Tirol – Vrijdag 12 januari. Niek, Robin, Nika, Noah, Hanne en ik waren zonder docent aan het snowboarden. We spraken punten af waarop we op elkaar zouden wachten en hielden ons daar strak aan. We waren halverwege de piste en hadden net ons rustmomentje weer gehad. Ik weet niet eens meer wat we afspraken als onze volgende stop, maar we waren allemaal weer aan het vertrekken. Hanne was al snel opgestart en boardde een heuveltje over, waardoor ik haar niet meer kon zien. Vervolgens vertrokken Nika en Noah. Zij stonden op hun bord toen Niek ook vertrok. Ik zat nog even in de sneeuw naast Robin te kijken naar Niek toen hij een bocht maakte en viel. Hij had niet eens zo heel veel vaart, maar er spatte best wat sneeuw op. Meteen riep ik lacherig naar Robin "Moet je Niek zien!" Vallen is altijd grappig. Dacht ik.
Maar hij bleef liggen en langzaam werd ik ongerust. Hij lag iets op zijn zij. Toen Niek drie seconden later begon te trillen schreeuwde ik meerdere malen naar Robin "Kijk naar Niek!" "We moeten naar Niek!" "Ga naar Niek!" We zijn naar hem toe geboard en Niek bleef hevig trillen. Ik ging naast hem zitten. Toen bedacht ik me pas dat hij een epileptische aanval had. En hij heeft geen epilepsie, dit komt dus door de val. Nika kwam aan zijn andere kant zitten. Samen maakten we zijn bord los van zijn benen zodat hij vrij kon bewegen, zoals we hadden geleerd bij EHBSO (Eerste Hulp Bij Sport Ongelukken). Ik stond weer op, pakte mijn bord en legde het een paar meter boven ons, omdat ik wist dat je iets achter je moest leggen zodat anderen je niet aanreden. Het was echter niet ver genoeg achter ons, want we lagen in een dalletje.
Ik wilde snel weer terug naar Niek. Ik ging weer naast hem zitten en probeerde met Niek te praten, maar terwijl hij trilde reageerde hij niet. Hij kon me alleen aankijken. Toen ben ik maar tegen hem gaan praten "Blijf rustig, Niek." "Het komt wel goed, Niek." "Wij zijn bij je, Niek, we gaan hulp halen." "Meneer Waaijer komt zo, of de reddingsbrigade of wat ze hier dan ook hebben..." "Blijf kalm, Niek."
Nika probeerde hem ook te kalmeren, maar hij lag met zijn rug naar haar toe. Er kwam een bruinharige mevrouw aangeskiet met een kind. Zij sprak gebrekkig Engels. Ik ging even weg bij Niek om de mevrouw te begroeten samen met Robin. Bovendien schoten mijn gedachten alle kanten op en was het ook een soort van ambivalent gedrag wat ik vertoonde. Toen is Nika naast hem gaan zitten. Mevrouw vroeg of ze de alarmdiensten moest bellen. Na wat vage antwoorden van ons deed ze het maar gewoon, maar ze kreeg ze niet aan de lijn. Nika was opgestaan en terwijl mevrouw hulp probeerde te krijgen, zijn Robin, Noah en Nika gaan bellen naar leerlingen en docenten. Ik had mijn mobiel niet mee. Ik ben maar weer bij Niek gaan zitten. Niek stopte met trillen en mompelde wat. Hij keek wat rond en sloot vervolgens zijn ogen. Ik zei dat hij ze open moest houden en hij luisterde. Verder reageerde hij op weinig wat ik dan ook zei.
Niemand nam op, want iedereen was bezig met wintersport, behalve Yari. Die zat ziek bij de lift. Hij zou een docent gaan regelen. Toen was het wachten geblazen. Robin, mevrouw en het kind zijn bovenaan de heuvel gaan staan waar wij zojuist van opstartten en zijn daar boards en skies gekruist neer gaan zetten om anderen te laten weten dat wij hier in het dalletje lagen.
Van Hanne was geen spoor te bekennen. Ik vroeg aan de anderen of zij haar hadden gezien, maar zij wisten het ook niet. Dat was niet hun prioriteit op dit moment. Meerdere malen was die vraag al door mijn hoofd geschoten, maar nu vond ik de rust om het te vragen. Tja, Hanne was die week mijn skibestie waar ik alles ongeveer mee deed, dus ik merkte het wel op.
Ik heb mijn aandacht maar weer op Niek gericht. Hij zei dat hij bang was en dat ik moest blijven praten. Hij zei dat hij weg zou zakken en dat hij niet wist of hij nou wel of niet bij bewustzijn was. Hij was op zijn rug gaan liggen en zag dus alleen maar blauwe lucht. Het enige wat aangaf dat de wereld om hem heen nog gewoon door ging en hij erbij was waren onze stemmen en hoofden die boven hem hingen. Ook tegen Nika zei hij dit soort dingen. Tegen haar zei hij zelfs dat hij niet zeker wist of hij het wel zou halen. De helft van de tijd reageerde Niek niet. Zo vroeg ik hem vijf keer of hij pijn had. Uiteindelijk antwoordde hij dat hij geen pijn had. Dat luchtte enorm op.
Al snel kwam er een man in een rode jas aangeskiet met een (volwassen) leerling die zijn spoor volgde. Hij was van de lokale skischool en had een EHBO kit bij zich. Ook sprak hij Nederlands. Hij verleende EHBO bij Niek. Hij vroeg of Niek het koud had. Nieks jas was een stukje omhoog geschoven tijdens de val en je kon zijn huid zien. Toch had hij het niet koud, zei hij eerst. Maar meneer vroeg het meerdere malen en uiteindelijk zei Niek dat z'n kont wel koud was en pijn deed. Meteen legde de man in de rode jas een zilver-gouden deken om Niek heen. Meneer vroeg ook of hij pijn had. Hij antwoordde dat zijn kont pijn deed omdat hij daarop was gevallen, maar verder niet. Niek probeerde zijn helm af te doen, maar dat mocht niet. Ook ging hij rechtop zitten, maar werd meteen weer omlaag gedrukt door de man in de rode jas. Hij leek zich beter te voelen. Meerdere klasgenoten kwamen ons tegen op de piste en kwamen kijken wat er aan de hand was.
Toen ben ik gaan zoeken naar Hanne. Ik liep naar de heuvel onder ons en zag niks. Een dal en een heuvel verder had ik zicht over het grotere dal en het restaurant midden op de piste, waarachter weer een afdaling lag. Voor me lagen een paar heuveltjes waar ik geen zicht achter had, maar ik nam aan dat Hanne daar niet was. Nog steeds niks. Ook rechts van me had ik geen zicht door heuvels. Ik ben maar weer terug gegaan voor als de hulpdiensten kwamen.
Meneer had gebeld met de hulpdiensten en die kwamen even later aangeskiet. Twee mannen op skies met een rode slee-brancard tussen hun in. Aan de uiteinden zaten grote ringen die functioneerden als handvaten. Ze parkeerden de slee boven Niek. Eén van de mannen liet me een handvat vast houden om de slee op z'n plek te houden. De mannen spraken Duits en daar leek Niek niet heel erg blij mee te zijn. Meteen zei hij dat zijn Duits niet zo heel goed was en of de mannen ook Nederlands spraken. De meneer in de rode jas zei toen dat hij wel wilde vertalen.
Niek werd afgevoerd op de brancard, de rest van de klas achtervolgde hem. Ik, Robin, Nika en Noah bleven nog even om te verwerken wat er zojuist was gebeurt. Nika moest huilen en werd getroost door de jongens. Mevrouw Huigen kwam nog even langsgeskiet. We stuurden haar achter de rest aan en vertrokken ook. Nog steeds geen spoor van Hanne. De anderen stelden voor om maar gewoon naar de skilift te boarden in de hoop haar daar tegen te komen.
En ja hoor. Daar stond Hanne. Ze vertelde me dat ze niet door had dat Niek was gevallen en dat ook zij kort erna was gevallen. Natuurlijk lette ze toen even niet op haar omgeving en was met het vallen en opstaan bezig geweest. Toen merkte ze op dat wij weg waren. Ze was ons nog gaan zoeken en was teruggelopen, maar zag ons niet. Wij zaten natuurlijk ook achter dat heuveltje. Ze dacht dat wij misschien waren verdergegaan en zij dat had gemist door de val, dus is ze naar de skilift gegaan, wetend dat we die nooit zouden nemen zonder haar.