Hoofdstuk 13

222 11 4
                                    

Toen ik zondagnacht, net iets voor middernacht, was thuisgekomen, had ik Amelia in de zetel in slaap aangetroffen. Ik had een dekentje over haar heen gelegd, ze had wat tegen me gemompeld en ik was in mijn bed gaan slapen.

De twee dagen die daarop volgden, liepen we elkaar veel mis. We hadden op maandag beiden nog gewoon ons werk en op dinsdag had zij haar sollicitatiegesprek - dat volgens haar geweldig goed ging. Dinsdagavond had ik wel mijn schuld ingelost wat betreft het kussen bij een lekker warme haard. Dat was iets wat ik met Arwen nooit gedaan had. Die zou het veel te warm hebben gevonden.

Op woensdagochtend had ik haar gevraagd of ze toch niet mee wilde naar Kians bruiloft. Ze had geweigerd. Ze moest gaan eten bij haar ouders en bovendien had ze toch geen kleren bij die deftig genoeg waren voor een huwelijk. Toen ik haar mijn beste puppyoogjes had gegeven, had ze me gepord en gezegd dat Kian haar toch niet zou missen.

Ik had haar dan maar met rust gelaten en was mijn pak gaan aandoen, een donkerblauw geval met een wit hemd en donkerbruine nette schoenen.

Nu sta ik voor het stadhuis met mijn twee beste vrienden - en Liam - rond me en een man die zich geïntroduceerd heeft als Gilles, Felix' vriend. Hij kan niet naar het feestje komen zaterdag, dus had mijn beste vriend hem praktisch gesmeekt om vandaag mee te komen, zodat we hem alsnog konden ontmoeten.

De jongeman lijkt niet erg op zijn gemak bij zoveel onbekenden, maar toch houdt hij zich koel en mengt hij zich hier en daar in onze gesprekken. Zijn asblonde haar is zijn meest opvallende kenmerk, het staat in een kuif omhoog en lijkt prima onderhouden. Zijn ogen hebben een olijfgroene kleur en zijn huid is zo bleek dat het bijna wit lijkt. Zowel hij als Felix heeft een zwart pak aan. Eerstgenoemde met een donkergroene stropdas, laatstgenoemde met de bovenste knopen van zijn hemd open.

De schok op Arwens gezicht toen ze besefte wie Gilles was voor Felix was het beste wat ik ooit in mijn leven gezien heb. Jammer dat ik het niet heb gefilmd.

Liam moet op een bepaald moment ergens anders gaan staan zijn, want wanneer ik me naar mijn beste vriendin omdraai, hangt ze aan niemands arm meer. Ze heeft een crèmekleurige jurk aan, met een heel hoge split aan haar been en een heel diepe decolleté - ik denk niet dat ze een beha aan heeft, maar daar denk ik beter niet over na. Haar hakken zijn zeker tien centimeter hoog, waardoor ze nu een stukje langer is dan ik. Wat haatte ik dat toen we nog samen waren. Nu nog steeds eigenlijk.

Wanneer ik haar blik vang, staan haar bruine ogen glazig en afwezig. Ze kijkt wel naar me, maar ziet me niet. Ik open mijn mond. Die beweging lijkt haar uit haar trance te halen, maar ze wacht niet tot ik wat zeg. Ik zie haar slikken terwijl ze wegkijkt.

Op datzelfde moment hoor ik auto's toeteren en gaat de kleine menigte voor het stadhuis uit elkaar. Iedereen kijkt naar waar het geluid vandaan komt, de auto's die Kian en Monica vervoeren, alsook hun ouders en getuigen.

Ik herken Kians ouders en zijn broer en neem aan dat de andere man in de auto zijn schoonbroer is. In een andere auto herken ik Monica en neem ik aan dat het haar ouders zijn die haar vergezellen, die had ik voor vandaag nog niet gezien.

Kian stapt als eerste uit. Stralend loopt hij, zij aan zij met zijn broer, naar de ingang van het stadhuis, waar wij vlakbij staan. Hier en daar geeft hij mensen een hand, praat hij wat, tot hij bij ons tot stilstand komt. Zijn broer is hij ergens bij andere mensen al verloren.

Ik zie meteen dat de kraag van zijn hemd wat scheef omhoog staat. Hij trekt en draait met zijn vingers aan zijn manchetknopen, maar lijkt zijn eigen bewegingen nauwelijks op te merken.

Hij geeft Felix, Gilles en mij een hand en Arwen een kus op de wang, vraagt waar Liam is - zonder echt een duidelijk antwoord te krijgen - en lijkt dan pas op te merken dat hij totaal geen idee heeft wie Gilles is en wat hij op zijn bruiloft komt doen.

Wanneer het sneeuwtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu