Proloog

138 2 1
                                    

Hijgend kijk ik omhoog en zie hoe Aurora angstig hinnikt. Ze steigert en bokt, maar het is alsof ze niet weg kan. Misselijkheid overspoelt me en ik laat mijn bonkende hoofd langzaam zakken. Opeens wordt ik overvallen door een onaangename stilte. Ik hef mijn hoofd op en knipper met mijn ogen.

Dit kan niet waar zijn.

Ze is weg. Geen explosie, geen lichtflits, geen knal. Ze is gewoon weg, opgelost in het niets. Ik adem zwaar en ik voel steken in mijn rug door mijn pijnlijke val. Ik laat mijn hoofd achterover vallen en geef me over aan de duisternis. Langzaam vallen mijn ogen dicht. Een witte lichtflits, dan wordt alles zwart voor mijn ogen.

Dit kan niet waar zijn.

Clematrys - The King's DaughterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu