92.

416 13 2
                                    

Wanneer ik wakker word, hangen mijn ogen meteen aan de verlovingsring om mijn ringvinger. Ik kan niet geloven dat Harry mijn man word in de toekomst - een paar maanden geleden had ik nooit durven bedenken dat ik Harry ünerhaupt weer terug in mijn leven zou hebben. Wanneer ik mijn hoofd draai, zie ik dat Harry al opgestaan is. Ik stap uit bed, trek mijn badjas aan en baan mijn weg richting beneden. Beneden tref ik twee schaterende kleintjes aan met Harry. 'Goedemorgen,' zeg ik glimlachend en ik loop naar de keuken. Harry staat op en kust me meteen waarna de kleintjes volgen. 'Mama, ik heb een tekening voor jou,' zegt George. Mijn hart maakt een sprongetje. Hij noemde me zojuist mama. Ik kijk naar Harry, die een glimlach ook niet kon onderdrukken. George geeft me de tekening waar een paar krassen op staan in diverse kleuren. 'Wat mooi!' zeg ik enthousiast en ik aai over zijn bolletje. 'Dankjewel.'
'Hey kids, ik heb mama gisteren ten huwelijk gevraagd. We gaan trouwen.' De kinderen laten hun speelgoed vallen en kijken ons met hun grote ogen aan en zwaaien enthousiast met hun handen. Ik weet niet of ze enig idee hebben wat trouwen is, maar aan Abigail te zien, vind ze het geweldig. 'Dan krijg jij een heel mooi jurkje aan, en jij krijgt een heel mooi pak aan.' Ik ga gehurkt voor de kleintjes zitten. 'Weten jullie wat trouwen betekent?' Ik zie ze denken waarna ze hun hoofd schudden. 'Trouwen betekent dat je beloofd aan elkaar dat je voor altijd samen zult zijn. Dat betekent dat papa en mama vooraltijd verliefd op elkaar zullen zijn. Papa en mama gaan dan allebei een ring dragen zodat iedereen weet dat we verliefd zijn. Mama krijgt een hele mooie jurk aan en papa een heel mooi pak. Jullie trouwens ook.' Abigail klapt enthousiast in haar handjes. 'Ik ben ook verliefd op Harry!' Ik kijk naar Harry. 'Oh is dat zo?' Ze knikt en kijkt verlegen naar de grond. 'Dan geef ik je groot gelijk,' zeg ik en ik kus haar kruin. 'Nou hup, ga jullie klaar maken voor school. Ik kom er aan.' De kindjes rennen vrolijk naar boven.

De kinderen rennen het gebouw in van de school en zwaaien nog één keer. 'Zo, ga je mee?' vraagt Harry en ik kijk hem verbaasd aan. 'Waarheen?'
'Ik wil je iets laten zien.' Ik begrijp niets van wat hij bedoelt, maar ik loop toch met hem mee richting zijn auto. 'Hoelang ken je me nou al?' Harry wikkelt zijn vingers om het stuur en kijkt me fronsend aan. 'Al best wat jaren,' zegt hij nonchalant. 'Dan weet je dat ik niet tegen verassingen kan. Dus vertel me waar we heengaan.' Harry glimlacht speels en ik zucht. 'Wacht nou maar af. Je vind het vast leuk.' Ik rol mijn ogen en staar geïrriteerd uit het raam, mijn handen rustend op mijn buik. Harry blijft lachen en geeft klopjes op mijn bovenbeen. Ik voel me net Abigail, dat jammert om een snoepje maar Harry weet dondersgoed dat ik hier écht niet tegen kan.

Na ongeveer een uurtje rijden merk ik het platteland gedeelte van Londen op - eigenlijk net buiten Londen. Het scheelt misschien een half uur. 'Wat gaan we doen? Koeien melken?' grap ik. Harry haalt zijn schouders op. 'Misschien een keer goed om de rust om ons heen op te zoeken.' Hij weet dat ik de stad nooit wil inruilen voor het platteland dus ik kijk hem geschokt aan. 'Grapje.' Hij steekt zijn tong uit. 'Maar voor een keer vind je het vast wel leuk.' Hij heeft gelijk. Het platteland vind ik altijd leuk om doorheen te rijden en te zien, maar om er te wonen gaat me een stapje te ver. Als hij maar niet denkt dat we een huis gaan laten bouwen hier, want het hart van Londen is mijn hart en dat weet hij. Een kasteel op een heuvel komt steeds dichter in mijn zichtveld en ik merk op dat Harry langzamer rijd. 'Wauw,' zeg ik en ik plak aan het raam. 'Dit is mooi.' En ik meen het. Het kasteel heeft iets magisch - het is oud en lijkt in te storten, maar dat is magisch. Harry stopt de auto. 'Zullen we gaan kijken?' vraagt Harry en hij haalt de sleutel eruit. 'Uhm mag dat zomaar?' Harry haalt zijn schouders op. Ik rol mijn ogen. 'Goh, typisch gedrag weer.' Ik loop achter Harry aan en we banen onze weg naar het kasteeltje. De heuvel maakt me buiten adem maar ik ben te enthousiast om me daar nog druk om te maken. Ik heb altijd al iets met kastelen gehad - vroeger als kind las ik dan ook graag boeken over sprookjes waar kastelen in voorkwamen. We staan voor een houten deur dat wel drie keer zo hoog en breed is als de deur bij ons thuis. Het staat op een kier. Harry opent het langzaam. 'Dit kan echt niet. We kunnen toch niet zomaar een kasteel binnenglippen?' Hij haalt wederom - hoe kan het ook anders - zijn schouders op. Ik voel me een crimineel maar toch geniet ik ervan. Het kasteel is enorm van binnen en ik voelde me net een prinses ondanks mijn saaie kleding. Er hingen diverse kroonluchters en ik durf niets aan te raken - bang om iets te slopen. Ik durf er nauwelijks naar te kijken. Alles ziet er chique uit en dit was nog niks. Dit kasteel is enorm en dit was alleen nog maar de ingang. Ik hoor voetstappen en ik hap naar adem. 'Shit, ik hoor iemand. Laten we gaan. Straks worden we opgepakt.'
'Ja, of komen de ridders ons vermoorden met hun zwaarden.' Ik kijk Harry boos aan om zijn idiote maar toch grappige grap. 'Kom nou mee.'
'Harry Styles!' Hoor ik achter me en ik krimp in één. Harry draait zich om en een glimlach siert zijn gezicht. Ik kijk de twee verbaasd aan die elkaar vriendelijk begroette. 'Lang niet gezien! Hoe gaat het?'
'Jullie kennen elkaar?' vraag ik. 'Dit is mijn oom, de broer van mijn moeder. Dit kasteel is van hem.' Mijn ogen vallen nog net niet uit mijn oogkassen. 'Wat? Waarom heb je me daar nooit iets over verteld? En waarom vertelde je dat niet net, vóórdat ik bijna een hartverzakking kreeg? Harry en de oudere man lachen. 'Omdat ik je wilde verassen. Ik wilde je vragen...Of je hier met mij zou willen trouwen.' Ik zie een blos verschijnen op zijn wangen. Ik val stil. 'Wauw...Harry...' Hier trouwen lijkt me een wens van iedereen. Ik zie mezelf al helemaal voor me in mijn jurk, het ja woord geven aan Harry ondanks dat er niet veel familie van mij bij zal zijn. Sterker nog, alleen mijn moeder maar dat mag de pret niet bederven. 'Ik dacht dat je het klein wilde houden,' zeg ik en mijn wangen kleuren. 'Kleinschalig qua vrienden en familie, maar dan hoeft de locatie nog niet klein te zijn. Kom, dan laat ik de tuin zien. Of nou ja, tuin, meer een enorm weiland.'

Buiten hangen verschillende lampionnen en andere sierverlichting in bomen, in de struiken en aan de pilaren bij de achterzijde van het kasteel. Een lange tafel dat versierd is met prachtige aangeschoven stoelen en duur servies. Het is me duidelijk dat hier vaker een bruiloft plaatsvind en ik had een vermoeden dat er vandaag een bruiloft op de planning staat. Harry kijkt me aan met zijn meest charmante glimlach terwijl we in de tuin, of beter gezegd, het weiland staan. De glimlach waar ik voor gevallen was vanaf het begin, waar ik tot op de dag van vandaag nogsteeds geen genoeg van krijgen.

Everything for you (Harry Styles)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu