[Hoofdstuk 2]

41 2 0
                                    

Met mijn lichtelijk versleten gympen liep ik richting de stad. Ik liep voorbij mijn huis, en alle andere huizen die exact op mijn huis leken. Ik liep langs de wijken waar ik de krant bezorgden, om wat bij te verdienen, ik liep langs het veld en de skatebaan waar ik vroeger nog wel eens rondhing met mijn toenmalige vrienden.  Nu deed ik dat helemaal niet vaak meer. Als ik naar  school ging, dan ging ik na school gelijk naar huis om te kijken hoe mijn moeder er aan toe was. En meestal was ze er zo slecht aan toe dat ik daarna niet meer weg kon. Langzamerhand lieten mijn vrienden mij in de steek, wat ook niet zo gek was, aangezien ik nooit tijd had om af te spreken. Een iemand had mij nooit in de steek gelaten, dat was Jennifer. Jennifer Harlington, een lang, dun meisje met zwart haar en lichtbruine ogen, ze was lichtelijk getint en ontzettend aardig. Op school trok ik in de pauzes met haar op. Altijd kon ik mijn verhalen bij haar kwijt en nooit keek ze raar op van mijn verhalen. Ze luisterde altijd heel goed, en dat vond ik heel fijn. Wat ik wel vreemd vond is dat Jennifer nooit over zichzelf vertelde. Jennifer praatte altijd heel veel, maar als je haar iets vroeg over haar leven klaptte ze dicht. Ik durfde nooit te vragen waarom ze het nooit over haarzelf wilde hebben. Ik was bang om haar kwijt te raken.

De straten werden smaller, om mij heen werd het drukker en er was meer geluid om mij heen. Dit alles liet mij weten dat ik in het centrum van de stad was. Ik keek naar de etalages vol mooie kleren en spullen. Ik vond het jammer dat ik deze kleren en spullen niet kon kopen. Ik wilde zo graag iets nieuws hebben, iets nieuws om me mooi in te voelen. Mijn oog viel op een wit zomerjurkje, met aan de bovenkant een brede rand met bloemetjes patroon. Er zat een bruin, gevlochten riempje bij. Wat wilde ik dat jurkje graag hebben. Door de etalage zochtte mijn ogen naar het prijskaartje. Toen ik uiteindelijk het prijskaartje niet kon vinden besloot ik de winkel binnen te gaan. De winkel zag er verzorgd en chique uit, veelste chique voor meisjes zoals ik. Ik voelde de kassamevrouw naar mij keek, haar ogen prikte in mijn rug. Ik keek haar kant op en haar ogen keken mij doordingend aan. Ik sloeg mijn ogen neer, mezelf afvragend wat ik hier in hemelsnaam deed. De vrouw kwam met kleine, huppelende stapjes mijn kant op lopen. Ik keek op. De vrouw had een veel vriendelijker gezicht dan daarnet.  Ze had donkerblond, kort haar met hier en daar wat grijze plukjes. Ze droeg een linnen broek en een truitje en vestje in vrolijke kleuren. Ze had grote, lichtblauwe ogen die me vrolijk aankeken, niet meer zo doordringend als denet. Ik schatte haar rond de 55. ''Kan ik je ergens mee helpen?'', vroeg de vrouw opgewekt. Ik werd vrolijk van haar lieve lach en glimlachte terug. ''Ik vroeg me af hoe duur dat jurkje is.'', zei ik. Ik knikte naar het rode jurkje in de etalage. De vrouw glimlachte. ''Voor €30,- mag je 'm hebben, hij staat vast prachtig bij je figuur.'', zei de vrouw. Ze bekeek me van top tot teen. Ik was gevleid door haar compliment, maar een beetje teleurgesteld door de prijs van het jurkje en het feit dat ik vast en zeker niet genoeg geld zou hebben om het te kopen. Met mijn handen voelde ik in mijn zakken. Naast een knoop en een snoeppapiertje wist ik er €21, 65 uit te vissen. Teleurgesteld keek ik naar het geld. Ik keek op naar de vrouw die me medelijdend aankeek. ''Werk je hard voor je geld?'', vroeg ze. Ik knikte bescheiden ja. ''Ik denk het wel.'', zei ik. ''Dan mag je het jurkje voor €21,65 hebben.'', zei de vrouw vrolijk. Een blij gevoel in mij kwam naar boven. ''Echt?'', vroeg ik ongeloofwaardig. De vrouw knikte blij. ''Loop maar mee.'', zei de vrouw terwijl ze zich omdraaide en trippelend naar de etalage liep. Ik liep haar achterna. De vrouw haalde het jurkje van de paspop in de etalage af en liep door naar de kassa. Ik genoot van het feit dat ik van mijn eigen geld een mooi kledingstuk kon kopen en met een brede glimlach ging ik voor de kassa staan. ''Dat is dan €21,65.'', zei de vrouw met een knipoog. Ik overhandigde haar mijn geld en zei gaf me een tasje met het jurkje erin. ''Bedankt!'', zei ik. De vrouw glimlachte. ''Echt bedankt.'', zei ik zachtjes. Ik wachtte niet op haar antwoord en vrolijk liep ik de winkel uit.

Met een grote glimlach liep ik de winkelstraten door, trots op mijn aankoop. Ik ging dit jurkje hoe dan ook maandag naar school dragen. Ik ging gewoon naar school en liet me niet tegenhouden door mijn moeder. Ze moest maar 's een keer niet zo zuipen en gewoon een keer zonder kater wakker worden. Bij de gedachten aan mijn moeder besloot ik meteen naar huis te gaan, voor het geval mijn moeder wel een cadeautje voor mij wilde kopen, en in dat geval kon ze elk moment thuis zijn. Als mijn moeder zou merken dat ik dan niet thuis zou zijn, werd ze woest, minstens net zo woest als vanochtend. 'Vanochtend', spookte er door mijn gedachten. Terwijl ik terugdacht aan wat er toen was gebeurde voelde ik aan mijn wang. Gelukkig deed mijn wang geen pijn meer, in tegen stelling tot mijn rug. Bij elke stap voelde ik mijn rug protesteren. Ik probeerde mijn gedachte weer af te wenden naar het feit dat ik een nieuw jurkje had gekocht. De pijn leek langzaam af te nemen en met een klein glimlachje rond mijn lippen, liep ik richting huis.

Als je alleen bentWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu