'Pak maar twee koekjes!', zegt Truus van Vloten tegen haar kersverse buurman Sjoerd Witsen, die onwennig twee roomboterkoekjes uit de toegestoken trommel pikt, terwijl hij ongegeneerd naar de volle, halfblote borsten van Truus kijkt. 'Zou ze die twee soms bedoelen?', denkt hij schalks. Op een welhaast deftige manier bijt hij kleine stukjes van de koekjes. Paul van Vloten werkt in de bouw, tenminste, als er werk is, en hij krabt wat aan zijn dorstige bierbuik. 'Wat voor werk doe jij eigenlijks?', vraagt Paul, terwijl hij met een handgebaar richting Truus om een biertje vraagt. 'Momenteel zit ik even zonder', zegt Sjoerd, 'maar ik heb een lijntje met een psychologisch centrum in Emmen, waar in september een vacature vrij komt.'. 'Ben je dan zo'n verrekte zieleknijper of zo?', vraagt Paul, die de rook van zijn Marlboro-sigaret in het gezicht van Truus blaast, terwijl ze hem een flesje Grolsch overhandigt. 'Ik ben inderdaad als psycholoog afgestudeerd en ik hoop hier ergens in de buurt een betrekking te krijgen.', zegt Sjoerd, terwijl hij van de koffie nipt. 'Maar anders begin je toch gewoon een eigen praktijk in Bourtange!', flapt Truus eruit. Ze veegt zogenaamd iets van haar bloes om de aandacht op haar weelderige borsten te vestigen. 'Dat is een topidee', zegt Sjoerd, 'dat kan natuurlijk ook!'. 'Nou, gekken genoeg in Bourtange, daar kan het niet aan liggen!', reageert Paul, die meteen een mondkus van zijn vrouw eist. Die ze ook nog geeft ook. 'Maar eerst ga ik het huis wat opknappen, een nieuw verfje hier en daar en wat overtollige troep van de vorige bewoners de deur uit.', vervolgt Sjoerd. 'Je wil niet weten wat een klerenzooi ze allemaal al niet op straat hebben gemieterd', zegt Paul, 'nee, echt, dat waren pas viezerikken!'. 'Zegt hij', vult Truus aan. 'Jij moet je gore bek houden, stomme huissloof!', schreeuwt Paul ineens. Truus steekt haar middelvinger naar hem op en hij begint in zijn kruis te knijpen. 'Welnu, ik moet er maar eens vandoor', mompelt Sjoerd, 'ik heb nog heel wat te doen hier naast!'. 'Kom gerust langs als je zin in een biertje hebt!', schreeuwt Paul en Truus opent de voordeur voor hem. 'O ja, dat was ik bijna vergeten te zeggen, maar jullie zijn natuurlijk ook altijd welkom!', zegt hij meer tegen Truus dan tegen Paul, die in de verte de televisie op hardrockstand zet.
Thuis besluit hij de trapleuningen donkerrood te verven en daarna verkent hij de omgeving op zijn fiets. 's Avonds eet hij in zijn tuin en vangt hij glimpen van Truus op, die in haar bikini loopt te flaneren. Door de kamerdeuren weergalmen de televisiegeluiden. 'Paul is een echt binnenmens', zegt Truus, die even door de coniferen loert, 'ik niet, geef mij de buitenlucht maar en natuurlijk een lekker glaasje fris!'. Met die fris bedoelt ze met water aangelengde wodka, raki en jenever. Wanneer Sjoerd haar wat wil vragen over een eventueel zwembad in de buurt en hij een conifeer opzij duwt, ziet hij haar met gesloten ogen op een stretch liggen, topless en wel. Hij gluurt vol bewondering en kwijlend van geilheid naar haar reusachtige memmen met zaligmakende tepelhoven en parmantig omhoog stekende, duimlange tepels. Hij krijgt opeens ontzettend veel zin in duimpje-zuigen. Vliegensvlug trekt hij zichzelf terug en hoopt hij dat de conifeer zo snel mogelijk met bewegen stopt. Met een halfstijve erectie in zijn zwembroek ruimt hij de tafel af en schenkt hij zichzelf een biertje in. Het okselhaar van Truus is gitzwart en volop aanwezig. Hij kan die aanblik van net maar niet van zich afzetten. Na drie biertjes rookt hij een sjekkie met een beetje wiet en hoort hij Truus geile kreetjes slaken en wild rondrennen. 'Wow, dat is koud!', schreeuwt ze, 'lekker koud water!'. Blijkbaar is Paul eindelijk in beweging gekomen en loopt hij nu Truus met bakjes water te bekogelen. Sjoerd raakt opnieuw opgewonden van de hoge stemverheffingen van de dartele Truus. Hij denkt eraan hoe haar heerlijk gevulde borsten op en neer gaan tijdens haar vluchtpogingen. Hoe haar zwemslip nat wordt en hoe haar zwarte schaamharen zichtbaar worden. Haar vochtige schaamharenparadijs. 'Maar zo'n ongenuanceerde botterik als Paul wil je niet achter je aan krijgen!', denkt hij gauw, terwijl hij zichzelf dwingt om in 'Lady Chatterley's Lover' verder te lezen. Hij probeert met man en macht zijn fantasiewereld te verleggen. Desondanks denkt zijn slurfje daar anders over en zit er weer beweging in zijn zwembroek. Hij houdt de roman ervoor en af en toe kijkt hij even. Er heeft zich een toren van Pisa gevormd en instortingsgevaar is een ver-van-zijn-bed-show. Hij besluit naar binnen te gaan om ontdekking te voorkomen. Door de joint is hij erg slaperig geworden en hij slentert naar boven. De trapleuningen zijn al opgedroogd. Op bed denkt hij eraan hoe hij helemaal geen psycholoog is, maar een crimineel uit Oostende, die met zijn buit uit een juwelierszaak in Gent dit huis in Bourtange kon kopen. Vervolgens droomt hij ongehinderd van Truus en haar malse, supergeile lichaam. In gedachten doet hij het meest stoutmoedige en terwijl hij naar een blote dame in een beduimelde Playboy kijkt, komt hij als een geiser in IJsland klaar. Daarna raakt hij in een overmachtige coma. Door geen kanonschot te doorbreken.
YOU ARE READING
Crime passionel in Bourtange
Narrativa generaleover een tragische gebeurtenis in het Drentsche Bourtange