevrouw' 'mmmja, voor deze keer dan. Maar als je zinsontleding niet interessant genoeg vind kan je de rest van de tijd in het straflokaal doorbrengen, begrepen?' 'Ja mevrouw.' Zegt hij snel. De weinige kinderen die in de klas zitten grinniken zacht. Hij had vannacht zo slecht geslapen. De gedachtes over verminkte en bebloede mensen spookten de hele nacht door zijn hoofd. Rodé had er blijkbaar geen last van gehad. S'ochtends was ze haast uit bed gesprongen. Haar humeur verbaasde Henry heel erg aangezien zij, tot nu, vaak de meeste nachtmerries had.

Mevrouw Van der Spek loopt weer naar voren en hervat haar uitleg. 'Psst' fluistert Rodé door de klas. Henry reageert niet. Inplaats daarvan zakt zijn hoofd verder naar beneden. Zuchtend scheurt Rodé een vel papier uit haar schrift en vouwt er een vliegtuigje van. 'Hey, Jacob.' Fluistert ze, voor ze het vliegtuigje zijn kant op gooit. De punt raakt precies zijn achterhoofd en met een rukt draait hij zich om. 'Wat nou?' Vraagt hij boos. 'Heb jij hierna een tussen uur?' Antwoord Rodé zonder op zijn opmerking letten. 'Ja, hoezo?' 'Veronica heeft gevraagd of we mee wilden naar het bos.' Henry krijgt een lichte blos op zijn wangen. 'Veronica? Naar het bos? Maar... daar mogen we toch niet komen?' Rodé gniffelt. 'Sins wanneer ben jij zo van de regels? En trouwens...' ze krijgt een scheve grijns op haar gezicht. 'Misschien kan je haar in die tijd wel mee uit vragen!' 'Ik vind haar niet leuk!' Hij wordt nog roder. 'Ze is bovendien veel te oud voor mij!' 'Oeh... maar dat maakt haar juist nog stoerder.' Gniffelt ze. 'Maar ga je nu mee of niet? Trouwens, haar vrienden club gaat ook mee. Geen reden om bang te zijn.' 'Fijn, ik ga mee. Maar alleen om te bewijzen dat ik geen watje ben.' 'Henry!' Klinkt de schrille stem van mevrouw Van der Spek. Henry draait zich met een ruk om. 'Heb je opgelet?' Een paar seconde is het stil. 'Ja mevrouw.' 'Oh ja? Wil jij dan even aan de klas uitleggen hoe je de persoonsvorm vind?' 'De watte?' 'Ja, als je had opgelet zou je het nu moeten weten!' Ze steekt haar hand uit en houd de stift voor de neus van Henry. Zacht mompelend pakt hij de stift en staat op. Met nog een laatste, scherpe blik op Rodé loopt hij naar voren.

Het is stil op de gangen. Te stil. Na code rood heeft de helft van de leerlingen en docenten zich afgemeld... en voorlopig zullen ze ook weg blijven. Rodé duwt de deur naar buiten open. 'Waar hadden jullie precies afgesproken?' Vraagt Henry. 'Bij het rokers hok van gamma.' 'Je bedoelt het stink hok.' Rodé rolt met haar ogen. 'Als je Veronica ooit een kus wil geven moet je toch echt tegen die rokers geur kunnen.' 'Ik vond haar niet leuk! Ze is drie jaar ouder da...' 'ach schiet op.' Rodé pakt zijn arm en trekt hem naar voren terwijl ze voor hem uit rent. 'Hey dude's' roept Veronica als Rodé aan komt met Henry half stuntelend achter haar aan. 'hey viro...' Henry struikelt over een steen en valt met een smak op de grond. 'Bruggetje.' Giechelen een paar vierdeklassers. 'Gast, doe voorzichtig. We willen je wel heel houden.' Veronica steekt een hand uit naar Henry. Henry pakt hem aan en laat zich overeind trekken. 'Hey, Thanx men.' Hij probeert het cool te laten klinken, wat niet echt lukt. 'Nou, zullen we dan maar naar het bos?' Vraagt Veronica.

Om het bos was een hoog hek van gaas met prikkeldraad gespannen. Op de plekken waar geen prikkeldraad was stonden bewakers, of was de grond zo nat dat je er direct in zou zakken. 'Jona, heb je de ijzerschaar?' 'Jep' antwoord een van de jongens. 'Mooi, dan is het tijd.' Zegt Veronica. Langzaam sluipt de groep naar het hek. Gelukkig zien de bewakers niks. Ze gaan een bocht om zodat de bomen tussen hen en de kant van de bewakers in staat zodat de bewakers niks kunnen zien. De jongen, die blijkbaar Jona heet, knipt een voor een de ijzerdraden in het gaas kapot zodat er langzaam een gat ontstaat. 'Weet je zeker dat het veilig is?' Vraagt Henry. Een meisje met blond haar en roze lokken pakt zijn schouder. 'Je bent toch niet bang, bruggetje?' Ze blaast een roze kauwgom bel tussen haar lippen en kijkt hem vragend aan. 'Wat? Nee, tuurlijk niet.' Ze kijkt hem nog even indringend aan. 'Hij is open!' Roept Jona. Het meisje laat zijn schouder weer los. Henry kijkt weer naar het hek en er is inderdaad een gat ontstaan, net groot genoeg om iedereen erdoor te laten. 'Come on let's go.' Zegt een jongen met blond haar en een gezicht vol puisten. Een voor een gaan de jongeren door het hek. Uiteindelijk zijn alleen Rodé en Henry nog over. 'Ga jij eerst of ga ik eerst.' Fluistert Rodé met een uitdagende grijns. 'Ga jij maar eerst.' zegt Henry snel. Rodé haalt haar schouders op en stapt door het gat. Nu is Henry aan de beurt. Aarzelend staat hij voor het gat. 'Kom op, we hebben niet alle tijd.' Zegt het kauwgom meisje. 'Hey dude, er is geen reden om bang te zijn. Zelfs je zusje is al door het hek.' Rodé zit op haar knieën in de modder. 'Volgens mij heb ik een kikkertje gevonden!' Roept ze enthousiast. Henry krijgt een kleur. 'Ik ben niet bang.' Snel stapt hij door het gat. 'En trouwens, het is een pad, geen kikker.' 'Dat maakt hem niet minder leuk!' Rodé staat boos op en klopt haar knieën af. 'Hey, geen tijd om te ruziën. We gaan.' Zegt Veronica en ze gaat de groep voor. Hoe dieper ze het bos in gaan hoe donkerder en drassiger het wordt. 'Getver, wat stinkt het hier.' Zegt Rodé. 'Klopt, maar dat is ook niet zo vreemd.' De jongen met het blonde haar wijst naar een hoopje rood paarsachtig slijm. 'Wat is dat?' Vraagt Rodé walgend. Jona pakt een lange tak en begint in de pure te roeren. 'Het lijkt op...' hij draait het hoopje om en er wordt een klein stukje vacht zichtbaar. 'Volgens mij zijn het de ingewanden van een dier.' 'Wat!?' Roept Rodé uit. 'Dries, doe normaal. Ze zijn nog maar twaalf. Het zal vast wel iets anders zijn, kom.' Zegt Veronica. 'Oh ja, wat zeg je hier dan van?' Jona was ondertussen iets verder gelopen en stond nu bij een hoopje haar. Henry loopt ernaar toe. 'Wacht, is dat niet...' 'Jep, het hoofd van een konijn.' De groep is even stil. 'Jongens, kweenie hoor maar dit voelt niet goed. misschien kunnen we beter terug gaan.' Zegt Dries 'Nu al? Het begint net interessant te worden.' Het kauwgom meisje loopt weer verder. 'De watjes mogen terug hoor, maar ik ga door.' de groep kijkt elkaar even aan en loopt dan achter haar aan. Hoe verder ze komen, hoe meer dode dieren (of delen van dieren) ze tegen komen. 'Ah, shit. Wacht effe jongens, er zit wat in m'n schoen.' Zegt Jona na enige tijd. Hij legt zijn hand tegen een boomstam zodat hij er tegenaan kan leunen maar trekt meteen zijn hand terug. Op zijn hand ligt een zwart, doorzichtig laagje slijm. 'Getver, wat is dit?' Hij wil net zijn hand aan het gras afvegen maar ziet dan dat dat ook helemaal onder het slijm zit. 'Dit meen je niet! Alles zit onder het slijm.' Roept Henry. Hij kijkt onder zijn schoenen en ziet dat die er ook helemaal onder zitten. Niet op letten, gewoon doorlopen.' Zegt mevrouw bubblegum. Veronica kijkt haar twijfelend aan 'Kweet niet hoor Violet. We zitten al dik over ons tussen uur heen, misschien kunnen we bete...' haar stem stokt plots. 'Veer... gaat t goed?' Vraagt Jona met een, volgens Henry, net iets te bezorgde blik op zijn gezicht. Veronica steekt een bleke vinger uit. Iedereen volgt haar vinger richting het gene wat ze aanwijst. Er wordt luid naar adem gehapt of gegild, zelfs Violet wordt bleek. Voor hun liggen namelijk 6, door bloed doordrenkte, aan stukken gescheurde lijken. Of... wat er van de lijken over is.

Het experiment MWSWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu