Hond

6 0 0
                                    

Hij kwam bij me in de gedaante van een hond van
Onduidelijk ras, er was niemand thuis in dat dorp 
Hij kwam zo sloom als honden
Eigenlijk niet naast me kunnen lopen
Raakte me met geen haar aan
Keek niet omhoog.

Bij het korenveld zei ik
Ga weg en hij antwoordde niet
Maar liet zijn tanden zien.
Ik zal je nooit verlaten
Bofkont die ik was
Ik nam hem mee naar mijn huis bij de zee
Met water, brood en steekmuggen

Leerde hem koken, schoonmaken, zingen
En nu met de zwaluwen,
Die hij sinds ze terug zijn nazwemt tot achter de zon
Is hij wanneer ze haar klittenvacht buiten hangt
En denkt dat ik niet kijk een man uit dat dorp,
Glad als een rots in zee, ze worden maar niet ouder

gedichten en spreukenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu