deel 5

4 0 0
                                    

Na het boogschieten blijven we op het oefenterrein. Ik vraag aan Ares: "Wat hebben we nu?" "Nu hebben we zwaardvechten, houd je dat vol?" "Weet ik niet, ik denk dat ik het maar gewoon moet proberen." Ik blijf nog even praten met Ares als er ineens een man met een zware stem over het oefenterrein roept: "Ga allemaal in een rij staan!" We doen wat er van ons gevraagd wordt, nou ja wat de man ons beveelt. 

"Ik ben Brandon en ik ben jullie zwaardmeester. Dat houdt in dat ik jullie ga leren hoe je fatsoenlijk met een zwaard omgaat." Brandon kijkt richting mij, waarschijnlijk omdat ik weer op Ares sta te leunen. Hij komt op me aflopen. "Waarom hang je zo, ben je moe?" "Nee." Zeg ik bot. "Waarom dan?" "Vraag dat maar aan Jones." "Oh, jij bent zeker Boy." Zegt de man ineens begrijpend. "Ja, ik ben inderdaad Boy." "Ik hoop dat je het aan kunt, anders ga je er flink van langs krijgen deze les." Ik zwijg en Brandon loopt weer terug naar zijn plek voor de groep. 

"Omdat jullie waarschijnlijk nog nooit met een zwaard hebben gewerkt, beginnen we met houten zwaarden. Pas op deze zwaarden zijn even zwaar als een stalen zwaard en ook al zijn ze van hout, de klappen kunnen voor aardige blauwe plekken zorgen." Een andere man deelt de houten zwaarden uit terwijl Brandon alles uitlegt. Aan het einde van zijn uitleg en als hij ziet dat iedereen een houten zwaard heeft, vraagt hij: "Wie heeft er al wel eens zwaardgevochten?" Ik en nog drie jongens stappen naar voren. Als ik kijk naar de andere jongens zie ik Storm er niet tussen staan. Ik had hem wel verwacht om naar voren te stappen, aangezien hij met een zwaard over straat liep. Wat heeft dat voor zin als je er niet eens mee om kunt gaan. Brandon kijkt goed naar de jongens die naar voren zijn gestapt, hij wenkt mij en een andere jongen dat we bij hem moeten komen. 

"Jullie zeggen het al eens gedaan te hebben, dus laat maat eens zien wat jullie kunnen." Ik ga tegenover de andere jongen staan, het is wel oneerlijk aangezien ik amper op mijn benen kan blijven staan en hij is ook nog eens een kop groter dan ik ben. Hij zet gelijk de aanval in en ik draai makkelijk voor zijn zwaard weg. Hij komt weer op me afgerend en ik ontwijk zijn slag weer. De jongen besluit om nu niet in te komen rennen, maar om mij aan te laten vallen. Ik kom rustig op hem afgelopen en begin te stoten. De eerst paar slagen weet hij makkelijk te pareren, maar na een tijdje vallen er meer gaten in zijn verdediging en kan ik hem een aantal keer raken op zijn borst en zijn armen. Op een gegeven moment sla ik weer toe en mijn slag is zo hard, dat het houten zwaard uit zijn handen vliegt en dat hij zelf achterover op de grond valt. Ik houdt de punt van mijn houten zwaard tegen zijn keel aangedrukt en de angst staat in zijn ogen. Brandon zegt dat we moeten stoppen en dus help ik de jongen weer overeind, hierdoor val ik zelf bijna om doordat mijn benen nog steeds niet sterk zijn. 

"Waar heb je leren vechten?" Vraagt Brandon, ik weet dat hij het tegen mij heeft maar ik was niet van plan om antwoord te geven. "Boy! Waar heb je leren vechten?" Vraagt hij weer, nu wat opdringeriger. "Wat maakt het uit." Zeg ik bot. "Ik wil weten hoe ver je zou kunnen zijn." Zegt Brandon dan. "Daar zal je dan maar op een andere manier achter moeten komen denk ik." Brandon gromt en besluit om verder te gaan met de les.

Het zwaardvechten vind ik leuker dan het boogschieten aangezien we hier zowaar iets doen. Omdat ik dus al wat meer ervaren ben, zoals Brandon dat zo mooi zegt, mag ik sparren met een paar andere 'ervaren' jongens. Zelfs met mijn zwakke benen houd ik het nog best goed uit tegen de jongens. Alleen de laatste jongen waar ik tegen aan het sparren was kon ik niet aan. Midden in het gevecht begaven mijn benen het en zakte ik op de grond. Ares en Alex zagen het en kwamen me meteen helpen. Ik begrijp niet waarom die twee zo behulpzaam zijn, ze kennen me pas een dag, nog niet eens, en ik ben nou niet echt slim geweest de afgelopen uren. Maar misschien is dat het wel juist, dat ze aardig zijn omdat ze me nog niet zo lang kennen. Als ze langer met me om zouden gaan zouden ze net zoals iedereen het liefst uit mijn buurt willen blijven. Of niet, misschien zijn dit wel net twee jongens die wel bij me blijven en die het niets uitmaakt.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Mar 31, 2020 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

BoyWhere stories live. Discover now