3 - Date

1.7K 31 2
                                    

Het is 10 uur ik strompel uit mijn bed, maar dan opeens denk ik aan mijn date van vanavond.
Meteen spring ik naar de keuken om te ontbijten.
Daarna bel ik naar June:
Ju = June. Ja = Jane
Ju: hallo met June.
Ja: heey zusie, Jane hier.
Ju: ow heey!
Ja: ik hoop dat ik niet te laat ben maar ik kom vanavond niet eten.
Ju: je gaat toch niet alleen thuis zitten hé?
Ja: nee hoor, maak je geen zorgen om mij.
Ju: oké, hoe was het gisteren eigenlijk?
Ja: viel wel mee, Marc zat weer hele tijd aan mij en toen heeft er een man mij geholpen om van hem af te komen.
Ju: een man?
Ja: ja inderdaad.
Ju: wat deed hij dan?
Ja: hij beval Marc weg te gaan en me met rust te laten, hij kwam heel intimiderend over.
Ju: het lijkt dat mijn zusje interesse heeft.
Ja: June, alsjeblieft ik ken hem amper.
Ju: doe er wat aan! Wacht eens ga je met hem weg vanavond?
Ja: misschien
Ju: Jane!!
Ja: ja ik ga met hem weg
We praten nog even verder en dan ga ik naar de stad voor nieuwe kleren te kopen.
Ik koop een rood kleedje en rode hakken.
Het is 3 uur als ik de straat van mijn huis in rijd ik zie een zwarte bmw voor mijn deur, Marc!
Leert hij het nu nooit dat hij me met rust moet laten..
Ik weet even niet wat te doen, moet ik gewoon naar huis gaan of wegrijden?
Hij zit voor mijn deur en kan me dus ook nog niet zien daarom besluit ik de politie te bellen.
P= politie. J= June
P: Goedemiddag met Peter, waarmee kan ik u helpen?
J: hallo, mijn naam is June en in wordt gestalkt door een collega.
P: op welke manier?
J: hij volgt me overal, belt me vaak, smst en mailt me ook vaak en hij probeerde gisteren weer om me aan te raken, ongewenst uiteraard.
P: oké dat is genoteerd. Als je nog last hebt laat ons dan meteen weten dan grijpen we in. Kan je ons nog even de naam zeggen?
J: Ik denk dat u me dan nu kunt helpen want de genaamde Marc Van Helse staat nu voor mijn oprit. Ik sta wat verderop toe te kijken aangezien ik contact wil vermijden.
P: ik stuur meteen iemand.
J: oké dank u!
P: graag gedaan. Tot ziens.
J: tot ziens.
Even later zie ik de politie aankomen, ik besluit om ze te volgen tot mijn huis.
Een agente stapt uit en gaat naar Marc, de mannelijke agent komt bij mij: 'June?'
'Ja dat ben ik.' Terwijl ik dit zeg bekijk ik hem aandachtig.
'Is dit de man?' vraagt hij wanneer de agente naast hem naast met Marc.
'Ja, dit is hem.' Ik kijk naar Marc die duidelijk geschrokken is.
'Bedankt voor de melding, we houden u op de hoogte.' zegt de agente.
'Oké dank u.' ik kijk nog even naar Marc en wandel dan mijn huis binnen.
Ik kijk nog even tv en ga me dan douchen, droog mijn haren en doe mijn rode kleedje aan.
Dan stijl ik mijn haar, neem mijn tasje en blazer en tot slotte doe ik mijn schoenen aan.
Snel nog even naar de badkamer voor parfum en mascara.
Ik vertrek naar het restaurant, na een kwartier kom ik aan.
Al snel vind ik parkeerplaats en wandel richting het restaurant waar ik Thomas zie, strak in pak.
'Wauw mag ik de hele avond met deze schoonheid vertoeven?' hij grijnst.
Ik lach, we praten nog even en gaan dan naar binnen.
2 uur later gaan we samen wandelen aan het meer.
'June, ik moet je iets vertellen.' hij staat stil.
Ik kijk recht in zijn ogen: 'Zeg maar.'
'Het probleem is ik kan het niet zeggen ik doe het liever op mijn manier.'
Er is stilte er terwijl wandeld Thomas naar muur: 'Ik begrijp je niet Thomas.'
Hij gaat met zijn rug naar mij staan: 'Thomas?' vraag ik.
Hij antwoord niet dus ik ga voor hem staan met mijn rug naar de muur toe.
Ik zie een grijns op zijn gezicht.
Ik sta op een halve meter van hem.

Hij kijkt me kil aan en zegt niets.

'Wat doe je? Wat wou je zeggen?' Vraag ik.

Hij kijkt me recht aan en zet een stap naar voren, ik krijg schrik en ga rustig achteruit maar al snel voel ik iets koud en ruw tegen mijn rug.

Ik schrik en kijk opzij, de muur.

'Wees nu toch niet bang, ik doe je niets.' Zegt hij heel rustig.

Hij kijkt me weer normaal en liefdevol aan, ik word meteen weer rustig.

Ik adem uit en sluit terwijl mijn ogen van opluchting.

Dan voel ik iets zacht en warm op mijn linkerwang nog voor ik mijn ogen kan openen voel ik zijn zachte lippen.

Meteen reageer ik en wil mijn hand zijn wang brengen maar hij houdt met zijn andere hand mijn hand tegen de muur.

Hij kijkt me recht aan en ik zie zijn gezicht naar mijn wang gaan en dan fluistert hij: 'geniet zonder aanraken, dat doe ik wel.'

Hij bijt zacht in mijn oor en ik kan een kreun niet langer onderdrukken.
Hij blijft me hevig kussen.
'Ik ben moe, kan je me naar huis brengen?' Vraag ik als hij even stopt.
Hij stelt voor om bij hem te gaan slapen, wat ik dan ook doe.
Als we toekomen gaan we meteen naar zijn slaapkamer.
Ik doe mijn kleed uit en schoenen uit en ga in bed liggen.
Meteen val ik slaap.

CommandsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu