|Oorlog|

14 7 1
                                    

Oorlog, bommen, overal Duitse soldaten. Leegstaande huizen geven de stad een trieste aanblik. De schrik die me telkens om het hart slaat wanneer er een vliegtuig over vliegt. De gele ster op mijn kleren die aantoont wie ik ben. Niets meer mogen, zelfs geen openbaar gebouw meer binnen gaan. Ik, een doodnormale, nietsvermoedende, naïeve jongen, mag geen niet-joodse winkel meer binnen. Geen normaal leven meer kunnen leiden, enkel en alleen door het geloof van mijn familie. Het is geen leven. Wij behoren niet meer tot het "mensenras", zijn een verschrikking voor de ander. We worden als beesten behandelt. Toch, ondanks al die miserie, proberen we een normaal bestaan te leiden en door te gaan. 

UitsluitingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu