Eenmaal buiten begon ik te praten. 'Ik had vroeger nog een broer weet je. Hij leek wel een beetje op jou. Hij noemde me altijd Skye. Hij vertelde me eens dat hij die naam had gekozen. Hij vertelde me dat de lucht het mooiste was dat er bestond. Het is iets magisch. Want het is zo normaal. Iedereen vindt het zo gewoon. Het is niks waardevol. Maar het is wel heel veel waard. Je kunt er niks mee betalen, maar zonder zouden we ook niet kunnen leven.' ik snikte, de herinnering deed pijn. Toch ging ik door: 'Hij vond dat ik vernoemd moest worden naar zo iets belangrijks als de lucht. Ik hield echt van hem, in zijn buurt was ik altijd iemand heel belangrijk, speciaal. Een paar jaar geleden ging hij op reis met zijn vriendin. Het was een heel lief meisje. Hij vertelde me dat hij met het vliegtuig ging en dat hij dus heel dicht bij de lucht ging zijn. O, wat was ik jaloers op hem.' ik moest glimlachen. Ik ging naast Jack op een bankje gaan zitten. Het volgende stuk zou ik niet rechtop kunnen vertellen. 'Achteraf gezien had ik niet jaloers mogen zijn. Het is zijn laatste reis geweest. In de terugweg kwam zijn vliegtuig in een storm terecht en is het neergestort. Het kwam door de wind Jack. Het kwam door de lucht. Ik had de naam van de moordenaar van mijn broer.' ik begon te huilen. 'Jarenlang heb ik mensen verboden mijn naam uit te spreken. Het doet zo'n pijn Jack. Telkens als ik mijn naam hoor moet ik aan hem denken.' Jack pakte me vast en het verbaasde hoe goed dat voelde. 'Hoe noemde hij?' de meeste mensen zeggen altijd dat het hen speet, het deed me goed dat hij anders was. 'Luke, zijn naam was Luke.' hij ging recht staan en begon te wandelen 'Zin om een stukje te rijden?' Ik knikte. Jack zijn auto zag er helemaal anders uit dan ik had verwacht. Het was geen auto die half uit elkaar hing. De auto was precies nieuw en de lak glanste nog. 'Mooie auto.' hij lachte: 'Van mijn vader gekregen, hij vond dat ik, ook al gedraag ik me niet als hem, er ten minste uit moest zien als hem. Vandaar de auto.' Ik knikte, het viel me op dat hij niet vaak over zijn ouders praatte. Maar als hij het deed was het nooit positief. 'Voel je je al beter?' ik knikte:'Het was gewoon al zo lang geleden dat ik nog eens over hem vertelde. En mijn naam hoor ik ook niet echt elke week.' 'Zou wel moeten. Je hebt een mooie naam.' Ik moest blozen 'Vind je het goed als ik je nu aanspreek met je naam?' Ik kreeg even een paniekaanval. De gedachten dat ik mijn naam weer elke dag zou horen. Maar misschien was het niet zo erg, Jack vond mijn naam mooi. 'Goed, maar alleen als we het werkstuk bij jou thuis doen.' Hij werd lijkbleek: 'Ok' 'O, nog één iets.' nu werd hij echt nerveus:'Hoe noemt je nanny?' Hij grinnikte:'Carice' ik kroop in de auto, het verbaasde me hoe groot het verschil was tussen de binnenkant en de buitenkant van de auto. De auto zag er heel oud uit, de zetels waren van leer, maar je zag dat ze al veel gebruikt waren, en het stuur was afgesleten op de plaatsen waar Jack zijn handen lagen. 'Wat is er?' 'Ik had niet verwacht dat je auto, nou ja, er zou oud uit zo zien.' hij haalde zijn schouders op: 'De buitenkant moet mooi zijn, dat is wat de rest te zien krijgt. De binnenkant is iets waar ik me zorgen om moet maken. Ik vind hem leuker zo.' Ik vroeg me af of hij het over de auto had of over zichzelf. 'Wie zegt dat je auto een jongen is? Het kan toch ook een meisje zijn.' 'Nooit over nagedacht, maar ik denk dat als het een meisje was geweest dat het me wel al had verbeterd als ik 'hem' zei. Meisjes kunnen daar niet tegen.' en hij trok zijn wenkbrauw op. 'Goed, jij wint.' hij reed de baan op, het verbaasde me hoe hij de weg weet. 'Stalk je mij of zo?' 'Nee, waarom?' 'Omdat je de weg weet naar mijn huis.' ik kruiste mijn armen, dit mocht hij eens uitleggen. Hij bloosde, dat beviel me wel. 'Nou je rijd nooit naar rechts dus moest ik naar links, straks ga je me moeten helpen. Ik heb je nog ooit in mijn buurt gezien dus moet ik nu rechtdoor. En nu moet je mij helpen.' Hij grinnikte. 'Goed, ik woon in de tweede straat van rechts.' 'Over morgen, om hoe laat kom ik je halen?' Ik kreeg kriebels in mijn buik: 'Mij komen halen?' 'Het groepswerk.' O. 'Ik heb morgen niet echt iets te doen.' 'Goed, dan kom ik je om tien uur halen. Dan kun je blijven eten. Carice zal het fijn vinden dat ik eens iemand meeneem zonder tatoes of piercings. Nou ja, tenzij je er een laat zetten tegen morgen.' 'Euch, nee bedankt. Heb jij er een?' Hij werd rood. 'Nou, nee. Ik was het ooit van plan. Maar ik kan niet tegen naalden.' Ik kreeg de slappe lach. Dat was lang geleden. 'Hier is het' hij zette me af. 'Tot morgen Skye.' 'Tot morgen' Die naam was al minder erg dan daarnet. Toen ik binnenkwam keken mijn ouders naar me alsof ik hun net had verteld dat ik ging stoppen met school omdat ik in een bandje op tournee ging. En dan snapte ik het. Ik glimlachte, en dat deed ik nooit.
JE LEEST
sky
RomanceSky is een gewoon meisje dat het al heel lang moeilijk heeft. vroeger werd ze gepest op school. Nu heeft ze zich van iedereen afgezonderd. maar als er dan een nieuwe jongen in haar klas komt veranderd alles. Ze voelt zich steeds meet op haar gemak b...