Ik woord wakker en zie mijn opa in bed liggen. Hij is altijd eerder waker dan mij. Iedereen is al uit bed behalve opa. Ik kom zachtjes naar hun toe en zeg dat opa nog niet wakker is. “dat weten we, het was ook zwaar gisteren laat hem nog maar even we magen hem zo wel wakker”. We moeten met zijn alle aan het werk en opa is nog steeds niet waker. “laten we hem liggen in de hoop dat ze hem niet vinden?” Anders is hij te laat, dat is een groter risico. Ik werk vandaag goed door. Ik hou me alleen maar bezig met mij werk en voor de rest niets. Nu ben ik wel blij met afleiding. Maar als dit niet hoefde dan van gister avond ook… niet aan denken ik was goed bezig. Zonder dat ik het door heb is het al bijna donker. Net als iedere avond komt de slaven meester weer naar de opzichter. De slaven meester loopt weg met zijn kin hoog omhoog. We mogen terug!? Heeft er niemand iets fout gedaan? Wat gaat er gebeuren?
JE LEEST
slavernij.
Narrativa Storicadit gaan om een meisje die in de tijd van slavernij leeft. ze vind jiëf wel een leuke jongen. ze begint hem steeds meer te vertrouwen. ze loopt al bijna heel haar leven met de vraag rond wie haar vader is. als ze het aan mensen vraagd woord er niet...
