02

217 8 7
                                    

Edmund bukt neer bij een grote bal. "Katapulten." Zegt hij meteen als de anderen achter hem staan.

"Wat?" Vraagt Peter verwart kijkend naar de bal.

"Dit gebeurde niet zomaar, Cair Paravel is verwoest." Antwoord Edmund en gaat rechtstaan.

"Hij heeft een punt, ik weet niet hoelang jullie niet meer in Narnia zijn geweest maar kastelen vergaan niet zomaar." Antwoord Mikayla waardoor de anderen haar aanstaren.

"Ze heeft gelijk." Antwoord Suzan na een tijdje denken. Peter loopt naar een soort stenen muur en Edmund helpt hem met het te verschuiven. Een houten deur staat erachter die Peter makkelijk doortrapt. Voor iemand kan reageren scheurt hij een deel van zijn hemd af die bij zijn uniform hoort en pakt hij een tak waar hij het omwikkelt.

"Je hebt vast geen lucifers he?" Vraagt hij hopend op dat Edmund in zijn tas er wel heeft zitten.

"Nee maar zal dit werken?" Vraagt Edmund die zijn zaklamp eruit haalt.

"Misschien had je dat eerder kunnen zeggen." Lacht Peter waardoor de anderen grinniken. Edmund klikt de zaklamp aan en gaat als eerste gevolgd door Lucy daarna Mikayla en Suzan en dan de jongens.

Ze gaan de trap af en komen bij een ijzeren poort. De gehele ondergrondse kamer is nog geheel in takt en er staan vier kisten met vier standbeelden erachter wat de vier Pevensie's moeten voorstellen.

"Niet te geloven, alles is er nog." Zegt Peter bewonderend. Ieder van hen rent naar hun kist en opent hem. Mikayla's oog valt op een klein doosje aan de achterkant van de kamer. Ze opent het en haalt papieren eruit.

"Wat was ik toen groot." Zegt Lucy bewonderend terwijl ze een jurk van tweemaal haar lengte voor zich houd.

"Tja toen was je ouder he." Plaagt Suzan.

"En nu is het zoveel jaren later, en je bent jonger." Grapt Edmund.

"Mijn hoorn, moet vast nog aan mijn zadel hebben gezeten toen we weggingen." Zucht Suzan.

"Jongens wat zijn deze papieren?" Vraagt Mikayla.

De anderen gaan bij haar staan en kijken naar de papieren in haar hand. Op elk stukje perkament staat hetzelfde tekstje geschreven en sinds niemand anders moeite doet het te lezen doet Mikayla dat maar.

"Wit en zwart zullen wederkeren.
Slechts een zal hen volk kunnen ontmoeten.
En ware identiteit zal in het licht komen,
Zodra je de nieuwe prinses van Narnia als echte soldaat zal tegenkomen."

"Wat een raar rijmpje." Zegt Lucas lachend. De vier Pevensie's kijken naar Mikayla en Lucas.

"Jullie!" Zegt Lucy vrolijk waardoor de twee schrikken. "Wit en zwart, jullie haren." Vervolgt Lucy en wijst naar de haren van Mikayla en Lucas.

"Leuk." Antwoord Mikayla kort niet gelovig.

"Het is een voorspelling." Antwoord Peter.

"Maar wie zegt dat die over ons gaat, wederkeren betekend terug komen, wij zijn hier nog nooit geweest." Helpt Lucas hen eraan te herinneren.

"Kom omkleden." Zegt Edmund die hun kleren toe werpt. Mikayla kijkt naar het gele kleed dat ze van Suzan mag lenen en trekt het aan.

"Trouwens, neem beide een wapen, een zwaard ofzo, we zullen jullie hem wel leren te gebruiken met tijd." Zegt Peter waarna de twee tieners niet op tegenspreken en de zwaarden aanneemt.

Na een tijdje wandelen staat Suzan al op de top van een heuvel met haar boog gericht op iets. Als de anderen aankomen zien ze twee soldaten die een dwerg vasthouden. Suzan heeft haar eerste schot gewaagt en haalt een andere pijl tevoorschijn. "Laat los!" Roept Suzan.

"Euh ik denk niet dat dat..." voordat Mikayla haar zin kon afmaken hebben de soldaten de dwerg al laten vallen in het water en schiet Suzan een van hen in de buik waarna de andere in het water springt.

Edmund en Peter duiken, Peter om de dwerg te redden en Edmund om de boot aan lang te brengen. Wanneer ze allemaal terug op het strandje staan maakt Lucy het touw los dat rond de dwerg zijn handen zat en spuwt hij het water uit.

"Laat los." Zeurt hij chagrijnig. "Kon je niks beters bedenken?" Vraagt hij.

"Sorry maar een simpel bedankje zou welkom zijn, ze hebben net je leven gered." Antwoord Mikayla.

"Dat stel had me ook laten verdrinken zonder jou hulp!" Zegt de dwerg.

"Misschien hadden we hen moeten laten doen." Antwoord Peter snel.

"Waarom wilde zij u vermoorden?" Vraagt Lucy.

"Het zijn telmarijnen, dat doen ze." Antwoord de dwerg.

"Telmarijen? In Narnia?" Vraagt Edmund verwart.

"Waar hebben jullie de laatste eeuwen gezeten?" Vraagt hij waarna de realisatie begint binnen te dringen. "Oh het zal toch niet waar zijn he, zijn jullie het? De koningen en koninginnen van Weleer?" Vraagt hij.

"Hoog koning Peter, de grote." Zegt Peter en steekt zijn hand uit maar de dwerg veroert zich niet die te schudden.

"Misschien had je dat laatste beter weggelaten." Zegt Lucas lachend.

"Waarschijnlijk, maar wie zijn jullie?" Vraagt de dwerg die naar Lucas en Mikayla staart. "Oh nee! De voorspelling had gelijk? Wit en zwart keert terug?" Vraagt hij.

"Wat weet u over de voorspelling?" Vraagt Edmund.

"De voorspelling zegt dat wit en zwart beide terugkeren maar enkel een van hen hun volk kan vinden aangezien de andere uitgemoord is! Wit zou een soldaat moeten zijn ofzo." Gromt de dwerg.

Peter trekt zijn zwaard en zegt: "Daar zal je van opkijken." Antwoord Peter.

"Oh dat wil je echt niet doen." Antwoord de dwerg grommend.

"Ik niet, zij. Als de voorspelling over haar gaat moet ze dit kunnen." Zegt Peter waarna Mikayla hem aankijkt voor hulp.

"Ben je gestoord? Wat als ze het niet is!" Vraagt Edmund.

"Je gaat der niet vermoorden, enkel ontwapenen." Zegt Peter en geeft zijn zwaard aan de dwerg. Mikayla trekt haar zwaard en kijkt de andere hopeloos aan.

Al gauw heft de dwerg het zwaard op en valt aan maar door haar snelle reflexen houd Mikayla het tegen en maakt ze een kruising met hun zwaarden. Ze duwt hem weg waardoor zijn elleboog in haar gezicht beland en hij lichtjes zegt. "Oh alles goed?" En valt opnieuw aan maar dit keer is Mikayla boos.

Ze bukt en valt dan aan waardoor de dwerg moeite heeft met balans. Ze springt over het zwaard in een aanval poging van de dwerg en rolt zijn zwaard uit zijn handen waardoor de dwerg wapenloos op de grond terecht komt.

"Je bent het echt." Zegt hij verbaasd waarbij iedereen juicht voor Mikayla en zij er verstomt bijstaat.

"Wow, Mikayla misschien is die voorspelling echt over jou!" Zegt Lucy vrolijk.

Dynasty - Edmund PevensieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu