3

9 0 0
                                    

         Wanneer Lucas me vertelde dat het repetities waren, had ik op z'n minst verwacht dat we er samen naar toe gingen. Ten slotte wonen we naast elkaar.

In plaats daarvan is hij vertrokken zonder mij. Nu moet ik dus zelf dat adres zien te vinden. Ik kijk zuchtend achteruit, naar mijn huis. Uit het raam staat mijn zevenjarig zusje, Maria, naar me te kijken. Ze steekt haar tong uit. Typisch. Ze vindt dit grappig.

Haar negerend, strijk ik mijn corduroy rokje glad en hop op mijn fiets.

Niet veel later kom ik aan. Het was niet moeilijk om het juiste huis te vinden aangezien ik de band al luid en duidelijk hoorde spelen. Smells like teenage spirtit volgens mij. Hun muziek smaak wordt me stilletjes aan duidelijker.

Met mijn fiets aan mijn zijde ga ik de garage binnen. Kloppen heeft geen nut, want dat horen ze toch niet. De garage is veel groter dan het lijkt van buiten af. Binnen zie ik meteen Theodore spelen op zijn drumstel, Lucas op de piano, de bassist Dylan en ten slotte de gitarist, Emiliano.

Ze gaan er volledig in mee, te merken aan hoe Jay zijn hoofd heen en weer schudt en aan de Dylan die heen en weer loopt met zijn bas. Even sta ik daar in de opening toe te kijken. Iets aan het zien van hoe ze als een groep spelen geeft me een prettig gevoel vanbinnen. Ze lijken goed op te schieten met elkaar en ik heb nog nooit eerder zo sterk de drang gehad om er bij te horen.

De eerste die me opmerkt is Lucas. Hij stopt de vloeiende bewegingen van zijn vingers en komt naar mij toe. Hierdoor stopt de rest ook. Haren langs alle kanten, een heel comfortabel uitziende hoodie en losse broek. Ja, hij is even aantrekkelijk als altijd.

'Je bent er!' Hij bukt zich naar voren om me een kus op mijn wang te geven, ter begroeting.

Dit is zo plotseling dat ik haast achteruit deins. Gelukkig hou ik me op tijd in en ga ik er in mee. Menselijk contact, bleh. Een kus van Lucas? Oh ja.

'Jongens, dit is Bella,' ze zwaaien naar me, 'Bella dit zijn...'
'Ik ken hun namen,' onderbreek ik hem.

Jay ken ik zelfs persoonlijk omdat we samen in de klas hebben gezeten een paar jaar geleden. De jongens schenken elkaar onderling blikken. Ik zou echt een fortuin betalen om te weten waar ze aan denken op dit moment.

'Waar kan ik mijn fiets zetten?'

Jay legt zijn drumstokken aan de kant en loopt naar me toe. 'Kom maar mee.'

We stappen door naar zijn tuin waar ik mijn fiets achterlaat. 'Wil je iets drinken?'
'Ik heb wel dorst, ja.'

Bella storiaWhere stories live. Discover now