Ik kijk nog één keer om naar het huisje waar ik van kind's af aan al woonde. Ik voel een traan over mijn wang stromen. Ik was al veertien en al die jaren woonde ik daar met mijn ouders. Tot gisteren, er kwamen allemaal mensen ons huis binnenstormen, ik was buiten. Mijn ouders waren binnen. Ze zijn vermoord, nu zoeken ze mij. Ik weet niet eens waarom! Dan zie ik een man verschijnen, foute boel schiet er door mijn hoofd. Ik hoor hem roepen, maar sta te ver weg om te horen wat hij roept. Al snel kom ik er achter dat hij andere mensen roept. Ze stormen op mij af. Wat moet ik nu? Ik ren weg en schiet de bosjes in. Ren zo snel als ik kan. Na drie minuuten val ik neer, ik ben hard tegen een tak aangebotst. Na even uitgerust te hebben en het bloeden te laten stoppen ga ik weer op weg naar een beter bestaan, maar wie kan ik nog vertrouwen Ik ben opgelucht, ze hebben me niet gevonden! Als het avond is ga ik slapen. Opeens beweegt een bosje, ik kijk op en schrik me rot...
--Wordt vervolgt--
JE LEEST
A Way (nl)
RandomMerel haar ouders zijn vermoord, nu wordt zij op een onverklaar bare reden achter na gezeten door mensen, zij moet ook dood. Ze loopt weg van huis zodat ze niet gevonden wordt en beland zo in een groot bos, wie is de vijand nou en wie je vriend?