zwanger...wat nu?

zo komt alles op zijn pootjes terecht

ding dong. 'Lars doe eens open'. 'Ja ik kom al hoor'. 'He Lars kijk we hebben een cadootje voor jullie'. 'aah bedankt maar dat had toche niet gehoeven'. 'Ja wel joh waar is Lara '? 'Die is eten koken'. 'Oké' 'Heren ik ga even naar Lara'. 'Ja is goed dan gaan Bart en ik even alles klaar zetten'.

( In de woon kamer)

'Lars'? 'Ja'? 'Hoor jij niet te koken'. 'eigenlijk wel maar Lara kan beter koken dan ik'. 'Oo oké dan weet ik dat'. 'Lars welke film gaan we eigenlijk kijken'? 'Gothum'. 'Oke zullen wij de tafel gaan dekken'? 'Ja is goed'.

( In de keuken)

'Lara hoe is het met je'? 'Oo Anna-bel je bent er ik had je niet gehoort, maar het gaat goed'. 'Wat eten we'? 'Jullie eten fried en ik eet salade'. 'Jammie, maar waarom kookt Lars niet'? 'Nou ik ben pas 4 maanden dus ik wil de touwtjes nog in eigenhadden hebben'. 'Oo maar is het eten bijna klaar, ik heb namenlijk best veel honger'. Ja het is zo klaar we kijken trouwens de film gothem'. 'Oo die heb ik nog niet gezin.

( Na het eten)

'Maar je je cadootje nog open'? 'Ja is goed ik doe het nu wel'.'Aah Lars moet je zien hoe schatig voor in de baby kamer's'. 'Ja je hebt gelijkt het is echt schatig'. 'Maar zullen we de film gaan kijken Lars want ik denk dat Bart en Anna-bel daar voor komen'. 'Oke we gaan de film wel nu kijken'. ( op de helft van de film) 'Schat ik ga naar bed ben echt moe '. 'Ja is goed ik kom er na de film aan'. 'Oke, doei Anna-bel en Bart'. 'Doei slaap lekker'.  'Lars ruim jij straks alles op'. 'Ja is goed ik kom je morgen om 11 uur wakker maken'. 'Waarom'? 'Dat is verassing'.'Oke tot morgen'.

( De volgende dag)

'Schatje op staan'. 'Goeien morgen Lars'. 'Kom kleed je aan de vistie komt over 1 uur'. 'Ja is goed'. ( Nadat ze heeft gedoucht en gegeten) 'Lars we moeten nou echt al een woning zoeken'. 'Waarom'. 'Nou ik wil ook mee helpen en dat kan straks niet meer als ik dik ben'.'Ja is goed zullen we nu even kijken de visite is er toche nog niet'? 'Ja is goed'. ( kijkt op een site voor huizen). 'He wat vind je van deze woning'. 'Aah die is prachtig en we kunnen het betalen'. 'Oke maak jij een afspraak dan denk ik de tafel'.

( als de visite er is)

Ding dong. Ding dong. 'Mama papa Jonhan'? 'Wat doen jullie hier'? 'Ik en je vader hebben nog eens goed gepraat'. 'En willen je steunen'. 'Dus jullie zijn niet meer boos op mij'? 'Dat klopt en we zijn heel blij dat we opa en oma worden'. 'Aah dat is geweldig, kom trouwens maar binnen buiten is het koud'. 'He Lars'. 'Hoi mevrouw en meneer'. 'En zusie heb je al een mooi huisje gevonden'. 'Zeg gerust een huis'. 'Ooh laat eens zien'. 'Lars geef even de computter aan me moeder'. 'Alstublieft mevrouw'. 'Aah dat huis is prachtig'. 'Ja dat vinden wij oo', Oja Lara we kunnen vanmiddag nog langs'. 'Ja is goed dan doen we dat'. 'Mogen wij mee'. 'Lars wat vind jij'. 'Ik zou het liever even alleen met Lara bekijken'. 'Oke is goed'.

( als ze het huis hebben beken)

'We nemen hem'. 'Mooi hier zijn de sleutels'. 'En hier is het geld'.