Hoofdstuk Een

162 17 53
                                    

Dorian

Vijf jaar later

Dorian had een hekel aan veranderingen.

Hij verheugde zich daarom niet op de inauguratie die deze nacht zou plaatsvinden. Na drie stabiele jaren werd de leidster van Nirvelli, Lorena Chamos, vervangen door de kroonprins van het maanrijk. De toekomst was onzekerder dan ooit; zou de rust blijven of verdwijnen?

Om met eigen ogen te zien wat voor persoon de kroonprins was en om te horen wat voor plannen hij voor Nirvelli had, liep Dorian samen met zijn zusje, Edana, richting het kasteel. De kroonprins kon twee kanten op gaan; of hij zou de voetstappen van de koningin volgen en net als haar angst zaaien onder het volk, of hij zou een voorbeeld nemen aan Lorena – de jongere zus van de koningin – die regeerde met een warm, sympathiek hart. Wanneer de kroonprins de eerste kant op ging, was Dorian bang dat hij weer moest vluchten en alles opnieuw moest beginnen. Dat zou hij niet meer kunnen. Een leven dat bestond uit vluchten, was geen leven meer.

De straten waren in duisternis gehuld en aan de hemel scheen de Maan Haar zwakke zilveren licht. Het was nurai, waar de Maan voor een half jaar over de wereld heerste. Na die periode begon de munari. Dan liet de Zon zich voor een half jaar zien en wierp die Zijn licht om de duisternis te laten verdwijnen. Terwijl het maanvolk tijdens de munari zo min mogelijk buiten kwam, was het tegenovergestelde te zien wanneer de Maan scheen. Elke nacht waren de straten gevuld met mensen, en zeker nu velen de inauguratie wilden zien, was er haast geen bewegingsruimte meer over. Het enige wat Dorian kon zien, waren de mensen om hem heen; een verstikkende massa.

Tevergeefs probeerde Dorian over de hoofden heen te kijken. Met zijn lengte was dat niet gemakkelijk. Hij had dat nooit prettig gevonden, want altijd ervoer hij de nadelen ervan. Zo had hij op zijn eerste werkdag als barman net niet bij de glazen in de kast gekund, waar sommigen hem er nog steeds aan wilden herinneren. Het waren kleine dingen, maar het frustreerde Dorian desalniettemin.

Dorian zuchtte en staakte zijn poging om zijn zicht uit te breiden. Hij had hier ergens afgesproken met zijn vriend, maar op deze manier zouden ze elkaar mislopen. Als Dorian had geweten dat het zo druk zou worden, had hij Cayden wel op een andere plek willen ontmoeten. Daar was het nu helaas te laat voor. Net op het moment dat Dorian aan zijn zusje wilde vragen of zij Cayden had gezien, voelde Dorian een hand op zijn schouder rusten. Een diepe, vertrouwde stem begroette hem. 'Dorian! Hier ben je dus.' Als vanzelf verscheen er een glimlach op Dorians gezicht. Zijn vriend had hem gevonden in deze drukte.

'Ik dacht dat we elkaar nooit zouden vinden,' bekende Dorian. Hij keek opzij toen Cayden naast hem ging lopen. Cayden viel op door zijn uiterlijk en was iemand waar de blik naartoe werd getrokken; breed gebouwd, en gespierd door jaren van training en zijn werk als trainer aan het hof. Er straalde daardoor een zekere dominantie van hem af.

'Dat dacht ik ook, totdat ik Edana's rode haren zag.'

Dorian pakte de ruwe hand van zijn vriend beet. Diens hand was koud, net zo koud als de temperatuur buiten. Toen Dorian sprak, verschenen er witte wolkjes in de lucht: 'We hebben elkaar in ieder geval gevonden. Het is echt veel drukker dan ik had verwacht. Het lijkt alsof iedereen wil zien hoe de kroonprins het leiderschap van Lorena overneemt.' Behalve Dorians vader dan, die wilde geen woord horen van wat de zoon van de koningin te zeggen had.

'Je hebt dan ook niet elke nacht de kans om een inauguratie mee te maken,' antwoordde Cayden. Hij kneep zachtjes in Dorians hand. Zijn aanrakingen zorgden altijd voor een geruststellend gevoel, want het verzekerde Dorian ervan dat hij niet alleen was. Ondanks dat Caydens hand in eerste instantie koud had aangevoeld, stroomde er nu een aangename warmte vanaf. 'We zijn er bijna. Ik kan de voordeuren al zien.'

Het ontwaakte VuurWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu