Hoofdstuk 4

1K 49 2
                                    

Warmte, wat al snel om gaat in hitte, ik zit in een compleet donkere ruimte, het duister komt steeds dichterbij, ik probeer er tegen te vechten, maar het lukt niet...het voelt alsof ik compkeet machteloos ben.

De warmte rond mijn hart wordt steeds echter, warmer en warmer. Heter.

De hitte was zo echt dat ik bijna niet geloofde dat ik het me inbeeldde, dat het een droom was.

Heter.

Pijnlijk. Te Heet. Veel en veel te heet.

Alsof je het verkeerde uiteinde van een krultang vastpakte. Instinctief wilde ik het verzengende ding in mijn armen laten vallen. Maar ik had niets in mijn armen.

En mijn armen lagen ook niet opgevouwen over mijn borst. Mijn armen waren dode dingen die ergens langs mijn zij lagen. De hitte zat in me.

Nee, laat de pijn stoppen! wilde ik schreeuwen, maar er kwam geen geluid uit mijn keel.

Waarom kon ik me niet bewegen? Waarom kon ik niet schreeuwen?

De pijn wordt zo hevig, dat ik gewoon dood wil.

Als ik niet kon schreeuwen, hoe moest ik dan in godsnaam zeggen dat ze een einde aan mijn leven moesten maken.

Ik wil alleen maar dood. Ik wou dat ik nooit geboren was. Mijn hele bestaan kon niet op tegen deze pijn. Was het niet waard om dit nog langer dan één hartslag te moeten ondergaan.

Laat me doodgaan, laat me doodgaan, laat me alsjeblieft doodgaan.

En in deze eindeloze ruimte was dat het enige wat er was. Deze vlammende foltering en het geluidloze gegil waarmee ik om de dood smeekte.

Verder was er niets, zelfs geen tijd. Het had geen begin, geen einde, het duurde oneindig. Eén oneindig moment van pijn.

De enige verandering kwam toen de pijn opeens (onmogelijk) nog heviger werd. Plotseling stond ook de onderste helft van mijn lichaam brand, waar in eerste instantie geen gevoel had gezeten. En de eindeloze brand woedde voort.

Misschien was het na een paar seconden of een paar dagen, na weken of jaren, maar uiteindelijk kreeg de tijd weer einige betekenis.

Langzaam voelde ik hoe ik stukje bij beetje weer controle over mijn lichaam kreeg, en dat waren de eerste tekenen dat de tijd verstreek.

Ik wist dat ik met mijn tenen kon wiebelen en mijn vingers tot een vuist kon knijpen. Ik wist dat ik het kon, maar ik deed het niet, bang dat de pijn nog erger zou worden.

Als mensen me in de gaten hielden, zouden ze niks aan me merken, zouden ze denken dat er van binnen in me niks gebeurt, maar ik wist wel beter.

Het voelde eerst alsof ik vastgebonden zat op een laaiende brandstapel, en dat ik nu de brandstapel zelf vastgreep om bij het vuur de blijven. Het vuur deed zeer, maar op een of andere manier voelde in me veilig.

Ik had net genoeg kracht om daar onbewegelijk te blijven liggen terwijl ik langzaam verkoolde. Ik voelde me langzaam weer sterker worden.

Ik hoorde iemand tegen me praten. Maar ik kon het niet verstaan. Ik luisterde aandachtig naar de stem, ik wachtte tot ik het wel scherp hoorde.

"F-Floor, kom a-alsjeblieft terug" hoor ik iemand van ver fluiseren.

Wie was dat? Wie wilde dat ik terug kwam? Wil ik wel terug? Wil ik niet gewoon een zijn met het vuur?

Ik spits mijn oren.

Ik hoor iemand huilen. Wie is dat toch? Komop Floor, denk, probeer de pijn te negeren en denk wie je het voor het voor het laatst heb gezien. Opeens schiet de naam Harry door mijn hoofd. Ik wad met Harry aan het zwemmen en toen bleef ik vast zitten onder water.

Na mate ik niet over de pijn pieker, merk ik dat de pijn langzaam afneemt. Komop Floor, denk aan leuke dingen, leuke dingen.

Chocolade, eenhoorn, paard, cupcake, Melissa, Harry, zwemmen, zingen, gitaar spelen.

Ik voel dat de pijn bijna weg is.

Mijn hart hapert even en klopt dan normaal verder, mijn hart klopt weer, denk ik opgelucht, ik weet niet of het ooit gestopt was met kloppen, maar zo voelde het wel.

Ik hoor even niets meer. Geen ademhalig. Zelfs de mijne niet.

Heel even was de afwezigheid van pijn het enige wat er tot me doordrong.

Toen deed ik mijn ogen open en keek voorzichtig omhoog.

***********

Weer een hoofdstuk....

Love yaaa...

Xx Floor

Summer Love (Harry Styles)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu