Hoofdstuk 1

121 2 0
                                    

p.o.v. Lory

'We zijn aangekomen in Noorwegen, gelieven allen uw veiligheidsgordel vast te maken en wij wensen u een prettig verblijf'. Ik schrik wakker en stoot mijn hoofd. 'Godverdomme', zeg ik iets te hard en mijn moeder kijkt me streng aan. Zuchtend wrijf ik in mijn slaperige ogen, daarna slof ik achter mijn ouders aan het vliegtuig uit. 'Ik haat vliegvelden', mompel ik nadat ik drie keer omver ben gelopen. Nadat ik en mijn ouders een Starbucks koffie hebben gehaald, laden we onze bagage in een taxi en rijden we het binnenland van Noorwegen in.

Ik moet toegeven, de natuur in Noorwegen is prachtig. Ik staar vol bewondering naar buiten. 'Ik weet zeker dat je het hier leuk gaat vinden Lory', zegt mijn vader met een glimlach. Ik mompel iets en kijk weer uit het autoraampje. Ik mis mijn vrienden, ons penthouse en mijn oude high school in New York. Toen mijn ouders hoorde dat het slechter ging met oma, besloten ze naar Noorwegen te verhuizen. Nachten lang heb ik gehuild en gesmeekt of we in New York konden blijven, maar mijn ouders waren vastbesloten. Ik heb mijn perfecte leventje achter moeten laten om bij een oma te gaan wonen die ik me niet eens meer herinner.

Ik word opgeschrikt uit mijn gedachten door de taxi die opeens een weg inslaat. 'We zijn er', zegt mijn moeder als de taxi stopt voor een grote, witte poort. Ik kijk mijn moeder vragend aan. Ik had eerlijk gezegd verwacht dat mijn oma in een of ander krot woonde, maar zo te zien zijn wij niet de enige met geld in onze familie. Langzaam gaat de poort open en mijn mond valt open van verbazing. We rijden een wit betegelde weg op die leid naar een prachtig, wit kasteel. Om het kasteel liggen keurig bijgewerkte kasteeltuinen met de mooiste bloemen die ik ooit heb gezien. Voor het kasteel staat een enorme fontein met in het midden een standbeeld van een gevleugeld paard. Ik heb niet door dat de taxi al lang gestopt is en mijn ouders me lachend aankijken. 'Mooi hé schat', zegt mijn moeder. 'Het is prachtig mam, waarom hebben jullie hier niks over gezegd?' 'Verrassing', zegt mijn vader lachend. Ik loop naar hem toe en help hem onze koffers uit de kofferbak te halen.

Opeens hoor ik een schelle kreet. Een oude vrouw rent naar ons toe. Voor zover ze kan rennen dan. 'Mam!', roept mijn moeder en omhelst het vrouwtje stevig. 'Ayla, wat zie je er goed uit!', zegt mijn vader en ook hij trekt haar in een stevige omhelzing. Ik sta er een beetje ongemakkelijk bij. Net als Ayla wilt antwoorden merkt ze mij op en nog een schel kreetje ontsnapt uit haar mond. Ze duwt mijn vader een beetje opzij en pakt mijn handen vast. Voordat ik iets kan zeggen trekt ze me in een knuffel. Ik ontspan gelijk en knuffel haar terug. Ayla, mijn oma dus, neemt mijn hoofd tussen haar handen en ik zie dat ze tranen in haar ogen heeft. 'Lory, wat ben je een prachtige meid geworden!'
Ik glimlach. 'Ik ben heel blij je te zien oma.' 'Ik ben ook zo blij dat jullie er zijn lieverd, kom snel mee naar binnen, ik geef jullie een rondleiding.' Ayla pakt mijn hand en trekt me zachtjes mee richting de voordeur. Mijn ouders lopen lachend achter ons aan met onze bagage.

Clematrys - The King's DaughterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu