samen

34 8 2
                                    

Boris kijkt me aan. Ik zie zijn groene ogen. 'En? Nemen we hem?' Vraagt hij. Ik denk na wat bedoelen ze met die laatste zin. De kaart kan je misleiden en dan ben je heel ergens anders beland.

'Ik weet het niet.' Twijfel ik. 'Ah kom op. Ze willen ons alleen maar bang maken. En wat dan nog we komen er wel uit of wil je dat Bram vermoordt wordt. Ik neem hem in ieder geval wel, voor Iris.' Zegt hij vastberaden. Ik voel mijn ogen nat worden als ik aan Bram denk. Boris ziet het en trekt me naar hem toe. Zachtjes klopt hij me op mijn rug. 'Het komt wel goed, stil maar. Ik ben bij je.' Langzaam kom ik tot rust maar alsnog lopen de tranen om mijn wangen. Ik leg mijn hoofd op zijn schouder. Hij fluistert wat in mijn oor. 'Wat is er?' Vraag ik. 'Ik hou van je, Lara.' Ik voelde zijn zachte lippen op de mijne. Ik deed mijn ogen dicht en zoende hem terug. Ik kan zo wel uren blijven staan.

'Ik ook van jou. Liefde op het eerste gezicht. ' lach ik door mijn tranen heen. 'Je mooie ogen, bruine haren en' Hij onderbreekt me door zijn vinger op mijn mond te leggen. 'Ssshh' Hij drukt zijn lippen nogmaals op de mijne en ik sla mijn armen om zijn nek. Het begint schemerig te worden. 'Zullen we maar hier blijven.' Stel ik voor. We klimmen in de boom. Ik ga in zijn armen liggen leg mijn hoofd op zijn borst en dommel in.

Ik zie Bram hij ligt op de grond. De mannen in pak staan voor hem. De ene roept wat ik kan hem niet verstaan. Bram bibbert en valt op zijn knieën. De man pakt een zweep en loopt naar hem toe. ' Je gaat het niet lang vol houden' Grijnste hij.

Gillend en badend in het zweet werd ik wakker. Ik schrikte van een hand op mijn arm. Als ik om kijk zie ik Boris. Ik leg mijn hoofd op zijn borst. Hij troost me en langzaam kwam ik tot rust. 'H-h-het w-was Bram.' 'Ssssh rustig rustig het was maar een nachtmerrie ik heb er ook last van.' We klimmen uit de boom en beginnen weer te lopen aan ons oneindige avontuur.

Ik pak zijn hand vast. 'Heb je die kaart al?' Vraag ik langzaam. 'Ja gister toen je sliep kwam er een helikoptertje naar beneden met de kaart eraan.' Vertelt hij. 'Laat zien!' Roep ik opgewonden. Hij ritst zijn rugtas open, en pakt de kaart. Met grote ogen kijk ik ernaar en wijs naar een bepaalde plek. Verschrikt kijkt Boris me aan.

de geboeide beschermingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu